ECLI:NL:RBAMS:2012:BX0954
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- F. Salomon
- C.P.E. Meewisse
- S. van Eunen
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie in vervolging na overlijden verdachte
In deze zaak heeft de rechtbank Amsterdam op 10 mei 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die inmiddels was overleden. De officier van justitie had de rechtbank verzocht om de verdachte te vervolgen, maar tijdens de zitting werd duidelijk dat de verdachte op 14 maart 2012 was overleden. De rechtbank heeft kennisgenomen van de verklaring van overlijden, opgemaakt door de lijkschouwer van de gemeente Tilburg, en de voorlopige bevindingen van het Nederlands Forensisch Instituut. Deze bevindingen wezen op een herseninfarct als oorzaak van het overlijden, wat leidde tot zwelling van de hersenen en uiteindelijk de dood. De rechtbank oordeelde dat op grond van artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht het recht tot strafvordering vervalt door de dood van de verdachte. Hierdoor kon de officier van justitie niet-ontvankelijk worden verklaard in de vervolging. De rechtbank heeft vervolgens de beslissing genomen om de officier van justitie niet-ontvankelijk te verklaren in de vervolging van de verdachte, waarmee de zaak werd afgesloten zonder verdere strafrechtelijke gevolgen voor de overleden verdachte.