ECLI:NL:RBAMS:2012:BZ0928
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing schorsingsverzoek voor minderjarige verdachte in strafzaak
Op 19 november 2012 heeft de kinderrechter/rechter-commissaris in de Rechtbank Amsterdam, mr. R. van de Water, het schorsingsverzoek van een 15-jarige verdachte toegewezen. De kinderrechter heeft hierbij verschillende factoren in overweging genomen, waaronder de leeftijd van de verdachte, zijn beperkte rol in de zaak, en de kans op recidive door detentie. De verdachte is betrokken bij een ernstige zaak, maar de kinderrechter oordeelt dat detentie niet in het belang van de ontwikkeling van de minderjarige is. De verdachte volgt momenteel een behandeling bij Punt P en is bezig met zijn VMBO-T examen. Detentie zou niet alleen zijn behandeling onderbreken, maar ook de kans op criminele besmetting vergroten.
De kinderrechter heeft benadrukt dat bij minderjarige verdachten altijd een individuele afweging moet worden gemaakt. In dit geval is het belang van de minderjarige, zoals vastgelegd in artikel 3 van het IVRK, de eerste overweging. De kinderrechter heeft ook opgemerkt dat het maatschappelijk belang bij voorlopige hechtenis ligt in de geschokte rechtsorde, maar dat dit niet automatisch betekent dat detentie de beste optie is voor de verdachte. De kinderrechter heeft de mogelijkheid van nachtdetentie overwogen, maar deze bleek niet haalbaar onder de aangescherpte vereisten.
De beslissing om het schorsingsverzoek toe te wijzen is genomen met de overweging dat de verdachte, ondanks zijn betrokkenheid bij een ernstig feit, nog steeds een first offender is en dat zijn ontwikkeling en behandeling voorop moeten staan. De kinderrechter heeft de beslissing om te schorsen ook gekoppeld aan de noodzaak om de verdachte snel duidelijkheid te geven over zijn straf, los van de behandeling van meerderjarige medeverdachten. De kinderrechter heeft de schorsing met onmiddellijke ingang voor onbepaalde tijd opgelegd, met de mededeling aan de verdachte.