Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[verzoeker 2],
en
[verzoeker 3],
domicilie gekozen ten kantore van mr. J.B. Boone, advocaat te Wijk bij Duurstede,
- het wrakingsverzoek, met bijlagen, van 18 september 2012;
- proces-verbaal van de terechtzitting van 17 september 2012, waarop de strafzaak tegen verzoekers is behandeld;
- een schriftelijke reactie van de rechters op het wrakingsverzoek.
1.De feiten
“De verdediging wil mogelijk een verweer strekkende tot niet ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie voeren omdat in haar ogen in de onderhavige zaak ten onrechte gebruik is gemaakt van het strafrecht daar waar het volgens de verdediging in de rede lag de zaak (fiscaal) bestuursrechtelijk af te doen. In de aangifte van de AFM (…) staat uitgebreid beschreven wat de gang van zaken is geweest die heeft geleid tot de aangifte. Vervolgens heeft het Openbaar Ministerie de beslissing genomen de verdachten strafrechtelijk te vervolgen. Het is op grond van het opportuniteitsbeginsel in beginsel aan het Openbaar Ministerie wie er al dan niet strafrechtelijk wordt vervolgd. Bij de inhoudelijke behandeling zal de aangifte van de AFM aan de orde komen en zal de discussie over de aanloop van de strafzaak kunnen plaatsvinden. De rechtbank is van oordeel dat het op dit moment niet noodzakelijk is dat de TPO-stukken, die zijn opgemaakt naar aanleiding van een intern overleg waarvan het vertrouwelijk karakter in beginsel dient te worden gerespecteerd, aan de verdediging moeten worden verstrekt.”