ECLI:NL:RBAMS:2012:BY3928
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Teruggaveverplichting van archiefobjecten en bruikleenovereenkomst tussen het [A]-Fonds en de [A] Stichting
In deze zaak vorderden eisers, bestaande uit het [A]-Fonds en de heer [B], de teruggave van archiefobjecten die in bruikleen waren gegeven aan de [A] Stichting. De rechtbank Amsterdam behandelde de zaak op 25 juli 2012, waarbij de eisers stelden dat zij eigenaar waren van de objecten en dat de Stichting deze onrechtmatig onder zich hield. De Stichting voerde verweer en stelde dat er een bruikleenovereenkomst voor onbepaalde tijd bestond, die niet zonder zwaarwegende reden kon worden opgezegd. De rechtbank oordeelde dat de bruikleenovereenkomst inderdaad voor onbepaalde tijd was en dat de eisers de overeenkomst hadden opgezegd. Echter, de rechtbank stelde vast dat de opzegtermijn van een maand niet redelijk was, gezien de aard van de overeenkomst en de waarde van de objecten. De rechtbank concludeerde dat er een vertrouwensbreuk was ontstaan tussen partijen, wat een voldoende zwaarwegende grond voor opzegging vormde. De zaak werd verwezen naar de rol voor verdere akten over de eigendom van de objecten, de redelijke opzegtermijn en de kostenvergoeding. De rechtbank hield verdere beslissingen aan en gaf partijen de gelegenheid om tot een minnelijke regeling te komen.