ECLI:NL:RBAMS:2011:BU8409
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontslag van rechtsvervolging wegens gehoorzaamheid aan moeder in leerplichtzaak
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam op 13 december 2011, stond een 15-jarige verdachte terecht voor het niet voldoen aan de verplichtingen van de Leerplichtwet. De verdachte had in de periode van 6 september 2010 tot en met 18 februari 2011 niet geregeld de school bezocht waar zij was ingeschreven, het Calandlyceum te Amsterdam. De officier van justitie vorderde een werkstraf van 20 uren, te vervangen door 10 dagen jeugddetentie met een proeftijd van 2 jaar.
De verdediging, vertegenwoordigd door de moeder van de verdachte en haar gemachtigden, voerde aan dat de verdachte niet naar school ging omdat haar moeder haar dat verbood. De moeder stelde dat de school niet adequaat had gereageerd op het pesten van de verdachte en dat er een kloof was tussen school en thuis. De kantonrechter oordeelde dat het van een jongere van 15 jaar niet gevergd kon worden om tegen het uitdrukkelijke verbod van haar moeder in naar school te gaan.
De kantonrechter concludeerde dat, hoewel de verdachte de Leerplichtwet had overtreden, zij niet strafbaar was omdat zij handelde uit gehoorzaamheid aan haar moeder. De rechter oordeelde dat de verdachte moest worden ontslagen van alle rechtsvervolging. De beslissing werd genomen op basis van artikel 2 van de Leerplichtwet en artikel 352 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering.
De uitspraak benadrukt de rol van ouderlijke toestemming en de omstandigheden waaronder jongeren zich bevinden in relatie tot hun leerplicht. De kantonrechter heeft de verdachte dan ook ontslagen van rechtsvervolging, waarmee de zaak werd afgesloten zonder strafoplegging.