ECLI:NL:RBAMS:2013:BZ4307
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Executiegeschil in kort geding tussen eiser en Stichting Ymere
In deze zaak, die op 14 februari 2013 door de Rechtbank Amsterdam werd behandeld, ging het om een kort geding waarin eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. I. Heijselaar, vorderde om de tenuitvoerlegging van een ontruimingsvonnis op te schorten. De gedaagde, Stichting Ymere, vertegenwoordigd door advocaat mr. H.M.G. Brunklaus, voerde verweer tegen deze vordering. Eiser stelde dat er na het vonnis van 12 december 2012 nieuwe feiten aan het licht waren gekomen die een noodtoestand voor hem zouden veroorzaken, waardoor de executie van het vonnis niet kon plaatsvinden. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de door eiser aangevoerde medische omstandigheden niet zodanig nieuw of zwaarwegend waren dat deze de executie van het vonnis konden schorsen. De voorzieningenrechter wees de vordering van eiser af en veroordeelde hem in de proceskosten, die aan de zijde van Ymere werden begroot op € 1.405,00. De voorzieningenrechter benadrukte dat de medische situatie van eiser ten tijde van het eerdere vonnis al bekend was en dat de door hem ingebrachte medische verklaringen niet voldoende gewicht hadden om de executie te schorsen. Het vonnis werd uitgesproken door mr. R.H.C. Jongeneel, met mr. S. van Excel als griffier.