Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De feiten
heeft een financiering ter grootte van EUR 40.000,-- (zegge: veertigduizend euro) ingebracht als lening aan [bedrijf y] en heeft op basis van No cure No pay werkzaamheden verricht. Beide transacties zijn in afzonderlijke overeenkomsten vastgelegd en hebben beide een expiratiedatum van 31-12-2009.
– op te richten. Partner zal in [bedrijf 1] de functie Directeur gaan vervullen, tenzij Partijen anders overeenkomen.
- Tot 60 licenties wordt 50% van de gefactureerde licentieopbrengsten van Partner als Management Fee uitgekeerd;
- Van 61 tot 150 licenties wordt het depot verhoogd met 22,50% van de gefactureerde licentieopbrengsten en 22,5% wordt als Management Fee uitgekeerd;
- Vanaf 151 licenties wordt het depot verhoogd met 20% van de gefactureerde licentieopbrengsten en 20% wordt als Management Fee uitgekeerd;
- De aan Partner uit te keren Management Fee wordt gemaximeerd op EUR 6.250 per maand. Bedragen boven dit maximum worden opgenomen in het depot.
- Voor de verkoop van consultancy, -configuratie, -en ontwikkeluren welke door [bedrijf y] wordt uitgevoerd, wordt de waarde van Partner depot vermeerderd met 10% van deze behaalde omzet en 10% wordt als Management Fee uitgekeerd.
- De depot berekening gaat over de netto licentieomzet;
de inbreng van de [applicatie] klanten en goodwill en overige details die bij de oprichting van [bedrijf 1] moeten worden bepaald, worden in aanvullende overeenkomsten opgesteld. Uitgangspunten hierbij zijn:
- Het saldo in het depot wordt gemaximeerd op € 100.000,--. Zodra dit saldo wordt bereikt wordt het depot automatisch geconverteerd in een aandelenbelang van 20% in [bedrijf 1] Vervolgens zal Partner haar functie voortzetten op basis van een marktconform Management Fee welke in overleg wordt vastgesteld;
- Indien binnen de looptijd van deze Overeenkomst het depot niet het maximum heeft bereikt, zullen de maandelijkse vergoeding aan Partner stoppen en het opgebouwde depot automatisch op 1 januari 2012 worden geconverteerd op basis van de waardering van EUR 5.000 voor 1% gewone aandelen [bedrijf 1] en zal voortzetting van de samenwerking en de vervulling van de functie van Partner in overleg moeten worden vastgesteld.
of andere [bedrijf y] producten. Hieromtrent zal [bedrijf y] Partner tijdig van dergelijke initiatieven informeren en op de hoogte houden.
Vanuit [bedrijf x] is gefactureerd in 2010 € 26.504,69
De staffel bij 60 licentie’s heb ik in laten gaan bij (60x gemiddels € 70,--)= € 4.200,--.
In artikel 5.1 van onze overeenkomst wordt mijn inspanningsverplichting gekoppeld aan de de betalingsverplichting van [bedrijf y]. Bij deze stel ik je formeel in gebreke voor het niet nakomen van de gemaakte afspraken. Ik acht mijn daarom vrij om ook andere activiteiten te gaan ontplooien;
In de komende periode zal ik een groot gedeelte van mijn tijd aan [bedrijf y]/[applicatie] blijven besteden, maar ik zal ook andere werkzaamheden gaan verrichten;
Er zijn een aantal partijen die separaat van mijn kennis en vaardigheden gebruik wensen te maken. Aangezien ik geen zicht en zeggenschap heb over de inkomsten en uitgaven van [bedrijf y] kan het zijn dat ik de door mij verrichte werkzaamheden rechtstreeks ga factureren. Vanzelfsprekend zal ik je hier continu over informeren en neem ik deze bedragen mee in de verrekening.
op basis van de aantekeningen van [naam 6] het een en ander uitgewerkt voor de afronding van de bestaande overeenkomst en (grove) uitgangspunten voor 2012.(…)
- Bij verkoop [applicatie] aan [bedrijf 4], betaling van € 145.316,17 aan [bedrijf x] (alles behalve Goodwill zoals opgenomen in de overeenkomst);
- Goodwill € 69.747,68 omzetten in belang 3,92% [bedrijf y] (is exclusief verhoging);
- overdracht van [applicatie] aan [bedrijf 4] past het beste in strategie
- overeenkomst tussen [bedrijf y] en [bedrijf x] gaan we omzetten naar de volgende afspraaka) na rondkomen deal [bedrijf 4] betaald [bedrijf y] aan [bedrijf x] [ bestaande ingelegde lening met rente + openstaande en overeengekomen verzonden [bedrijf x] facturen + opgebouwd en overeengekomen depot [bedrijf x] + niet uitbetaalde commissie 2009].b) de huidige overeenkomst wordt doorgehaald en de samenwerking wordt omgezet in afspraken voor 2012 met een nieuwe overeenkomst(…)
Het niet opeisbare deel uit de samenwerkingsovereenkomst (Deel III) wordt met dezelfde intentie meegenomen in de besproken ‘[naam 7]’ – constructie.
afkomstig zijn(…)
uit het netwerk van [naam 1]. Op verzoek van [naam 1] heb ik een afspraak gemaakt met [naam 3] (als bestuurslid betrokken bij deze 3 klanten), die op vrijdagmiddag 23 april 2010 heeft plaatsgevonden in Vught. [naam 1] wilde hier niet heen(…).
- ten aanzien van het onder [bedrijf 7] gelegde beslag een bedrag € 30.000,00 vrij te geven;
- het onder [bedrijf 7], [bedrijf 10] en [bedrijf 11] en [bedrijf 12] gelegde beslag op de vanaf 1 maart 2013 aan [bedrijf y] verschuldigde licentievergoedingen op te heffen.
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
€ 125.000,00. Voor de beantwoording van die vraag is relevant wat partijen over deze inbreng hebben afgesproken. Blijkens de samenwerkingsovereenkomst bestaat de inbreng van [bedrijf x] uit drie delen; Deel I en II waren vorderingen van [bedrijf x] op [bedrijf y], die op 1 januari 2010 opeisbaar waren; deel III is een bedrag aan goodwill voor de in 2009 verrichte werkzaamheden.
Parttime-licenties
Overige CCIS-applicaties
[bedrijf x] heeft voldoende gemotiveerd gesteld dat zij in de praktijk wel degelijk CCIS-licenties heeft verkocht. Zo staat vast dat [bedrijf x] namens [bedrijf y] licenties heeft verkocht aan [bedrijf 3], waarvan [bedrijf x] onweersproken heeft gesteld dat die een andere CCIS-applicatie betroffen dan [applicatie]. In de door [bedrijf x] aan [bedrijf y] toegestuurde excel-sheets, met daarin de onderbouwing van haar facturen, staat [bedrijf 3] ook als CCIS-klant genoemd. Op basis van die excel-sheets, waarin ook andere CCIS-klanten staan opgenomen, was het voor [bedrijf y] kenbaar dat [bedrijf x] ook CCIS-licenties verkocht en daarvoor management fee in rekening bracht. In zijn e-mail van 2 maart 2011 (zie 2.11) heeft [naam 2] ook expliciet de SaaS-CCIS licenties genoemd, afzonderlijk van de [applicatie]-licenties. Daarnaast heeft [naam 2] ook in zijn e-mail van 19 april 2011 (zie 2.12) expliciet gemeld dat het depot is aangevuld met commissie over de licentie-inkomsten van de klant [applicatie], die in de excel-sheets ook als CCIS-klant staat genoemd. Gesteld noch gebleken is dat [bedrijf y] hiertegen bezwaar heeft gemaakt of daarover vragen heeft gesteld aan [bedrijf x]. Integendeel: de e-mail van [naam 1] van 10 september 2010 lijkt te bevestigen dat [bedrijf x] over de aan [bedrijf 3] verkochte licenties management fee zou krijgen. Ook de e-mail van [naam 2] van 20 oktober 2011 (zie 2.16) bevestigt dat [naam 2] hiervan uitging. [bedrijf y] heeft dit alles niet voldoende gemotiveerd betwist, zodat er van moet worden uitgegaan dat [bedrijf x] voor [bedrijf y]in de praktijk ook steeds CCIS-licenties heeft verkocht. Nu partijen aldus feitelijk uitvoering hebben gegeven aan de samenwerkingsovereenkomst op een manier die niet in strijd is met de tekst van de samenwerkingsovereenkomst en daartegen door[bedrijf y]niet, althans niet tijdig is geprotesteerd, heeft [bedrijf x] daaruit redelijkerwijs mogen afleiden dat zij ook management fee zou ontvangen over de door haar verkochte CCIS-licenties.
e-mail van [naam 2] van 3 januari 2011 (zie 2.10), wordt niet gevolgd. In genoemde
e-mail erkent [naam 2] weliswaar dat [bedrijf x] vanwege “verkeerde interpretatie van de overeenkomst” in 2010 teveel management fee in rekening heeft gebracht, maar dat daarmee wordt bedoeld dat ten onrechte management fee voor CCIS-licenties is gefactureerd blijkt uit die e-mail niet. [bedrijf x] heeft zulks bovendien gemotiveerd weersproken en daartoe aangevoerd dat de “verkeerde interpretatie” zag op abusievelijk meegerekende management fee over in 2009 verkochte licenties. Anders dan [bedrijf y] stelt, is het - blijkens de inhoud van de hiervoor aangehaalde stukken - ook niet zo dat [bedrijf x] vanaf januari 2011 niet meer voor CCIS-licenties heeft gefactureerd.
80% management fee
Gemiddelde licentieopbrengsten
Depottegoed
- de factuur van 8 augustus 2011 ad € 5.176,50,
- de factuur van 12 september 2011 ad € 862,75, en
- de factuur van 28 november 2011 ad € 490,88.
5.De beslissing
woensdag 20 november 2013voor het nemen van een akte aan de zijde van [bedrijf x] over hetgeen is vermeld onder 4.9, en 4.21 tot en met 4.23, en vervolgens voor het nemen van een antwoordakte aan de zijde van [bedrijf y],