ECLI:NL:RBAMS:2012:BX9818
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Intensieve controle op persoonsgebonden budget en rechtszekerheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 10 augustus 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. M.F. Vermaat, en de Raad van bestuur van het Zorgkantoor, vertegenwoordigd door mr. M.A. Wood. Het geschil betreft de definitieve vaststelling van het persoonsgebonden budget (pgb) van eiseres voor de periode van 25 februari 2009 tot en met 31 december 2009, dat door verweerder is vastgesteld op € 4.796,04, met een terugvordering van € 3.167,57. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar dit is door verweerder ongegrond verklaard. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op zittingen in november 2011 en mei 2012. Tijdens de zittingen is gebleken dat eiseres niet over voldoende bewijsstukken beschikte om aan te tonen dat het pgb correct was besteed aan de geïndiceerde zorg. De rechtbank heeft overwogen dat eiseres niet het gerechtvaardigd vertrouwen kon ontlenen aan de verantwoordingsbrief van 21 augustus 2009, waarin werd aangegeven dat er een intensieve controle kon plaatsvinden op de geaccordeerde bedragen. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres op de hoogte was van de verplichtingen die voortvloeien uit de Regeling subsidies AWBZ, waaronder het voeren van een deugdelijke boekhouding.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de intensieve controle die is uitgevoerd, rechtmatig was en dat eiseres niet kon aantonen dat het pgb uitsluitend was besteed aan de geïndiceerde zorg. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 10 augustus 2012.