In deze zaak heeft de kantonrechter te Amsterdam op 20 juni 2013 uitspraak gedaan in een ontbindingsverzoek van UTS APC B.V. tegen een werknemer, aangeduid als [verweerder]. UTS heeft op 24 april 2013 een verzoek ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst, onderbouwd met de argumentatie dat de onderneming in financiële problemen verkeert en dat reorganisatie noodzakelijk is. De werknemer, die sinds 1 december 1998 in dienst was als voorman, had gesolliciteerd naar de functie van Project Coördinator Zakelijk, maar werd door de plaatsingscommissie als ongeschikt beoordeeld. UTS stelde dat de reorganisatie en de bijbehorende veranderingen in de functie-invulling de reden waren voor de ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
Tijdens de zitting op 30 mei 2013 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat UTS onvoldoende heeft aangetoond dat de werknemer niet geschikt was voor de aangeboden functie en dat er geen andere functies zijn besproken. De kantonrechter oordeelde dat UTS niet als goed werkgever heeft gehandeld door de werknemer niet de kans te geven om op andere functies te solliciteren en dat er op dat moment een functie als Allround verhuizer beschikbaar was, die de werknemer had kunnen vervullen.
De kantonrechter heeft uiteindelijk het verzoek van UTS tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst afgewezen, omdat er onvoldoende redenen waren om het dienstverband te beëindigen. Tevens werd UTS veroordeeld in de proceskosten van de werknemer, die zijn gemachtigde had ingeschakeld. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige sollicitatieprocedure en de verplichtingen van de werkgever in het kader van reorganisatie.