ECLI:NL:RBAMS:2013:4195

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
21 februari 2013
Publicatiedatum
11 juli 2013
Zaaknummer
13/650765-12, 13/651678-10 (TUL)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor meermalen medeplegen van oplichting via Marktplaats.nl

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 21 februari 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van meermalen medeplegen van oplichting via de website Marktplaats.nl. De verdachte, geboren in 1991 en zonder vaste woon- of verblijfplaats, werd beschuldigd van het oplichten van meerdere slachtoffers door zich voor te doen als verkoper van concert- en festivalkaarten. De tenlastelegging omvatte een periode van 6 april 2011 tot en met 23 mei 2012, waarin de verdachte samen met anderen handelde met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn mededaders gebruik maakten van valse identiteiten en bankrekeningen van zogenoemde 'katvangers' om de indruk te wekken dat zij legitieme verkopers waren. De slachtoffers werden bewogen tot betaling voor kaarten die nooit geleverd werden.

Tijdens de zitting op 7 februari 2013 heeft de rechtbank de bewijsvoering besproken, waarbij onder andere e-mails en getuigenverklaringen zijn gepresenteerd. De rechtbank oordeelde dat de verdachte en zijn mededaders op een berekenende wijze te werk gingen, waarbij zij kwetsbare personen gebruikten om hun oplichtingspraktijken te faciliteren. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast zijn er schadevergoedingen toegewezen aan de benadeelde partijen, die rechtstreeks schade hebben geleden door de oplichtingen. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen toegewezen, met uitzondering van enkele vorderingen die als onevenredige belasting van het strafgeding werden beschouwd. De uitspraak benadrukt de ernst van de gepleegde feiten en de impact op de slachtoffers, evenals de noodzaak van een passende straf.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Parketnummers: 13/650765-12
13/651678-10 (tul)
Datum uitspraak: 21 februari 2013
Tegenspraak
VERKORT VONNIS
van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1991,
zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland,
gedetineerd in het Huis van Bewaring “[locatie]” te [plaats].
De rechtbank heeft beraadslaagd naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van
7 februari 2013.

1.Tenlastelegging

Aan verdachte is – na wijziging ter terechtzitting van 22 november 2012 – ten laste gelegd dat
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 6 april 2011 tot en met 23 mei 2012 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, en/of alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door één of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, hierna te noemen aangevers/gedupeerden, te weten:
1. [persoon 1] (EURO 180,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
2. [persoon 2] (EURO 120,- kaarten voor Wicked The Musical) en/of
3. [persoon 3] (EURO 110,- kaarten voor Anouk) en/of
4. [persoon 4] (EURO 280,- kaarten voor Rammstein) en/of
4a. [persoon 5] (EURO 60,- kaarten voor Winter Wooferland) en/of
5. [persoon 6] (EURO 200,- kaarten voor Vrienden van de Amstel-live) en/of
6. [persoon 7] (EURO 240,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
7. [persoon 8] (EURO 260,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
8. [persoon 9] (EURO 240,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
9. [persoon 10] (EURO 210,- kaarten voor Schmeck Pony) en/of
9a. [persoon 11] (EURO 120,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
9b. [persoon 12] (EURO 120,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
10. [persoon 13] (EURO 260,- kaarten voor wedstrijd Ajax-VVV) en/of
11. [persoon 14]/[persoon 15] (EURO 400,- kaarten voor Rockwerchter) en/of
12. [persoon 16] (EURO 500,- kaarten voor Tomorrowland) en/of
13. [persoon 17] (EURO 280,- kaarten voor Solarweekend) en/of
14. [persoon 18] (EURO 220,- kaarten voor Rockwerchter) en/of
15. [persoon 19] (EURO 400,- kaarten voor Rockwerchter) en/of
16. [persoon 20] (EURO 60,- kaarten voor Fusion of Dance) en/of
17. [persoon 21] (EURO 160,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
18. [persoon 22] (EURO 120,- kaarten voor Simple Minds) en/of
19. [persoon 23] (EURO 120,- kaarten voor Hardbass) en/of
20. [persoon 24] (EURO 120,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
21. [persoon 25] (EURO 180,- kaarten voor Hardbass) en/of
22. [persoon 26] (EURO 195,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
23. [persoon 27] (EURO 330,- kaarten voor Melt Festival) en/of
24. [persoon 28] (EURO 405,- kaarten voor Melt Festival) en/of
25. [persoon 29] (EURO 200,- kaarten voor Vrienden van Amstel-live) en/of
26. [persoon 30] (EURO 240,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
27. [persoon 31] (EURO 240,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
27a. [persoon 32] (EURO 120,- kaarten voor DÁngelo) en/of
28. [persoon 33] (EURO 120,- kaarten voor Toppers) en/of
29. [persoon 34] (EURO 140,- kaarten voor Toppers) en/of
30. [persoon 35] (EURO 200,- ten behoeve van kaarten voor Rockwerchter) en/of
31. [persoon 36] (EURO 60,- kaarten voor Forta Rock) en/of
32. [persoon 37] (EURO 111,- kaarten voor Awakenings) en/of
33. [persoon 38] (EURO 150,- kaarten voor Awakenings) en/of
34. [persoon 39] (EURO 300,- kaarten voor Coldplay) en/of
35. [persoon 40] (EURO 75,- kaarten voor Red Hot Chili Peppers) en/of
36. [persoon 41] (EURO 140,- kaarten voor David Guetta) en/of
37. [persoon 42] (EURO 270,- kaarten voor Qlimax) en/of
38. [persoon 43] (EURO 40,- kaarten voor Ed Sheeran) en/of
39. [persoon 44] (EURO 210,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
40. [persoon 45] (EURO 130,- kaarten voor Paolo Conte) en/of
41. [persoon 46] (EURO 140,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en/of
42. [persoon 47] (EURO 50,- kaarten voor Toppers) en/of
43. [persoon 48] (EURO 225, kaarten voor wedstrijd Ajax-PSV) en/of
44. [persoon 49] (EURO 30,-, kaarten voor Dam tot Dam-loop) en/of
45. [persoon 50] (EURO 200,- kaarten voor ITGWO Vlieland)
en/of nog één of meer onbekend gebleven) andere(n) aangever(s)/gedupeerde(n) heeft/hebben bewogen tot de afgifte van een of meer (bovengenoemde) geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- zich voorgedaan als aanbieder(s) en/of verkoper(s) van bovengenoemde concert-/festival-/evenementkaarten, in elk geval één of meer goederen, op de internetsite Marktplaats.nl en/of
- gebruik gemaakt van de/een (valse) identiteit en of de bank- en/of girorekening(en)(nummers) van (zogenoemde "katvangers"), te weten:
[naam 1] (aangever/gedupeerde met bovengenoemd nummer 1-4) en/of
[naam 2] (aangever/gedupeerde met bovengenoemd nummer 5-16) en/of
[naam 3] (aangever/gedupeerde met bovengenoemd nummer 17-22) en/of
[naam 4] (aangever/gedupeerde met bovengenoemd nummer 23-24) en/of
[naam 5] (aangever/gedupeerde met bovengenoemd nummer 25-27) en/of
[naam 6] (aangever/gedupeerde met bovengenoemd nummer 28-31) en/of
[naam 7] (aangever/gedupeerde met bovengenoemd nummer 32-34) en/of
[naam 8] (aangever/gedupeerde met bovengenoemd nummer 35-45) en/of
één of meer andere zogenoemde 'katvangers' en/of
- zich voorgedaan als bonafide verkoper(s) en/of
- (om het vertrouwen te wekken bij één of meer voornoemde aangever(s)gedupeerde(n)) een kopie van een (vervalst(e)) identiteitskaart en/of paspoort per e-mail gestuurd en/of
- de indruk gewekt dat hij/zij bovengenoemde concert-/festival-/evenementkaart(en) in het bezit had(den)en/of
- voornoemde aangevers/gedupeerde voorgehouden/beloofd dat bovengenoemde concert-/festival-evenementkaart(en) zouden worden opgestuurd per e-mail of post één of meer andere goederen, na betaling/overschrijving op de rekeningnummer(s) van bovengenoemde katvanger(s) zou(den) leveren
terwijl hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet in het bezit was/waren van voornoemde concert-/festival-/evenementkaarten en/of één of meer andere goederen waardoor één of meer bovengenoemde aangevers en/of één of meer thans onbekend gebleven andere(n) (aangevers/gedupeerden), (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;

2.Voorvragen

Op grond van het bepaalde in artikel 322, vierde lid van het Wetboek van Strafvordering (Sv) blijft de op 22 november 2013 door de rechtbank genomen beslissing waarbij de dagvaarding partieel nietig werd verklaard voor wat betreft de zinsneden: “en/of één of meer onbekend gebleven andere(n) aangever(s)/gedupeerde(n)”en “één of meer thans onbekend gebleven andere(n) (aangever(s)/gedupeerde(n)”, in stand. De dagvaarding is voor het overige geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het/de ten laste gelegde feit/en en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

3.Waardering van het bewijs

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
in de periode van 6 april 2011 tot en met 23 mei 2012 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, telkens met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door één of meer listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, hierna te noemen aangevers, te weten:
1. [persoon 1] (EURO 180,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
2. [persoon 2] (EURO 120,- kaarten voor Wicked The Musical) en
3. [persoon 3] (EURO 110,- kaarten voor Anouk) en
4. [persoon 4] (EURO 280,- kaarten voor Rammstein) en
4a. [persoon 5] (EURO 60,- kaarten voor Winter Wooferland) en
5. [persoon 6] (EURO 200,- kaarten voor Vrienden van de Amstel-live) en
6. [persoon 7] (EURO 240,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
7. [persoon 8] (EURO 260,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
8. [persoon 9] (EURO 240,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
9. [persoon 10] (EURO 210,- kaarten voor Schmeck Pony) en
9a. [persoon 11] (EURO 120,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
9b. [persoon 12] (EURO 120,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
10. [persoon 13] (EURO 260,- kaarten voor wedstrijd Ajax-VVV) en
11. [persoon 14]/[persoon 15] (EURO 400,- kaarten voor Rockwerchter) en
12. [persoon 16] (EURO 500,- kaarten voor Tomorrowland) en
13. [persoon 17] (EURO 280,- kaarten voor Solarweekend) en
14. [persoon 18] (EURO 220,- kaarten voor Rockwerchter) en
15. [persoon 19] (EURO 400,- kaarten voor Rockwerchter) en
16. [persoon 20] (EURO 60,- kaarten voor Fusion of Dance) en
17. [persoon 21] (EURO 160,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
18. [persoon 22] (EURO 120,- kaarten voor Simple Minds) en
19. [persoon 23] (EURO 120,- kaarten voor Hardbass) en
20. [persoon 24] (EURO 120,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
21. [persoon 25] (EURO 180,- kaarten voor Hardbass) en
22. [persoon 26] (EURO 195,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
23. [persoon 27] (EURO 330,- kaarten voor Melt Festival) en
24. [persoon 28] (EURO 405,- kaarten voor Melt Festival) en
25. [persoon 29] (EURO 200,- kaarten voor Vrienden van Amstel-live) en
26. [persoon 30] (EURO 240,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
27. [persoon 31] (EURO 240,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
27a. [persoon 32] (EURO 120,- kaarten voor DÁngelo) en
28. [persoon 33] (EURO 120,- kaarten voor Toppers) en
29. [persoon 34] (EURO 140,- kaarten voor Toppers) en
30. [persoon 35] (EURO 200,- ten behoeve van kaarten voor Rockwerchter) en
31. [persoon 36] (EURO 60,- kaarten voor Forta Rock) en
32. [persoon 37] (EURO 111,- kaarten voor Awakenings) en
33. [persoon 38] (EURO 150,- kaarten voor Awakenings) en
34. [persoon 39] (EURO 300,- kaarten voor Coldplay) en
35. [persoon 40] (EURO 75,- kaarten voor Red Hot Chili Peppers) en
36. [persoon 41] (EURO 140,- kaarten voor David Guetta) en
37. [persoon 42] (EURO 270,- kaarten voor Qlimax) en
38. [persoon 43] (EURO 40,- kaarten voor Ed Sheeran) en
39. [persoon 44] (EURO 210,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
40. [persoon 45] (EURO 130,- kaarten voor Paolo Conte) en
41. [persoon 46] (EURO 140,- kaarten voor Soldaat van Oranje) en
42. [persoon 47] (EURO 50,- kaarten voor Toppers) en
43. [persoon 48] (EURO 225, kaarten voor wedstrijd Ajax-PSV) en
44. [persoon 49] (EURO 30,-, kaarten voor Dam tot Dam-loop) en
45. [persoon 50] (EURO 200,- kaarten voor ITGWO Vlieland)
hebben bewogen tot de afgifte van bovengenoemde geldbedragen, hebbende verdachte en zijn mededaders toen aldaar telkens met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid
- zich voorgedaan als verkoper(s) van bovengenoemde concert-/festival-/evenementkaarten op de internetsite Marktplaats.nl en
- gebruik gemaakt van een valse identiteit en of de bank- en/of girorekeningnummers van:
[naam 1] en
[naam 2] en
[naam 3] en
[naam 4] en
[naam 5] en
[naam 6] en
[naam 7] en
[naam 8] en
- een kopie van een identiteitskaart en/of paspoort per e-mail gestuurd en
- de indruk gewekt dat zij bovengenoemde concert-/festival-/evenementkaarten in het bezit hadden en
- voornoemde aangevers beloofd dat zij bovengenoemde concert-/festival-/evenementkaarten na betaling/overschrijving op de rekeningnummers van bovengenoemde personen zouden leveren,
waardoor bovengenoemde aangevers telkens werden bewogen tot bovenomschreven afgifte.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

4.Het bewijs

De rechtbank grondt haar beslissing dat verdachte het bewezen geachte heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.
Nadere bewijsoverweging
Op grond van het voorhanden zijnde bewijsmateriaal stelt de rechtbank vast dat bij de bewezen verklaarde oplichting de volgende werkwijze werd gehanteerd.
Via advertenties op de internetsite ‘Markplaats.nl’ werden kaarten aangeboden voor allerhande festivals, concerten en evenementen. Deze aanbiedingen vonden plaats op naam van [naam 1], [naam 2], [naam 3], [naam 4], [naam 5], [naam 6], [naam 7] of [naam 8]. Uit onderzoek door de politie is gebleken dat geen van deze personen de kaarten zelf te koop heeft aangeboden. Al deze personen bleken bovendien hun bankpas en bijbehorende pincode te hebben afgegeven aan een derde.
Bij de mailwisseling over de verkoop van de kaarten werd met regelmaat een kopie van een identiteitskaart of paspoort verstrekt aan de koper. Dit betrof doorgaans een kopie waarop de achternaam vermeld stond van degene met wie de koper contact dacht te hebben en die overeenkwam met de naam behorende bij de bankrekening waarop het geld moest worden overgemaakt. De overige gegevens op de identiteitskaart of het paspoort bleken achteraf gemanipuleerd te zijn. Nadat het geld door de koper was overgemaakt, werd met de bankpas en de pincode het zojuist gestorte bedrag van de rekening afgehaald. De kaarten werden nooit geleverd.
De rechtbank stelt vast dat voornoemde [naam 1], [naam 2], [naam 3], [naam 4], [naam 5], [naam 6], [naam 7] en [naam 8] werden gebruikt als zogenoemde katvangers. Deze personen hebben, een enkele uitzondering daargelaten, geen andere rol gespeeld dan het ter beschikking stellen van hun bankpas met de daarbij behorende pincode.
Uit het onderzoek door de politie komen naast de katvangers en de verdachten [medeverdachte A], [verdachte] en [medeverdachte B] geen andere personen in beeld.
Elk van de verdachten wordt één of meermalen herkend door katvangers als zijnde de persoon die hen benaderde om de bankpas ter beschikking te stellen. Elke verdachte is voorts op enig moment door de politie in het bijzijn van een medeverdachte herkend op beelden bij pinautomaten terwijl er geld van de rekeningen van katvangers werd gehaald. Deze pintransacties konden direct in verband worden gebracht met betalingen door gedupeerden. Verdachte [medeverdachte B] en [verdachte] werden daarnaast in elkaars bijzijn aangehouden in een internetcafé, terwijl op de computer, waarachter verdachte [medeverdachte B] zat, de website van Marktplaats open stond bij de rubriek ‘Tickets en kaartjes’ op een pagina waar men advertenties kan aanmaken en plaatsen. Op de computer van verdachte [verdachte] stond een hotmailaccount open waaruit communicatie met betrekking tot het plaatsen van of het reageren op advertenties voor kaartjes valt af te leiden. Daar komt bij dat [verdachte] bij zijn aanhouding in het bezit van de bankpas van katvanger Wijs was.
Hoewel niet met betrekking tot ieder individueel geval van oplichting (op de tenlastelegging genoemd onder nummer 1 tot en met 45) valt te herleiden welke rol iedere verdachte daarbij heeft gespeeld, is wel duidelijk dat telkens deze groep van drie verdachten voor de oplichting verantwoordelijk was. Binnen deze groep vervulde elk van de verdachten wisselende werkzaamheden en was men ook op de hoogte van elkaars werkzaamheden. De verdachten hadden veelvuldig telefonisch contact met elkaar. Diverse van de telefoongesprekken zijn, gezien het tijdstip waarop ze plaatsvonden en de inhoud ervan, te herleiden tot de bewezen verklaarde oplichtingen. Bovendien volgt uit de telefoongesprekken dat de uiteindelijke opbrengst zou worden gedeeld.
Gelet op het voorgaande komt de rechtbank tot het oordeel dat de verdachten [medeverdachte A], [verdachte] en [medeverdachte B] moeten worden gezien als medepleger van de bewezen verklaarde oplichtingen. Alle verdachten hadden een wezenlijke rol bij de uitvoering van het geheel van oplichtingen. Ieders bijdrage was zo wezenlijk, dat sprake is van een bewuste en nauwe samenwerking.
Dit geldt ten aanzien van verdachte evenzeer voor de oplichting van de aangevers die gekoppeld kunnen worden aan de katvangers [naam 1] en [naam 5]. De raadsvrouw heeft betoogd dat uit een afgetapt telefoongesprek van 6 januari 2012 (p.222) zou blijken dat de medeverdachten [medeverdachte A] en [medeverdachte B] de bedoeling hadden verdachte met betrekking tot deze twee katvangers buiten de deur te houden. De rechtbank is van oordeel dat het door de raadsvrouw bedoelde gesprek onvoldoende concreet is om hieraan de door de raadsvrouw gestelde conclusie te kunnen verbinden. Hiertegen pleit bovendien dat verdachten ook na het bewuste telefoongesprek in gelijke samenstelling hun oplichtingspraktijken hebben voortgezet.
Voor wat betreft de verweren van de raadslieden dat de katvangers belang zouden hebben bij hun verklaring of niet neutraal zouden zijn, overweegt de rechtbank dat dit hun verklaringen niet per definitie onbetrouwbaar maakt. Het is niet aannemelijk geworden, dat de katvangers onbetrouwbare verklaringen hebben afgelegd. Deze verweren worden dan ook verworpen.

5.De strafbaarheid van het feit

Het bewezen geachte feit is volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

7.Motivering van de straffen en maatregelen

De officier van justitie heeft bij requisitoir gevorderd dat verdachte ter zake van het door haar bewezen geachte feit de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD-maatregel) zal worden opgelegd voor de duur van 2 jaren zonder aftrek van voorarrest.
De vorderingen van de benadeelde partijen dienen, aldus de officier van justitie, vermeerderd met de wettelijke rente, alle te worden toegewezen, met dien verstande dat in de gevallen waarin een vergoeding voor immateriële schade is gevorderd, deze zou dienen te worden beperkt tot een vergoeding van € 50,-. Bovendien dient aan verdachte met betrekking tot deze vorderingen de schadevergoedingsmaatregel te worden opgelegd.
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals van een en ander ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft tezamen met zijn mededaders gedurende een periode van ruim een jaar via de internetsite ‘Markplaats.nl’ een groot aantal mensen opgelicht door de schijn te wekken dat zij kaarten voor festivals, concerten of evenementen te koop hadden, en deze vervolgens na betaling niet te leveren. Verdachten gingen hierbij zeer berekenend te werk. Zo maakten zij misbruik van kwetsbare en makkelijk te beïnvloeden personen door hen te gebruiken als zogenaamde katvangers die, soms in ruil voor bijvoorbeeld een bolletje drugs, hun bankrekening met bijbehorende pas en pincode aan verdachten beschikbaar stelden. Met de bankrekeningen van de katvangers en een gefingeerde identiteit werd bij de kopers de indruk van een legale verkoop gewekt.
Aldus hebben verdachten de slachtoffers niet alleen financieel nadeel berokkend, maar hebben zij ook het vertrouwen van de slachtoffers bij het doen van aankopen via het internet geschonden. Het is juist bij deze wijze van het doen van aankopen dat het vertrouwen tussen koper en verkoper een grote rol speelt.
Zoals blijkt uit een uittreksel uit het justitieel documentatieregister d.d. 5 februari 2013 is verdachte in het verleden niet alleen reeds meermalen voor diverse gewelds- en vermogensdelicten veroordeeld, maar ook voor oplichting.
De rechtbank heeft kennis genomen van het advies van de reclassering d.d. 21 augustus 2012. Zij zal de reclassering echter niet volgen in haar advies tot het opleggen van een onvoorwaardelijke ISD-maatregel. De rechtbank is, nog daargelaten hetgeen de raadsvrouw heeft opgemerkt over mogelijke formele beletselen, niet overtuigd van de noodzaak tot het opleggen van een ISD-maatregel in het geval van verdachte en in reactie op feiten als de onderhavige. Zij zal in plaats daarvan een gevangenisstraf van na te noemen duur opleggen.
Voor wat betreft de hoogte van de straf heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij wat gemiddeld door deze en andere rechtbanken in den lande voor vergelijkbare feiten wordt opgelegd. Dit leidt tot de conclusie dat een gevangenisstraf van aanzienlijke duur zal moeten worden opgelegd.
In de persoonlijke omstandigheden van verdachte zoals die uit het reclasseringsrapport naar voren komen en welke ter terechtzitting nader zijn toegelicht, ziet de rechtbank aanleiding om een deel van de gevangenisstraf in voorwaardelijke vorm op te leggen. Zij zal aan dat voorwaardelijke deel als bijzondere voorwaarden verbinden, de voorwaarden zoals die in het kader van een eerdere strafzaak door de reclassering bij rapportage van 17 januari 2011 werden geadviseerd, doch welke als gevolg van een hoger beroep in die zaak tot op heden niet zijn geëffectueerd. Gezien de diverse problemen die destijds reeds door de reclassering werden vastgesteld en die nu ook nog onverkort spelen, acht de rechtbank het van belang dat verdachte alsnog zal deelnemen aan de diverse geadviseerde gedragsinterventies. Het voorwaardelijke deel strekt er voorts toe verdachte ervan te weerhouden zich in de toekomst wederom aan strafbare feiten schuldig te maken.
Ten aanzien van de benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregel
In totaal hebben 38 personen zich gesteld als benadeelde partij. Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de behandeling van (een deel van) de vorderingen van de benadeelde partijen, niet een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. Tevens is komen vast te staan dat de benadeelde partijen, met uitzondering van [persoon 3], als gevolg van het hiervoor bewezen geachte feit, rechtstreeks schade hebben geleden. Dit betreft telkens de materiële schade zoals die door de benadeelde partijen is opgevoerd als gevolg van door hen bij verdachte en zijn mededaders gekochte, doch niet geleverde, kaarten voor festivals, concerten of andere evenementen. Bij de benadeelde partij Buring komen hier nog bij de vooruitbetaalde kosten voor vervoer met een tourbus naar het betreffende evenement.
De rechtbank waardeert de schade van:
  • [persoon 1] op een bedrag van € 180,- (honderdtachtig euro)
  • [persoon 2] op een bedrag van € 120,- (honderdtwintig euro)
  • [persoon 4] op een bedrag van € 280,- (tweehonderdtachtig euro)
  • [persoon 5] op een bedrag van € 60,- (zestig euro)
  • [persoon 6] op een bedrag van € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 8] op een bedrag van € 260,- (tweehonderdzestig euro)
  • [persoon 9] op een bedrag van € 240,- (tweehonderdveertig euro)
  • [persoon 10] op een bedrag van € 210,- (tweehonderdtien euro)
  • [persoon 11] op een bedrag van € 144,- (honderdvierenveertig euro)
  • [persoon 12] op een bedrag van € 120,- (honderdtwintig euro)
  • [persoon 13] op een bedrag van € 260,- (tweehonderdzestig euro)
  • [persoon 14] op een bedrag van € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 15] op een bedrag van € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 16] op een bedrag van € 500,- (vijfhonderd euro)
  • [persoon 17] op een bedrag van € 280,- (tweehonderdtachtig)
  • [persoon 18] op een bedrag van € 220,- (tweehonderdtwintig euro)
  • [persoon 20] op een bedrag van € 60,- (zestig euro)
  • [persoon 22] op een bedrag van € 120,- (honderdtwintig euro)
  • [persoon 24] op een bedrag van € 120,- (honderdtwintig euro)
  • [persoon 25] op een bedrag van € 180,- (honderdtachtig euro)
  • [persoon 26] op een bedrag van € 195,- (honderdvijfennegentig euro)
  • [persoon 27] op een bedrag van € 330,- (driehonderddertig euro)
  • [persoon 28] op een bedrag van € 405,- (vierhonderdvijf euro)
  • [persoon 29] op een bedrag van € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 30] op een bedrag van € 240,- (tweehonderdveertig euro)
  • [persoon 31] op een bedrag van € 240,- (tweehonderdveertig euro)
  • [persoon 34] op een bedrag van € 140,- (honderdveertig euro)
  • [persoon 35] op een bedrag van € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 36] op een bedrag van € 60,- (zestig euro), met wettelijke rente
  • [persoon 38] op een bedrag van € 150,- (honderdvijftig euro)
  • [persoon 39] op een bedrag van € 300,- (driehonderd euro)
  • [persoon 41] op een bedrag van € 140,- (honderdveertig euro)
  • [persoon 42] op een bedrag van € 270,- (tweehonderdzeventig euro)
  • [persoon 44] op een bedrag van € 210,- (tweehonderdtien euro)
  • [persoon 45] op een bedrag van € 130,- (honderddertig euro)
  • [persoon 48] op een bedrag van € 225,- (tweehonderdvijfentwintig euro)
  • [persoon 50] op een bedrag van € 200,- (tweehonderd euro)
De vorderingen kunnen dan ook telkens tot deze bedragen worden toegewezen. Voorts dient de verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partijen hebben gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zullen maken.
De gevorderde wettelijke rente wordt – een geval uitgezonderd – niet toegewezen. Immers, uit de vorderingen blijkt niet dat de wettelijke rente door de betreffende benadeelde partijen zelf is gevorderd. Op een aantal vorderingen is telkens met de hand en in een ander handschrift dan dat van de benadeelde partij geschreven dat ook wettelijke rente wordt gevorderd, terwijl – behalve in het geval van benadeelde partij Vlaardingenbroek – niet blijkt dat Slachtofferhulp in overleg met, en met machtiging van de benadeelde partij de vordering heeft uitgebreid.
In het belang van voornoemde benadeelde partijen wordt telkens, als extra waarborg voor betaling aan laatstgenoemden, de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht aan verdachte opgelegd.
De behandeling van het overige deel van de vorderingen van de benadeelde partijen [persoon 28], [persoon 15] en [persoon 14] levert wel een onevenredige belasting van het strafgeding op. Het betreft hier telkens de gevraagde vergoeding voor immateriële schade alsmede de door [persoon 14] gevraagde vergoeding voor een campingticket en de kosten gemoeid met het doen van aangifte en het invullen van de schadeformulieren. Gelet hierop zal de rechtbank bepalen dat deze benadeelde partijen in dat deel van de vorderingen niet-ontvankelijk zijn. De benadeelde partijen kunnen dat deel van de vorderingen bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Nu niet is gebleken dat aan de benadeelde partij [persoon 3] rechtstreeks schade is toegebracht door het bewezen geachte feit – niet is gebleken dat zij de kosten zelf heeft gedragen – zal de rechtbank bepalen dat deze benadeelde partij in de vordering niet-ontvankelijk is.
Tenuitvoerlegging voorwaardelijke veroordeling
Bij de stukken bevindt zich de op 17 juli 2012 ter griffie van deze rechtbank ontvangen vordering van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam in de zaak met parketnummer 13/651678-10, betreffende het onherroepelijk geworden vonnis d.d. 6 april 2011 van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Amsterdam, waarbij verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht, met bevel dat van deze straf een gedeelte, groot 5 maanden niet ten uitvoer gelegd zal worden, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat veroordeelde zich voor het einde van een op 2 jaren bepaalde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Tevens blijkt uit de stukken dat de kennisgeving, bedoeld in artikel 366a van het Wetboek van Strafvordering aan verdachte is toegezonden.
Gebleken is dat verdachte zich voor het einde van voornoemde proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt, zoals naar voren komt uit de verdere inhoud van dit vonnis. De rechtbank ziet hierin aanleiding de tenuitvoerlegging van dat voorwaardelijke strafdeel te gelasten.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf en maatregel zijn gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 36f, 47, 57 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.

9.Beslissing

Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 3 is vermeld.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van
24 maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot
4 maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een
proeftijd van 2 (twee) jarenvast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast, indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet aan de volgende algemene voorwaarden houdt.
Stelt als algemene voorwaarden dat de veroordeelde
1. zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
2. ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt.
3. medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
De tenuitvoerlegging kan ook worden gelast indien veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarden niet naleeft.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
Meldingsgebod
4. Veroordeelde moet zich melden bij de Reclassering Nederland, Wibautstraat 12 te Amsterdam. Hierna moet hij zich blijven melden zo frequent en zolang de Reclassering Nederland dit noodzakelijk acht. Vervolgens moet hij gedurende de proeftijd onder toezicht en leiding van de Reclassering Nederland blijven en zich naar de door of namens die instelling te geven aanwijzingen gedragen, zolang deze instelling dat nodig vindt.
Deelname aan gedragsinterventies
5. Veroordeelde moet gedurende de proeftijd deelnemen aan een gedragsinterventie, bestaande uit een leefstijltraining (kort), aangeboden door de Reclassering Nederland of soortgelijke instelling waarbij veroordeelde zich dient te houden aan de aanwijzingen zoals die gedurende deze gedragsinterventie door of namens voornoemde instelling aan veroordeelde zullen worden gegeven.
6. Veroordeelde moet gedurende de proeftijd deelnemen aan een cognitieve vaardigheidstraining. Veroordeelde dient zich hierbij te houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens die instelling/behandelaar zullen worden gegeven.
Wijst de vorderingen van de benadeelde partijen telkens toe tot het daarbij vermelde bedrag, te weten:
  • [persoon 1], wonende te [plaats], € 180,- (honderdtachtig euro)
  • [persoon 2], wonende te [plaats], € 120,- (honderdtwintig euro)
  • [persoon 4], wonende te [plaats], € 280,- (tweehonderdtachtig euro)
  • [persoon 5], wonende te [plaats], € 60,- (zestig euro)
  • [persoon 6], wonende te [plaats], € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 8], wonende te [plaats], € 260,- (tweehonderdzestig euro)
  • [persoon 9], wonende te [plaats], € 240,- (tweehonderdveertig euro)
  • [persoon 10], wonende te [plaats], € 210,- (tweehonderdtien euro)
  • [persoon 11], wonende te [plaats], € 144,- (honderdvierenveertig euro)
  • [persoon 12], wonende te [plaats], € 120,- (honderdtwintig euro)
  • [persoon 13], wonende te [plaats], € 260,- (tweehonderdzestig euro)
  • [persoon 14], wonende te [plaats], € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 15], wonende te [plaats], € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 16], wonende te [plaats], € 500,- (vijfhonderd euro)
  • [persoon 17], wonende te [plaats], € 280,- (tweehonderdtachtig)
  • [persoon 18], wonende te [plaats], € 220,- (tweehonderdtwintig euro)
  • [persoon 20], wonende te [plaats], € 60,- (zestig euro)
  • [persoon 22], wonende te [plaats], € 120,- (honderdtwintig euro)
  • [persoon 24], wonende te [plaats], € 120,- (honderdtwintig euro)
  • [persoon 25], wonende te [plaats], € 180,- (honderdtachtig euro)
  • [persoon 26], wonende te [plaats], € 195,- (honderdvijfennegentig euro)
  • [persoon 27], wonende te [plaats], € 330,- (driehonderddertig euro)
  • [persoon 28], wonende te [plaats], € 405,- (vierhonderdvijf euro)
  • [persoon 29], wonende te [plaats], € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 30], wonende te [plaats], € 240,- (tweehonderdveertig euro)
  • [persoon 31], wonende te [plaats], € 240,- (tweehonderdveertig euro)
  • [persoon 34], wonende te [plaats], € 140,- (honderdveertig euro)
  • [persoon 35], wonende te [plaats], € 200,- (tweehonderd euro)
  • [persoon 36], wonende te [plaats], € 60,- (zestig euro)) met wettelijke rente vanaf het moment van datum aangifte
  • [persoon 38], wonende te [plaats], € 150,- (honderdvijftig euro)
  • [persoon 39], wonende te [plaats], € 300,- (driehonderd euro)
  • [persoon 41], wonende te [plaats], € 140,- (honderdveertig euro)
  • [persoon 42], wonende te [plaats], € 270,- (tweehonderdzeventig euro)
  • [persoon 44], wonende te [plaats], € 210,- (tweehonderdtien euro)
  • [persoon 45], wonende te [plaats], € 130,- (honderddertig euro)
  • [persoon 48], wonende te [plaats], € 225,- (tweehonderdvijfentwintig euro)
  • [persoon 50], wonende te [plaats], € 200,- (tweehonderd euro)
Veroordeelt verdachte aan voornoemde benadeelde partijen, het toegewezen bedrag te betalen, behoudens voorzover deze vordering reeds door of namens een ander/anderen is betaald.
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partijen gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Bepaalt dat de benadeelde partijen [persoon 28], [persoon 15] en [persoon 14] voor het overige niet-ontvankelijk in hun vorderingen zijn. De benadeelde partijen kunnen dit deel van de vordering bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verklaart de benadeelde partij [persoon 3] niet-ontvankelijk in haar vordering en bepaalt dat deze benadeelde partij de vordering bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Legt aan verdachte telkens de verplichting op, aan de Staat, ten behoeve van na te noemen slachtoffers, de daarbij vermelde som te betalen, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor genoemde duur, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.
  • [persoon 1], € 180,- (honderdtachtig euro) / 3 dagen hechtenis
  • [persoon 2], € 120,- (honderdtwintig euro) / 2 dagen hechtenis
  • [persoon 4], € 280,- (tweehonderdtachtig euro) / 5 dagen hechtenis
  • [persoon 5], € 60,- (zestig euro) / 1 dag hechtenis
  • [persoon 6], € 200,- (tweehonderd euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 8], € 260,- (tweehonderdzestig euro) / 5 dagen hechtenis
  • [persoon 9], € 240,- (tweehonderdveertig euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 10], € 210,- (tweehonderdtien euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 11], € 144,- (honderdvierenveertig euro) / 2 dagen hechtenis
  • [persoon 12], € 120,- (honderdtwintig euro) / 2 dagen hechtenis
  • [persoon 13], € 260,- (tweehonderdzestig euro) / 5 dagen hechtenis
  • [persoon 14], € 200,- (tweehonderd euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 15], € 200,- (tweehonderd euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 16], € 500,- (vijfhonderd euro) / 10 dagen hechtenis
  • [persoon 17], € 280,- (tweehonderdtachtig) / 5 dagen hechtenis
  • [persoon 18], € 220,- (tweehonderdtwintig euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 20], € 60,- (zestig euro) / 1 dag hechtenis
  • [persoon 22], € 120,- (honderdtwintig euro) / 2 dagen hechtenis
  • [persoon 24], € 120,- (honderdtwintig euro) / 2 dagen hechtenis
  • [persoon 25], € 180,- (honderdtachtig euro) / 3 dagen hechtenis
  • [persoon 26], € 195,- (honderdvijfennegentig euro) / 3 dagen hechtenis
  • [persoon 27], € 330,- (driehonderddertig euro) / 6 dagen hechtenis
  • [persoon 28], € 405,- (vierhonderdvijf euro) / 8 dagen hechtenis
  • [persoon 29], € 200,- (tweehonderd euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 30], € 240,- (tweehonderdveertig euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 31], € 240,- (tweehonderdveertig euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 34], € 140,- (honderdveertig euro) / 2 dagen hechtenis
  • [persoon 35], € 200,- (tweehonderd euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 36], € 60,- (zestig euro) met wettelijke rente vanaf het moment van datum aangifte / 1 dag hechtenis
  • [persoon 38], € 150,- (honderdvijftig euro) / 3 dagen hechtenis
  • [persoon 39], € 300,- (driehonderd euro) / 6 dagen hechtenis
  • [persoon 41], € 140,- (honderdveertig euro) / 2 dagen hechtenis
  • [persoon 42], € 270,- (tweehonderdzeventig euro) / 5 dagen hechtenis
  • [persoon 44], € 210,- (tweehonderdtien euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 45], € 130,- (honderddertig euro) / 2 dagen hechtenis
  • [persoon 48], € 225,- (tweehonderdvijfentwintig euro) / 4 dagen hechtenis
  • [persoon 50], € 200,- (tweehonderd euro) / 4 dagen hechtenis
Bepaalt dat, indien en voorzover verdachte heeft voldaan aan één van voornoemde betalingsverplichtingen, daarmee de andere is vervallen.
Gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover deze voorwaardelijk is opgelegd bij genoemd vonnis van 6 april 2011, namelijk een gevangenisstraf voor de duur van 5 maanden.
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.M. van der Nat, voorzitter,
mrs. O.P.G. Vos en V.V. Essenburg, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. D. West, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 21 februari 2013.