ECLI:NL:RBAMS:2012:BY2651

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
18 september 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
525713 / KG ZA 12-1254 SR/TF
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • Sj.A. Rullmann
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afweging van belangen bij uitzending van kritische reportage over faillissement familiebedrijf

In deze zaak vorderden eisers, een familie die betrokken was bij een failliet verklaard familiebedrijf, een verbod op de uitzending van beelden die door het programma Tros Opgelicht?! waren gemaakt. De eisers stelden dat de uitzending onrechtmatig was, omdat deze hen in verband bracht met beschuldigingen van oplichting en fraude. De voorzieningenrechter oordeelde dat de belangenafweging niet in het voordeel van de eisers uitviel. De rechter stelde vast dat de uitzending een redelijk evenwichtig beeld gaf van de situatie, waarin ook het standpunt van de familie naar voren kwam. De emotionele uitbarsting van eiser 1 tijdens de confrontatie met de reporter werd niet als een ernstige inbreuk op de privacy beschouwd, aangezien de familie zich op dat moment in een gesprek bevond met gedupeerden van het faillissement. De rechter benadrukte dat het recht van Tros op vrijheid van meningsuiting zwaarder woog dan het recht van de familie op privacy, vooral gezien de maatschappelijke relevantie van de kwestie. De vorderingen van de eisers werden afgewezen, en zij werden veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Sector civiel recht, voorzieningenrechter
zaaknummer / rolnummer: 525713 / KG ZA 12-1254 SR/TF
Vonnis in kort geding van 18 september 2012
in de zaak van
1. [eiser 1],
wonende te [plaats],
2. [eiser 2],
wonende te [plaats],
3. [eiser 3],
wonende te [plaats],
4. [eiser 4],
wonende te [plaats],
5. [eiser 5],
wonende te [plaats],
6. [eiser 6],
wonende te [plaats],
7. [eiser 7],
wonende te [plaats],
8. [eiser 8],
wonende te [plaats],
eisers bij dagvaarding van 14 september 2012,
advocaten mrs. W.J. Tielemans en J.F.A. de Voldere te Amsterdam,
tegen
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
TROS,
gevestigd te Hilversum,
gedaagde,
advocaat mrs. H.A.J.M. van Kaam en R. Klöters te Amsterdam.
Eisers zullen hierna ook gezamenlijk de familie worden genoemd. Gedaagde zal hierna Tros worden genoemd.
1. De procedure
Ter terechtzitting van 17 september 2012 hebben eisers gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding, met dien verstande dat zij hun eis hebben gewijzigd als na te melden. Tros heeft verweer gevoerd met conclusie tot weigering van de gevraagde voorzieningen. Beide partijen hebben producties en pleitnota’s in het geding gebracht. Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen. In verband met de spoedeisendheid van de zaak is op 18 september 2012 de beslissing met een enkele overweging gegeven, die naar strekking in de uitwerking zal terugkomen. In het verkorte vonnis is vermeld dat de uitwerking van dat vonnis op 2 oktober 2012 volgen. Het onderstaande vormt deze uitwerking.
Ter zitting waren voor zover van belang aanwezig:
Aan de zijde van eisers: [eiser 1] (hierna eiser 1]), [eiser 2] (hierna [eiser 2]), [eiser 3] (hierna [eiser 3]), [eiser 4] (hierna [eiser 4]), [eiser 5], [eiser 7] en [eiser 8] met mrs. Tielemans en De Voldere.
Aan de zijde van Tros: [A] ([functie]), [B] ([functie] van het programma Tros Opgelicht?!) en [C] ([functie] van het programma Tros Opgelicht?!) met mrs. Kaam en Klöters.
2. De feiten
2.1. Een aantal eisers, te weten [eiser 4], [eiser 2], [eiser 1], [eiser 3], [eiser 5] en [eiser 6] zijn indirect betrokken bij het familiebedrijf [vennootschap] (hierna het familiebedrijf), dat samen met dochtervennootschappen een onderneming heeft geëxploiteerd met als hoofdactiviteit assurantiebemiddeling. De gevolmachtigd bestuurders van de onderneming waren strikt genomen de besloten vennootschappen van voornoemde eisers. Deze vennootschappen waren ook de aandeelhouders. Het familiebedrijf is op 19 juli 2011 in staat van faillissement geraakt met een schuldenlast van ongeveer EUR 52 miljoen.
2.2. Het familiebedrijf heeft zich bezig gehouden met de aankoop van assurantieportefeuilles. Aanvankelijk door betaling met eigen geld of financiering van een verzekeraar, maar later ook door toepassing van de winstrechtmethode.
Deze methode houdt in dat verkoper en koper (het familiebedrijf) beiden een deel krijgen van de maandelijkse omzet die wordt gegenereerd met de assurantieportefeuille. Ter meerdere zekerheid voor de nakoming van de koopprijs (die werd voldaan door een deel van de omzet aan de verkoper uit te keren), wordt de gekochte klantenportefeuille verpand aan de verkopende partij. Na de afbetalingsperiode verviel het pandrecht en kon het onderpand worden gebruikt als onderpand voor nieuw verplichtingen voortvloeiend uit koop van volgende assurantieportefeuilles. Na het faillissement van het familiebedrijf zullen de verkopers van portefeuilles de (volledige) koopprijs niet meer ontvangen en het is de vraag of het verkregen pandrecht nog van waarde is.
2.3. Private investeerders hebben in het familiebedrijf geïnvesteerd. Het ging onder meer om risicovolle investeringen van boven de € 50.000,00 waar een hoge rente tegenover stond. Vast staat dat een groot deel van deze investeerders na het faillissement van het familiebedrijf hun investeringen niet meer terug zullen zien.
2.4. Het televisieprogramma Tros Opgelicht?! heeft de doelstelling zich kritisch, informerend, opiniërend en waarschuwend uit te laten over misstanden die de samenleving raken. Het accent ligt daarbij op maatschappelijke misstanden op het gebied van fraude, misleiding en oplichting.
2.5. Tros is voornemens op dinsdag 11 september 2012 in het programma Tros Opgelicht?! aandacht te besteden aan personen die naar eigen zeggen gedupeerd zijn door de familie. Het gaat om enkele onder 2.4 genoemde particuliere investeerders, vaak bekenden van de familie, die ook deel uitmaken van dezelfde geloofsgemeenschap. Het gaat onder meer om het bejaarde echtpaar [E], dat een hypotheek heeft genomen op de afbetaalde echtelijke woning om in totaal een bedrag van € 280.000,00 in het familiebedrijf te investeren. Ook aan het echtpaar [F] zal in het programma aandacht worden besteed. Dit echtpaar heeft in totaal een bedrag van € 75.000,00 in het familiebedrijf geïnvesteerd. Ook zullen in het programma een of meer voormalige portefeuillehouders aan het woord komen, die
- naar eigen zeggen - ernstig zijn gedupeerd.
2.6. Medewerkers van het programma hebben voor het item ook een aantal eisers gefilmd in of in de omgeving van een als bruine kroeg omgebouwde bedrijfskantine in een loods op een bedrijvenpark te Papendrecht. Het gaat om [eiser 2], [eiser 1], [eiser 3] en [eiser 6].
2.7. Hieraan voorafgaand zijn [eiser 2] en [eiser 3] door [G], voorzitter Stichting Slachtoffers [vennootschap], (hierna [G]) per e-mail benaderd met het voorstel om samen met de voormalige directieleden van het familiebedrijf een gesprek te voeren. Bij e-mail van 31 augustus 2012 heeft [eiser 3] namens de familie meegedeeld dat de familie bereid is tot overleg en heeft hij een aantal data voorgesteld om het gesprek te laten plaatsvinden. Na een verdere e-mailwisseling waarin de personen worden genoemd die bij het gesprek aanwezig zullen zijn en waarin door [eiser 3] het voorstel wordt gedaan de agendapunten op elkaar af te stemmen, volgt op 2 september 2012 tot slot een e-mail van [G] en [H], een bedrijfsinvesteerder die stelt door het familiebedrijf gedupeerd te zijn, (hierna [H]), waarin de afspraak op 11 september 2012 te 19.30 uur wordt bevestigd en de agenda wordt vermeld. In de agenda zijn de volgende onderwerpen opgenomen:
- Opening
- Wat ging er mis bij [vennotschap]?
- Wat waren hiervan de oorzaken?
- Toelichting op de stichting Slachtoffers [vennootschap]
- Visie naar de toekomst
- Wvttk
2.8. Op 11 september 2012 zijn op de hiervoor omschreven locatie [eiser 2], [eiser 3], [eiser 1] en [eiser 6] ontvangen door [G]. Tevens waren daarbij aanwezig: een oud portefeuillehouder die zijn portefeuille heeft ingebracht bij het familiebedrijf, de stiefdochter van een bedrijfsinvesteerder en [H].
2.9. [G] heeft vervolgens de leiding genomen. [eiser 1] heeft daarna voorgesteld een handout te behandelen over de gang van zaken bij het familiebedrijf de afgelopen twee jaren en tevens heeft zij een brief van de registeraccountant uitgedeeld, waarin deze zich heeft geëxcuseerd voor zijn afwezigheid. Daarna zijn de medewerkers van het programma Tros Opgelicht?! met camera binnengekomen. Van de opnamen die vervolgens door die medewerkers zijn gemaakt, is ter zitting een ruwe versie getoond. Deze versie is niet overgelegd. [eiser 2], [eiser 3], [eiser 1] en [eiser 6] komen herkenbaar in beeld. De opnamen tonen - kort samengevat en zakelijk weergegeven - verder de volgende beelden met geluid:
- De reporter staat bij [eiser 1] en roept: de familie [familienaam eisers] met een schuldenlast van € 52 miljoen. De reporter deelt mee van Tros Opgelicht?! te zijn. [eiser 1] zegt vervolgens dat de familie niet in dat programma thuishoort. De reporter vraagt waarom mensen zijn overgehaald boven een bedrag van € 50.000,00 te investeren. [eiser 1] herhaalt nogmaals dat de familie niet in het programma thuishoort.
[eiser 2] reageert rustig en geeft aan dat een hoofdredacteur van Tros een goede klant van het familiebedrijf zou zijn;
- De reporter gaat door met het stellen van kritische vragen. Hij zegt - zakelijk weergegeven -: jullie zijn ook verantwoordelijk voor een PTSS syndroom, en, iemand die zelfmoord heeft gepleegd, er is geld weg voor adoptie, voor het uit de woning moeten. Wat doet dat met jullie? [eiser 1] wordt kwaad en benadrukt dat ze geen oplichter is en zegt dat zij zelf ook in de shit zit. Ze springt op en vliegt vervolgens een reporter aan. Ze loopt daarna weg een roept stelletje losers. [eiser 1] wordt gekalmeerd door [eiser 2]. Wanneer de reporter nog een verhaal van een gedupeerde voorlegt, roept [eiser 1] dat zij het verschrikkelijk vindt voor deze mensen omdat zij weet hoe het is als er een deurwaarder op de stoep staat;
- Er volgt een kort vraaggesprek met [eiser 6], de [functie], van het familiebedrijf. Deze verlaat echter meteen met verwijzing naar de curator de loods, stapt de auto in en rijdt weg;
- De reporter en ander medewerkers staan vervolgens bij [eiser 2] en stellen hem kritische vragen, als;
U wist dat het bedrijf failliet ging, en toch heeft u mensen laten investeren voor miljoenen? [eiser 2] reageert rustig en verklaart onder meer zelf ook zijn huis uit te moeten;
- Ook [eiser 3] geeft een verklaring. Hij betwist dat er sprake is van oplichting, maar geeft toe dat er veel fout is gegaan. Hij noemt zijn eigen ervaringen. [eiser 3] biedt zijn excuses aan.
- [eiser 1] toont aan het eind van de opnamen haar medeleven. Ze biedt haar excuses aan voor het incident met de reporter en stelt onder meer dat er geen sprake was van oplichting, maar van beslissingen die achteraf beter niet genomen hadden kunnen worden.
2.10. Tros is voornemens op 18 september 2012 om 20.30 uur in het programma Tros Opgelicht?!) de hiervoor omschreven opnamen te gebruiken in het hiervoor onder 2.6 genoemde item.
3. Het geschil
3.1. Eisers vorderen - samengevat -:
primair
I Tros op straffe van een dwangsom te gelasten op geen enkele wijze en via geen enkel medium, meer in het bijzonder in het kader van een uitzending van Tros Opgelicht?!, aandacht aan hun te besteden op een wijze waardoor een relatie wordt of kan worden gelegd tussen de familie en de gestelde strafbare gedragingen;
II Tros op straffe van een dwangsom te gelasten dat noch beelden noch geluidsopnamen van de onaangekondigde onrechtmatige overval op de familie op 11 september 2012 worden vertoond in Tros Opgelicht?! of in welke ander televisieprogramma dan ook;
III Tros op straffe van een dwangsom te gelasten dat zowel de beelden als de geluidsopnamen van de onaangekondigde onrechtmatige overval op de familie op 11 september 2012 door haar worden vernietigd en dat hiervan schriftelijk mededeling wordt gedaan aan de familie;
subsidiair
IV Tros te gelasten de beoogde uitzending van het programma Tros Opgelicht?! op te schorten voor de duur van tenminste twee weken, onder de bepaling dat: (i) de familie in de uitzending de gelegenheid zullen krijgen een schriftelijke reactie te geven, die in de uitzending dient te worden voorgelezen, alsmede dat de familie eenzelfde hoeveelheid tijd tot haar beschikking krijgt voor haar weerwoord als de tijd die Tros gebruikt in de uitzending met betrekking tot het gehele onderwerp;
Eisers vorderen tot slot Tros te veroordelen in de kosten van dit geding.
3.2. Eisers stellen hiertoe het volgende.
[eiser 1] had totaal onverwachts zes medewerkers van het programma met camera’s naast zich staan en werd op intimiderende en agressieve wijze door deze medewerkers benaderd. Aan haar werd gevraagd hoe het voelde om voor EUR 52 miljoen mensen op te lichten en hoe zij kon leven met het feit dat zij had aangezet tot zelfmoord van één van de crediteuren van het familiebedrijf. Vervolgens werd [eiser 2] aan de tand gevoeld, met beweringen als:
- U wist dat het bedrijf failliet ging, en toch heeft u mensen laten investeren voor miljoenen;
- Weet u dat door uw gedrag mensen zelfmoord hebben gepleegd, wat doet dat met u?
- Een autistische zwakbegaafde man laten investeren in het bedrijf, dat is schofterig
- U misbruikt uw geloof om mensen geld afhandig te maken.
Voor de eisers, is de hiervoor geschetste overval zeer shockerend en traumatisch geweest. Zij voelden zich bedreigd en in een donkere loods in het nauw gedreven. Er was geen sprake van wederhoor. Zij hebben ook geen gelegenheid gehad om met of zonder camera erbij commentaar te geven op de aantijgingen van derden jegens de familie. De familie werd geconfronteerd met ernstige verdachtmakingen en leugens. [eiser 1] is in paniek geraakt door de valstrik van Tros en is een reporter aangevlogen. Dit fragment zal juist worden uitgezonden omdat het sensationeel overkomt.
Tros heeft vooraf geen toestemming gevraagd aan de familie om opnames te mogen maken die in verband kunnen worden gebracht met oplichting en/of fraude.
Vaststaat dat de familie geen enkele betrokkenheid heeft bij enig strafbaar feit.
Het zonder voorafgaande toestemming plotsklaps filmen van de familie voor een programma dat door kijkers wordt geassocieerd met fraude en oplichting is onrechtmatig. Ook het in het algemeen besteden van aandacht aan de familie in privé in een programma dat in verband wordt gebracht met fraude en oplichting is onrechtmatig. Zowel het recht van privacy van de familie is geschonden als het portretrecht. De familie heeft psychische schade geleden. Door uitzending van de opnames zullen zij ook reputatieschade lijden. Zij waren immers succesvolle ondernemers. Het familiebedrijf is failliet en het is aan de curator zich daar verder mee bezig te houden. De familie in privé staat daar los van. Door het schandpaaleffect is sprake van een in artikel 10, tweede lid van het EVRM toegestane beperking van het recht van Tros op vrijheid van meningsuiting. De inhoud van de uitzending is onrechtmatig en een verbod op de uitzending is in een democratische samenleving noodzakelijk. De familie heeft er belang bij niet lichtvaardig verdacht te worden gemaakt. De naam [familienaam eisers] is ook geen gangbare naam waardoor smet op die naam extra veel negatieve invloed zal hebben. Het herkenbaar in beeld brengen van de familie dient ook geen redelijk doel.
3.3. Tot slot betwist de familie het beeld dat van het familiebedrijf in het programma naar voren wordt gebracht. Het familiebedrijf heeft in de periode 2008 tot en met begin 2010 diverse tegenslagen gekend. Zij had van een aantal verzekeraars volmacht gekregen om zaken zelf af te handelen. Diverse grote, door het familiebedrijf aangekochte, portefeuilles bleken echter niet rendabel te zijn omdat de schadelast te hoog was. Het familiebedrijf kreeg een probleem met ASR waardoor zij provisie misliep en boze klanten wegliepen. ASR wilde haar volmacht intrekken. De voorzieningenrechter in Dordrecht heeft ten onrechte geoordeeld dat ASR dat mocht doen. De gevolgen van die intrekking van de volmacht op 31 augustus 2010 waren desastreus. De AFM kwam controleren en door negatieve publiciteit werden ook andere volmachten ingetrokken. Een en ander heeft naar schatting EUR 4 miljoen gekost. De rust is daarna toch teruggekeerd. Het familiebedrijf heeft weer veel portefeuilles kunnen kopen door middel van het systeem van uitgestelde betaling. Het familiebedrijf koos voor groei, waardoor ook het personeel kon worden behouden. Ook private investeerders hebben in het familiebedrijf geïnvesteerd op basis van gegevens die een onafhankelijk accountant heeft opgesteld (zie het als productie 3 aan de zijde van eisers overgelegd accountantsrapport).
Het ging om risicovolle investeringen waar een hoge rente tegenover stond. Directieleden van het familiebedrijf hebben voor dergelijke contracten vaak in privé meegetekend. Verder had het familiebedrijf een groot overnamecontract getekend betreffende de overname van de portefeuille van Van Gool. Van Gool heeft echter later deze deal ontkend. De AFM kwam vervolgens weer in beeld en het familiebedrijf heeft vanaf dat moment weer negatieve publiciteit gekregen. Dit had tot gevolg dat transacties niet meer door gingen. Het familiebedrijf heeft daarna nog gepoogd het bedrijf te reorganiseren. Toen één crediteur uiteindelijk conservatoir beslag heeft gelegd op alle vermogensbestanddelen van het familiebedrijf, heeft dit tot haar faillissement geleid. Tot slot heeft de curator in het faillissement zich op het standpunt gesteld dat de schuldeisers van het familiebedrijf hun pandrechten op hun assurantieportefeuilles niet kunnen uitoefenen, omdat het pandrecht volgens de curator niet rechtsgeldig is. Veel schuldeisers zijn hierdoor boos op het familiebedrijf geworden. Dit terwijl voornoemd standpunt van de curator omstreden is. Verpanding van verzekeringsportefeuilles is een gangbare methode die door bemiddelaars wordt toegepast en door juristen werd goedgekeurd. De familie wordt nu geconfronteerd met een haatcampagne terwijl haar geen verwijt treft. Of sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid moet nog worden onderzocht. De familie is ook in privé in de problemen gekomen en heeft te maken met diverse beslagleggingen. Ook nieuwe initiatieven met een nieuwe onderneming hebben niet tot succes geleid, mede ook door wraaklustige crediteuren.
3.4. Tros voert - kort samengevat - het volgende verweer.
De situatie van het familiebedrijf is in een vroeg stadium al totaal uit de hand gelopen. De achtergrond hiervan is de persoonlijke band die de familie vaak had met haar klanten. In de omgeving van Sliedrecht is de familie een bekend lid van een plaatselijk geloofsgemeenschap. Hierdoor kon zij klanten bewegen grote investeringen in het familiebedrijf te doen. Een kenmerk van de werkwijze van het familiebedrijf is dat in de door haar met derden gesloten overeenkomsten werd bepaald dat ook de familie en hun vennootschappen in privé hoofdelijk garant staan voor de nakoming van de overeenkomsten. Dit heeft vertrouwen gewekt. Als zekerheidstelling voor verstrekte leningen en investeringen werd gedupeerden een pandrecht op portefeuilles aangeboden. Portefeuilles waarvan het familiebedrijf echter niet (volledig) eigenaar was of waarop tussenpersonen nog diverse aanspraken op konden maken. Verder werden portefeuilles meerdere keren verpand. Dit terwijl de hele kwestie van verpanding van verzekeringsportefeuilles al kwestieus was. Tros heeft vijf maanden onderzoek gedaan in de kwestie en met veel gedupeerden gesproken. De groep gedupeerden die zich verenigd hebben in een stichting werd steeds groter. Er is ook aangifte jegens de familie gedaan.
Tros komt in het kader van de uitingsvrijheid zoals neergelegd in artikel 10 van Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM) het recht toe anderen over het voorgaande te informeren. De vorderingen van eisers vormen een vergaande beperking op dit recht die slechts is toegestaan als die bij wet is voorzien of noodzakelijk is. Een belangenafweging leidt niet tot de conclusie dat aan het recht van de familie voorrang toekomt.
3.5. Op de stellingen van partijen wordt hierna - voor zover van belang - nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. Omdat in dit geval sprake is van een procedure waarin een voorlopige voorziening wordt gevorderd, zal de voorzieningenrechter artikel 127a lid 1 en lid 2 Rv - waarin is bepaald dat aan het niet tijdig betalen van het griffierecht consequenties worden verbonden - buiten beschouwing laten. Toepassing van deze bepaling zou immers, gelet op het belang van één of beide partijen bij de toegang tot de rechter, leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.
4.2. Uitgangspunt is dat de toewijzing van de vorderingen van de familie in beginsel een beperking inhouden van het in artikel 10 lid 1 EVRM neergelegde grondrecht van Tros op vrijheid van meningsuiting. Een dergelijk recht kan slechts worden beperkt indien dit bij de wet is voorzien en noodzakelijk is in een democratische samenleving bijvoorbeeld ter bescherming van de goede naam en de rechten van anderen (artikel 10 lid 2 EVRM). Van een beperking die bij de wet is voorzien is sprake, wanneer de uitlatingen van Tros onrechtmatig zijn in de zin van artikel 6:162 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Voor het antwoord op de vraag welk recht - het recht op vrije meningsuiting of het recht ter bescherming van eer of goede naam of het recht op privacy - in dit geval zwaarder weegt, moeten de wederzijdse belangen worden afgewogen.
4.3. Het belang van Tros is dat zij zich in het openbaar kritisch, informerend, opiniërend en waarschuwend moet kunnen uitlaten over misstanden die de samenleving raken. Het belang van de familie is erin gelegen dat zij niet lichtvaardig wordt blootgesteld aan verdachtmakingen en dat haar recht van privacy wordt beschermd. Welk van deze belangen, die in beginsel gelijkwaardig zijn, de doorslag behoort te geven, hangt af van de omstandigheden van het geval.
4.4. Bij de beoordeling van dit geschil is de voorzieningenrechter uitgegaan van de ter zitting getoonde ruwe versie van de opnamen van de confrontatie in de loods zoals omschreven onder 2.9 bij de feiten. [eiser 2], [eiser 3], [eiser 1] en [eiser 6] komen daarin herkenbaar in beeld. Van het gehele programma-item, bestaande uit onder meer de verhalen van de gedupeerden, heeft de voorzieningenrechter geen kennis kunnen nemen. Ter zitting is nog aan de orde geweest dat de overige eisers in onderhavige zaak optreden omdat zij nog verwachten op een andere wijze in het programma voor te komen. Bijvoorbeeld omdat zij door de redactie van het programma worden benaderd om te reageren op de opnamen. Vooralsnog zijn op de zitting daarvan geen concrete voorbeelden genoemd en heeft Tros toegezegd dat er geen opnamen gemaakt met een verborgen camera worden getoond. De beoordeling van door de familie gevreesde aanvullende opnamen zal derhalve buiten beschouwing blijven. Nu echter de gefilmde confrontatie de gehele familie treft, ook de aangetrouwden, zal steeds worden gesproken van de familie of eisers.
4.5. Afweging van de betrokken belangen leidt niet tot de conclusie dat de uitzending onrechtmatig is jegens de familie. Daarbij neemt de voorzieningenrechter in aanmerking dat het de particuliere investeerders vrij staat hun mening over de gang van zaken naar voren te brengen en dat Tros gerechtigd is een uitzending over de risico's van particuliere investeringen boven de € 50.000,- te maken.
De omstandigheid dat het familiebedrijf inmiddels failliet is en zoals de familie stelt particuliere investeerders geen risico meer lopen tot het doen van investeringen in het bedrijf, doet hier niet aan af.
Immers ook aandacht in het algemeen aan het doen van risicovolle investeringen kan van belang zijn en Tros mag zich daar waarschuwend over uit laten.
4.6. De familie heeft daarnaast nog naar voren gebracht dat zij voor komt in een programma dat wordt geassocieerd met fraude en oplichting, dat zeer ernstige beschuldigingen jegens de familie worden geuit en dat er onvoldoende feiten zijn die die beschuldiging kunnen dragen. Hiermee wordt zij lichtvaardig blootgesteld aan verdachtmakingen, aldus de familie.
Met betrekking tot het programma Tros Opgelicht?! staat vast dat het accent ligt op het aan de orde stellen van maatschappelijke misstanden op het gebied van fraude, misleiding en oplichting. Dat de familie in dit programma voorkomt, betekent echter niet zonder meer dat zij oplichters zijn. De naam van het programma omvat immers ook een vraagteken en zoals hierna aan de orde komt, heeft de familie uitgebreid haar weerwoord kunnen doen. Dit neemt niet weg dat in de fragmenten die ter zitting zijn getoond door de reporter kritische en ook suggestieve vragen, die voortkomen uit de frustratie van gedupeerden, worden gesteld. Die frustratie mogen de gedupeerden uiten, zeker tijdens de bijeenkomst die speciaal voor overleg tussen de familie en de gedupeerden was belegd. Wel dient die frustratie binnen het betamelijke te blijven en de uitingen mogen niet als vaststaande feiten worden gepresenteerd. Voor zover de voorzieningenrechter het ruwe materiaal heeft kunnen bezien is er in het programma geen sprake van meningen die als vaststaande feiten zijn gepresenteerd. De reporter verwoordt bij de vraagstelling de frustratie van de gedupeerden. Hij presenteert de beschuldigingen niet als feiten. Hoewel begrijpelijk is dat de familie door de beschuldigingen is geraakt wordt onder de gegeven omstandigheden geoordeeld dat de vraagstelling binnen het betamelijke is gebleven, temeer nu de familieleden in het programma bij herhaling benadrukken dat er wel fouten zijn gemaakt, maar dat zij geen oplichters zijn. Mocht achteraf blijken dat in het programma emoties zijn gepresenteerd als feiten, die niet aannemelijk zijn, dan heeft de familie de mogelijkheid van rectificatie.
Vaststaat verder dat het handelen van de familie (nog) niet is beoordeeld door een strafrechter en dat bestuurdersaansprakelijkheid niet is vastgesteld, wel wordt daar onderzoek naar gedaan. Anderzijds is het familiebedrijf met een enorme schuldenlast failliet gegaan en zijn er daardoor veel gedupeerden. Die gedupeerden hebben zich gegroepeerd en hebben zelfs aangifte gedaan. De voorzieningenrechter acht hiermee vooralsnog voldoende grond aanwezig om de familie kritisch te benaderen. Of de familie inderdaad de verwijten, die worden gemaakt, treffen, zal pas op termijn blijken. Vooralsnog heeft zij - zoals hierna aan de orde komt - haar weerwoord kunnen geven en kan niet worden gezegd dat Tros uit het niets zonder enige aanleiding opnamen van de familie heeft gemaakt en haar heeft bestookt met kritische, deels suggestieve vragen.
4.7. De familie heeft zich voorts op het standpunt gesteld dat sprake was overvaljournalistiek en dat zij zich niet aan de opnamen hebben kunnen onttrekken en geen weerwoord hebben kunnen voeren. Dit vormt een ernstige inbreuk op de privacy, aldus de familie. Hiervan kan worden gezegd dat de confrontatie met leden van de familie tijdens de bespreking in de "loods" voor de familie weliswaar onverhoeds was, maar dat daar tegenover staat dat zij op dat moment in gesprek waren met gedupeerden, dat zij zich op dat gesprek hadden voorbereid, dat er een agenda was waaruit kon worden afgeleid dat er kritische vragen zouden worden gesteld en dat [eiser 1] zich daar op had voorbereid door een hand-out te maken. Dit volgt onder meer uit de onder 2.7 bij de feiten vermelde e-mailwisseling tussen de familie en [G]. Voorts kon de familie verwachten dat er tijdens het gesprek bij de gedupeerden emoties zouden loskomen. De aanpak van Tros lag in die lijn. Er werden kritische en suggestieve vragen gesteld en daarmee was meteen de toon gezet. Dat [eiser 1] na de onverhoedse confrontatie emotioneel werd en heeft geprobeerd de interviewer te slaan en de cameraploeg heeft uitgemaakt voor "losers" doet niet zodanig afbreuk aan haar privacy dat uitzending van die beelden onrechtmatig is. Daar komt bij dat de beelden de gevolgde methode van Tros laten zien en de kijker de uitbarsting van [eiser 1], die herhaaldelijk aangaf geen oplichter te zijn, in verband met die methode kan brengen. Ook ten aanzien van de andere familieleden die werden geconfronteerd met kritische vragen en daarmee enigszins in het nauw werden gedreven, geldt niet dat er sprake is van een onrechtmatige inbreuk op hun privacy. Immers na de uitbarsting ontstond er een gesprek tussen de interviewer en verschillende familieleden, in welk gesprek de familieleden benadrukten dat zij geen oplichters zijn, het mis is gelopen met de investeringen, zij daarvan zelf ook de dupe zijn en zij het verschrikkelijk vinden dat de investeerders zijn benadeeld. Ook maakt [eiser 1] excuses voor haar emotionele uitbarsting. Onder deze omstandigheden ontstaat uiteindelijk een redelijk evenwichtig beeld, waarin het standpunt van de familie naar voren komt. Daarmee is de kern van het weerwoord gegeven. Anders dan de familie heeft betoogd kan zij niet van Tros verwachten dat Tros in het programma tot in detail uitlegt hoe volgens de familie in het bedrijf de ontwikkelingen, die uiteindelijk tot een faillissement hebben geleid, zijn gegaan. De nadruk in het programma ligt immers op het risico van particulier investeren boven de € 50.000,00 en op het geven van vertrouwen.
Het korte vraaggesprek met [eiser 6], de [functie], van het familiebedrijf kan ook niet als onrechtmatig worden beschouwd.
[eiser 6] heeft immers al snel met verwijzing naar de curator en zonder inhoudelijk op de beschuldigingen te reageren het pand verlaten en is weggereden. Overigens had ook de familie voor die opstelling kunnen kiezen en had zij - in tegenstelling tot hetgeen zij heeft gesteld - in die zin dus wel de mogelijkheid zich aan verdere opnamen te onttrekken. Ook het gebruik van de naam [eiser 6] in het programma is niet als ongerechtvaardigd aan te merken. Het familiebedrijf werd immers gevoerd onder die naam en in dat geval bestaat er minder noodzaak het gebruik van de naam te mijden.
4.8. Tot slot heeft de familie nog een beroep gedaan op haar portretrecht. [eiser 2], [eiser 3], [eiser 1] en [eiser 6] zijn herkenbaar in beeld gebracht. Een geportretteerde kan zich verzetten tegen openbaarmaking indien hij of zij daartoe een redelijk belang heeft. Dat kan het geval zijn als met het tonen van de opnamen en te vérgaande inbreuk wordt gemaakt op het recht van privacy. Ook hier spelen weer de hiervoor genoemde omstandigheden van het geval een rol en dient een belangenafweging plaats te vinden. Zoals ook de hiervoor vermelde belangenafweging niet tot de conclusie heeft geleid dat de inbreuk dermate ernstig is dat niet tot uitzending mag worden overgegaan, geldt dat ook voor de gestelde inbreuk op het portretrecht. De gefilmde familieleden zijn weliswaar herkenbaar in beeld gebracht, maar zij hebben ook uitgebreid hun weerwoord kunnen doen. Zoals gezegd is daarmee een redelijk evenwichtig beeld ontstaan over waar het in het item over gaat. Hierdoor is uitzending van de beelden naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet onrechtmatig.
4.9. Al met al zullen op grond van het bovenstaande de vorderingen van eisers worden afgewezen en zullen zij als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Tros worden begroot op:
- griffierecht € 575,00
- salaris advocaat 816,00
Totaal € 1.391,00
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. weigert de gevraagde voorzieningen,
5.2. veroordeelt eisers in de proceskosten, aan de zijde van Tros tot op heden begroot op € 1.391,00,
5.3. verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Sj.A. Rullmann, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. G.H. Felix, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 18 september 2012.?