ECLI:NL:RBAMS:2013:6062

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
7 augustus 2013
Publicatiedatum
20 september 2013
Zaaknummer
DX EXPL 08-1185
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.S.F. Voskens
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging lease-overeenkomsten en verjaring bij Dexia Nederland B.V.

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam, hebben eisers, vertegenwoordigd door Stichting Zinloos Betalen en Beursklacht B.V., een rechtszaak aangespannen tegen Dexia Nederland B.V. De kern van de zaak betreft de vernietiging van lease-overeenkomsten en het verjaringsverweer van Dexia. De eisers stelden dat zij niet op de hoogte waren van de lease-overeenkomsten en dat hun vernietigingsrecht niet was verjaard. De kantonrechter heeft op 7 augustus 2013 geoordeeld dat de eisers erin zijn geslaagd tegenbewijs te leveren en het bewijsvermoeden te ontzenuwen dat hun vernietigingsrecht was verjaard. Dit oordeel was gebaseerd op getuigenverklaringen die consistent waren en de omstandigheden rondom de kennisname van de lease-overeenkomsten verduidelijkten.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de lease-overeenkomsten tijdig zijn vernietigd, wat ook gevolgen heeft voor eventuele verlengingen van deze overeenkomsten. Dexia werd veroordeeld tot restitutie van de door eisers betaalde bedragen, verminderd met ontvangen dividenden. In totaal diende Dexia € 16.792,64 aan eisers te betalen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van betaling. De kosten van de procedure werden eveneens aan Dexia opgelegd, terwijl de eisers ook in de kosten van Dexia werden veroordeeld. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van partijen in het kader van lease-overeenkomsten en de mogelijkheden voor consumenten om hun rechten te doen gelden, zelfs na een langere periode.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaak- en rolnummer: 931185 DX EXPL 08-1185
vonnis van: 7 augustus 2013
f.no.: 887
Vonnis van de kantonrechter
i n z a k e

1.[eisers],

2. [eisers],
beiden wonende te [woonplaats],
eisers,
gemachtigde: Stichting Zinloos Betalen,
e n

3.[eisers],

4. [eisers],

beiden wonende te [woonplaats],
gemachtigde: Beursklacht B.V.,
nader te noemen:[eisers],
t e g e n
de besloten vennootschap
DEXIA NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
nader te noemen: Dexia,
gemachtigde: [naam 1].
Het verloop van de procedure
Op 30 januari 2013 is in deze zaak tussenvonnis (hierna: het tussenvonnis) gewezen.
Voor het verloop van het proces tot dan toe, verwijst de kantonrechter naar hetgeen dienaangaande in het tussenvonnis is overwogen.
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- de akte van [eisers];
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 15 mei 2013.
Partijen hebben afgezien van het nemen van een conclusie na enquête.
Daarna is vonnis bepaald op heden.
Gronden van de beslissing

1.De verdere beoordeling

1.1.
De kantonrechter verwijst naar en blijft bij hetgeen is overwogen en beslist in het tussenvonnis.
1.2.
Thans is aan de orde de beoordeling van het beroep op vernietiging van de lease-overeenkomsten 1 tot en met 4 (hierna: de lease-overeenkomsten) door [eisers], bij dagvaarding d.d. 3 augustus 2007, en het daartegen door Dexia gevoerde verjaringsverweer.
1.3.
In het tussenvonnis heeft de kantonrechter geoordeeld dat de aangevoerde bewijsmiddelen het (bewijs)vermoeden rechtvaardigen dat [eisers] onder meer door kennisname van een of meer bankafschriften eerder dan drie jaar voor de dagvaarding van 3 augustus 2007 kennis heeft gekregen van het bestaan van de lease-overeenkomsten 1 tot en met 4 en dat Dexia voorshands is geslaagd in haar bewijslevering dat het vernietigingsrecht is verjaard. [eisers] zijn in de gelegenheid gesteld hiertegen tegenbewijs te leveren.
1.4.
In dat kader zijn als getuigen gehoord [eisers].
1.5.
Tijdens het getuigenverhoor heeft [eisers] het volgende verklaard:
Ik heb voor het eerst over de lease-overeenkomsten gehoord toen mijn man het mij vertelde vlak voordat hij naar Beursklacht ging. Misschien heeft hij het daarna verteld, toen hij daar geweest was. Dat was in 2005, eind 2005. Ik weet niet meer wat mijn man mij toen verteld heeft, behalve dat hij bij Beursklacht was geweest. Het ging over contracten, verder wist ik het niet. Ik reageerde gelaten, want ik bemoeide mij nooit met zijn papieren. Ik vond het niet vreemd dat ik er niet eerder van wist, want hij deed de financiën en administratie al vanaf ons trouwen. Ik wist er eerder niet van, omdat ik mij nooit met zijn zakelijke dingen bemoeide. Daarmee bedoelde ik zijn bedrijfje. Ik wist niet van deze overeenkomsten, die inderdaad privé waren, omdat ik nooit in de boeken keek. Mijn man en ik spraken niet over de contracten. Wij hebben het nooit zo over privé financiën, en ook niet over die van zijn bedrijf. Ik weet niet met welk doel hij de overeenkomsten had gesloten. Het klopt dat de inleg ook deels mijn geld was, maar ik heb ook nu nog steeds niets met dit soort dingen. Sinds een paar maanden weet ik pas dat mijn dochters ook zo’n overeenkomst hadden. Misschien heb ik één of twee jaar geleden ook al er iets van gehoord. Toentertijd wist ik daar niets van. Dat was desinteresse. De overeenkomsten van de dochters kwamen niet met mijn man en ook niet met hen ter sprake in die tijd. Ik wist niet dat zij hun overeenkomsten verlengd hebben. Ik heb wel gehoord dat zij aan het einde geld bij moesten betalen, maar ik weet niet meer wanneer dat was.
Ik weet niet hoe de overeenkomsten van mijn man tot stand zijn gekomen. Ik herinner mij niet dat daarover ooit iemand bij ons thuis geweest is. Ik kan mij geen telefoontjes van Dexia herinneren. Ik heb zelf nooit met Dexia gebeld.
Wij hadden een girorekening en een rekening van de [bank]. Ik weet wel het nummer van de [rekening] Die rekening gebruiken wij niet meer. Ik had daar een pasje van. Dat pasje gebruikte ik voor boodschappen. Ik keek nooit naar de stand van de rekening bij de geldautomaat. Ik had ook nog een bankpas van de [bank]. Dat gebruikte ik ook. Verder had ik geen pasjes. Er waren spaarrekeningen. Ik weet niet of er een beleggingsrekening was. Ik wist niet wat er op de spaarrekeningen stond. Mijn man deed de overboekingen van alle rekeningen.
Ik haalde de reclame uit de post en de rest legde ik bij mijn man op zijn bureau in zijn kantoor. Ik moet haast wel enveloppen van Dexia gezien hebben, maar alle post legde ik ongeopend voor hem neer. Ik heb mij nooit afgevraagd en nooit gevraagd waar dat van was. Mijn man opende de bankpost. Ik nooit. Ik keek ook niet naar de bankafschriften. Nooit. Ik heb wel eens een bankafschrift gezien. Ik heb wel eens zo’n briefje gezien. Ik denk toen dat een keer op een bureau lag of zo.
Mijn man deed de belastingaangiften. Ik tekende. Ik heb de aangiften nooit gelezen en heb de overeenkomsten dus ook niet daarop zien staan.
Wij spraken samen niet echt over sparen. Niet concreet dat wij ergens voor spaarden. Wij spraken ook niet over hoe er gespaard werd. Wij spraken weinig over pensioenopbouw of iets dergelijks. Ik weet niet hoe dat gedaan werd. De jongste dochter is in 1998 het huis uit gegaan. Voordien spraken mijn man en ik niet over hun kosten of studiekosten. Ik wist niet dat mijn man belegde. Beleggen kwam niet aan de orde. Bij grote uitgaven zei mijn man wel of het kon en hij zorgde ook voor de betaling.
Ik heb indertijd nooit tijdelijk iets met de administratie of financiën gedaan.
In 2001 zijn wij verhuisd en toen is de hypotheek veranderd. Voor dat moment was er geen verandering. In 2001 is niet aan de orde gekomen dat er een BKR-registratie was. Er was geen probleem met die financiering. Ik denk wel dat ik de adreswijzigingen verstuurd heb.
Ik heb geen adreswijzigingen naar Dexia verstuurd, alleen naar familie enzo. Zakelijke dingen deed mijn man altijd. Wij hebben samen nooit de financiën in beeld gebracht.
Ik wist niet dat er vooruitbetaald werd op enkele overeenkomsten. Ik vertrouwde mijn man gewoon daarin. Hij deed nooit iets wat onverantwoord was. Ik heb niet gehoord van uitkeringen op de overeenkomsten. Misschien is dat wel vreemd, maar mijn man verteld nooit over dit soort dingen. U vraagt mij of ik ook niet van hem zou horen als hij € 10.000,00 in de loterij gewonnen zou hebben. Ik hoop dat wel van hem te horen.
Ik kan geen goed antwoord geven op uw vraag waarom mijn man mij wel verteld heeft over Beursklacht, terwijl hij mij nooit iets vertelde over financiële aangelegenheden.
Mijn man besprak de financiën niet met de dochters. Voor zover ik weet niet.
Ik weet niet anders dan dat mijn man ook niet met de dochters gesproken heeft over hun overeenkomsten.
1.6.
Tijdens het getuigenverhoor heeft [eisers] het volgende verklaard:
Het zal eind 2005 zijn geweest toen mijn vrouw voor het eerst over de lease-overeenkomsten heeft gehoord. Ik heb het haar verteld nadat ik bij een bijeenkomst van Beursklacht was geweest. Ik heb het haar toen verteld omdat er toen sprake was van eegalease, dat zij nooit getekend had. Ik hoorde toen dat mijn vrouw dat in feite terug kon vorderen. Zij wist er eerder niet van, omdat zij zich nooit met administratie, banken enzo bemoeide. Daar hebben wij het gewoon niet over. Het klopt dat het geld ook van haar was. Zij wist er niet van, omdat ik altijd alle financiële zaken doe. Het was al een paar jaar zo dat het slecht ging met dat Dexia gebeuren en dat wilde ik haar gewoon niet aandoen. Dat wist ik vanaf 2001, 2002. Toen heb ik ook brieven geschreven. Ik heb het haar niet verteld omdat zij een beetje gevoelig is voor slechte financiële dingen. Dat vermoedde ik. Zij bemoeide zich nooit met de financiële zaken. Dat deed ik allemaal.
Met de overeenkomsten wilde ik een pensioengat opvullen. Daar heb ik nooit met haar over gesproken. Misschien dat wij wel eens terloops over sparen spraken, maar niet expliciet. Wij spraken samen niet over beleggen. Wij spraken wel over de studiekosten van de dochters, maar niet hoe dat betaald moest worden. Dat gebeurde gewoon. Bij grote uitgaven nam ik gewoon de financiële beslissing. Er werd verder niet over gesproken. Ik betaalde dan de rekening.
Ik wist van de overeenkomsten van de dochters. Van meet af aan. Ik denk niet dat mijn vrouw daarvan wist. De dochters waren uit huis. Ik heb het hen toen aanbevolen. Ik weet niet of mijn vrouw daar van af weet. Bij mijn weten is het nooit ter sprake gekomen in bijzijn van mijn vrouw. Het zou kunnen dat de dochters mij gevraagd hebben over de verlenging. Zij hebben het inderdaad wel gevraagd, maar het is al zo lang geleden. De restschulden aan het einde zijn ook met mij besproken. Ik heb de verlengingen en de restschulden niet met mijn vrouw besproken. Ik weet niet of de dochters dat met haar besproken hebben.
De overeenkomsten zijn via een advertentie tot stand gekomen. Er is nooit iemand langs geweest. Bij mijn weten is er niet over gebeld.
Er waren drie bankrekeningen in het huishouden. Een daarvan was een zakelijke rekening, bij [bank]. Verder nog een privé rekening bij [bank] en een bij de [bank 1]. Er waren geen spaarrekeningen. Mijn vrouw had bankpassen van de twee privé rekeningen. Mijn vrouw keek niet naar de stand van de rekening bij de geldautomaat. Daar had zij het nooit over. Ik deed de overboekingen van de bankrekeningen. Ik maakte ook de bankpost open. Mijn vrouw deed dat nooit. Zij zal ongetwijfeld wel een keer in de privé bankafschriften gekeken hebben maar het interesseerde haar niet.
Ik deed de belastingaangiften. Die waren apart. Zij tekende haar eigen aangiften. Niet mijn privé aangiften. Ik weet niet of mijn vrouw wel eens een ingevulde aangifte van mij gezien heeft. Zij heeft wel haar eigen aangiften gezien.
Wij hebben nooit samen de financiën in beeld gebracht.
Mijn vrouw heeft nooit bij uitzondering iets aan de financiën of administratie gedaan.
De ene keer sorteerde ik de post en de andere keer mijn vrouw. Het zou kunnen dat zij enveloppen van Dexia heeft gezien. Daar heeft zij nooit vragen over gesteld. Zij zei dan, dit is voor jou.
Tussen 1995 en 2005 is er iets veranderd aan de hypothecaire lening toen wij in 2001 een ander huis kochten. Toen heeft [bank] mij gebeld over BKR-registratie. Zij vroegen wat het was. Verder was het geen probleem. Ik heb hen gezegd dat het met de Dexia contracten te maken had, maar ik heb daar verder niets over tegen mijn vrouw gezegd. Ik zou niet weten wie de adreswijzigingen verstuurde. Wij hebben toen niet samen de financiën in kaart gebracht.
De vooruitbetalingen heb ik gewoon zonder overleg met mijn vrouw betaald. Die kwamen van de zakelijke rekening. Ik heb niets tegen mijn vrouw gezegd over de uitkeringen. Ik heb inderdaad wel iets verdiend, maar over het financiële gedeelte hadden wij het nooit. Ik zou niet weten waarom ik het haar dan niet vertelde. Ik denk wel dat ik het haar zou vertellen als ik tien mille in de loterij zou winnen. Ik denk dat het er in dit geval mee te maken had dat er ook verlieskanten aan zaten. Bij die uitkeringen inderdaad niet, maar er zijn toch ook verliesposten geweest.
1.7.
Gelet op de verklaringen van de getuigen en de overgelegde stukken zijn naar het oordeel van de kantonrechter voldoende aanknopingspunten te vinden voor het oordeel dat [eisers] er in zijn geslaagd tegenbewijs te leveren en het bewijsvermoeden te ontzenuwen. De getuigen hebben op hoofdlijnen gelijkluidend en consistent verklaard. Dat geldt in het bijzonder ten aanzien van het moment waarop [eisers] op de hoogte heeft gesteld van de lease-overeenkomsten en de taakverdeling tussen hen beiden. Met de door de getuigen geschetste omstandigheden is verder aannemelijk geworden dat [eisers] de lease-overeenkomsten heeft kunnen sluiten en aan de hieruit voortvloeiende verplichtingen heeft kunnen voldoen zonder dat [eisers] dit heeft gemerkt. De verklaringen van getuigen, alleen en in onderlinge samenhang bezien, geven geen aanleiding te veronderstellen dat het anders is gegaan dan door hen verklaard. Voor zover de getuigenverklaringen op onderdelen niet geheel overeenstemmen kan dit niet tot een ander oordeel leiden.
1.8.
Het beroep van Dexia op verjaring slaagt derhalve niet en er moet daarom van worden uitgegaan dat de lease-overeenkomsten tijdig zijn vernietigd. Die vernietiging treft ook een eventuele verlenging van de lease-overeenkomsten.
1.9.
Nu de lease-overeenkomsten 1 tot en met 4 rechtsgeldig zijn vernietigd, dienen alle betalingen van [eisers] aan Dexia op grond van deze lease-overeenkomsten te worden gerestitueerd, verminderd met hetgeen [eisers] op grond van deze overeenkomsten van Dexia heeft ontvangen, zoals uitgekeerde dividenden.
1.10.
Op grond van de lease-overeenkomsten is in totaal € 19.596,81 (€ 18.088,87 aan termijnen plus € 1.507,94 aan restschuld) aan Dexia betaald, waarop een bedrag van € 2.804,17 voor ontvangen dividenden in mindering dient te worden gebracht, zodat per saldo een bedrag van € 16.792,64 dient te worden gerestitueerd.
1.11.
Nu Dexia de verschuldigdheid van de wettelijke rente vanaf datum betalingen, zoals door [eisers] gevorderd, niet heeft weersproken, zal de rente vanaf die data worden toegewezen.
1.12.
Gelet op het voorgaande hebben [eisers] geen belang meer bij (eventuele) andere vorderingen. De overige stellingen van partijen behoeven geen behandeling meer.
1.13.
Partijen zullen geen verplichtingen meer jegens elkaar hebben uit de onderhavige rechtsverhoudingen.
1.14.
Gelet op de uitkomst van de procedure zal Dexia worden veroordeeld in de kosten van het geding van [eisers] en worden [eisers] en [eisers] veroordeeld in de kosten van het geding van Dexia.
Beslissing
De kantonrechter:
in het incident
I. veroordeelt Dexia in de kosten van het incident aan de zijde van [eisers] gevallen, begroot op € 60,00 aan salaris gemachtigde;
II. veroordeelt Dexia in de kosten van het incident aan de zijde van [eisers] gevallen, begroot op € 60,00 aan salaris gemachtigde;
in de hoofdzaak
III. vernietigt de lease-overeenkomsten met nummers [leasenummers];
IV. veroordeelt Dexia aan [eisers] te betalen € 16.792,64, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover telkenmale vanaf de dag van de door [eisers] gedane betalingen tot aan de dag der algehele voldoening;
V. veroordeelt Dexia in de kosten van de procedure aan de zijde van [eisers] tot aan deze uitspraak begroot op:
voor verschuldigd griffierecht
voor het exploot van dagvaarding
199,00
0,00
voor salaris van gemachtigde
900,00
totaal
1.099,00
een en ander, voor zover verschuldigd, inclusief btw;
VI. verklaart de veroordelingen in de hoofdzaak tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
VII. veroordeelt [eisers] in de kosten van de procedure aan de zijde van Dexia gevallen, tot aan deze uitspraak begroot op € 100,00 aan salaris gemachtigde;
VIII. veroordeelt [eisers] in de kosten van de procedure aan de zijde van Dexia gevallen, tot aan deze uitspraak begroot op € 100,00 aan salaris gemachtigde;
IX. wijst het meer of anders gevorderde af.
Aldus gewezen door mr. M.S.F. Voskens, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 augustus 2013 in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier
De kantonrechter