2.[eiser in conventie/verweerder in reconventie]] vordert dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
a. Strapex zal veroordelen tot betaling van het hem toekomende vakantiegeld ad € 6.948,25, te vermeerderen met de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW en met de wettelijke rente vanaf 1 februari 2012 tot en met de dag der vodoening;
b. de overeenkomst tussen partijen gedeeltelijk te ontbinden / vernietigen wegens bedreiging en/of bedrog en/of misbruik van omstandigheden (art. 3:44 BW) en/of dwaling (art 6:228 BW), voor zover het de finale kwijting (ex artikel 22) tussen partijen betreft, althans de gevolgen van de overeenkomst zal wijzigen ter opheffing van het nadeel alsmede op grond van artikel 6:2 BW (redelijkheid en billijkheid), artikel 6:162 BW (onrechtmatig handelen), artikel 6:248 (redelijkheid en billijkheid), artikel 7:611 BW (goed werkgeverschap), artikel 7:681 lid 2 BW (kennelijk onredelijk ontslag wegens valse reden) en op grond van de (overgelegde) jurisprudentie;
c. Strapex zal veroordelen om aan hem te vergoeden zijn (resterende) schade van € 714.000 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan die der voldoening;
d. Strapex zal veroordelen in de kosten van de procedure.
3.Aan zijn vordering sub 2.a legt [eiser in conventie/verweerder in reconventie] ten grondslag dat het vakantiegeld altijd conform artikel 17 lid 1 Wet minimumlooon en minimumvakantiegeld achteraf werd betaald en Strapex dus ten onrechte stelt dat dat vooraf gebeurde. In het kader van het overleg tussen de raadslieden van partijen over de beëindigingsovereenkomst is daarover ook gecorrespondeerd. Niet voor niets is in de beëindigingsoveenkomst de betaling van het vakantiegeld aan hem opgenomen.
4.Aan zijn vordering sub 2.b. legt [eiser in conventie/verweerder in reconventie] – kort gezegd – het volgende ten grondslag:
- hij heeft altijd uitstekend gefunctioneerd, zoals ook uit zijn beloning cum annexis en de toekenning van zijn laatste aandelenopties blijkt;
- hij kan vanwege zijn lichamelijke beperkingen buiten ITW nauwelijks of geen werk vinden;
- de gang van zaken vanaf april 2011, waaruit blijkt dat ITW van hem af wilde, terwijl zijn functie niet was vervallen, ITW niet naar alternatieve functies voor hem gezocht heeft, terwijl die wel beschikbaar waren en niet met hem heeft overlegd en ITW dus zich jegens hem een slecht werkgever heeft betoond;
- ondanks de overwegingen van de kantonrechter in haar afwijzende beschikking d.d. 4 oktober 2011 op het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst van Strapex is met hem nadien geen gesprek gevoerd over een mogelijke herplaatsing en over de wederzijdse wensen en verwachtingen; wel werd hem voorgehouden dat zijn functie medio december 2011 verviel en dat hij dan maar zijn openstaande vakantiedagen moest gaan opnemen;
- op 9 december 2011 kreeg hij pas een geldelijk aanbod met als eerste en enige alternatief een aanbod van een functie als market development manager in Turkije, welke een grote degradatie met een aanzienlijk lager salaris zou inhouden en die voor 50% door hem met zijn grote lichamelijke problemen in Turkije uitgeoefend zou moeten worden; hierdoor voelde hij gedwongen het geldelijke aanbod van Strapex te accepteren, waarbij hij akkoord ging met een veel lagere vergoeding dan zijn werkelijke schade;
- op 22 december 2011, de dag dat partijen de overeenkomst ondertekenden tot beëindiging van hun arbeidsrelatie, waarin staat dat ITW geen andere functie voor hem vacant heeft, werd bekend dat de functie van Patrick Dupuis waarop hij twee jaar daarvoor gesolliciteerd had en waarvoor hij uitermate geschikt was, vacant werd.
5.Aan zijn vordering sub 2.c heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] een uitvoerige berekening van zijn werkelijke inkomensschade en zijn pensioenschade bij vroegtijdig ontslag ten grondslag gelegd.