In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam op 25 oktober 2013, heeft eiseres, vertegenwoordigd door mr. L.Chr. Kranendonk, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, Jepie Pikin, vertegenwoordigd door mr. L.L.M.M. Smeets. De kern van het geschil betreft de vraag of de arbeidsovereenkomst van eiseres, die op 15 augustus 2013 eindigde, verlengd kon worden op basis van een aanbod dat zij had ontvangen van een medewerker van een stichting die Jepie Pikin financieel ondersteunt. Eiseres stelt dat zij een aanbod tot verlenging heeft gekregen, dat zij heeft aanvaard, en dat Jepie Pikin de schijn heeft gewekt dat de stichting bevoegd was om namens hen op te treden.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er voldoende aanwijzingen zijn dat de vordering van eiseres in een bodemprocedure kans van slagen heeft. De rechter oordeelt dat de arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen door aanbod en aanvaarding, en dat eiseres te goeder trouw mocht afgaan op het aanbod van de medewerker van de stichting. De kantonrechter heeft de vordering van eiseres toegewezen, waarbij Jepie Pikin werd veroordeeld tot betaling van het salaris van eiseres vanaf 1 augustus 2013, vermeerderd met wettelijke rente en verhoging. Tevens werd Jepie Pikin veroordeeld in de proceskosten van eiseres.
De rechter heeft benadrukt dat de verhouding tussen partijen hersteld moet worden voordat eiseres kan terugkeren naar haar werkzaamheden. De uitspraak benadrukt de noodzaak van duidelijke vertegenwoordiging in arbeidsrelaties en de gevolgen van schijnvertegenwoordiging.