ECLI:NL:RBAMS:2013:BZ6293
Rechtbank Amsterdam
- Voorlopige voorziening
- R.B. Kleiss
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake bestuursdwang voor kinderdagverblijf zonder vergunning
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 14 maart 2013 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, een exploitant van een kinderdagverblijf, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het dagelijks bestuur van het stadsdeel Zuid van de gemeente Amsterdam, waarin haar werd gelast het gebruik van het kinderdagverblijf te staken. Dit besluit was genomen omdat verzoekster geen omgevingsvergunning had voor de exploitatie van het kinderdagverblijf, wat in strijd was met de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen zicht op legalisatie was, omdat verzoekster nog geen deugdelijke aanvraag had ingediend die voldeed aan de eisen van het Bouwbesluit.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen de belangenafweging gemaakt tussen het belang van handhaving door de gemeente en het financiële belang van verzoekster. Hij heeft daarbij in aanmerking genomen dat verzoekster zonder vergunning was begonnen met de exploitatie en dat zij zelf de mogelijkheid had om de exploitatie te hervatten door snel een deugdelijke aanvraag in te dienen. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het belang van de gemeente bij handhaving zwaarder weegt dan het belang van verzoekster om de exploitatie voort te zetten.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening afgewezen, zonder dat er aanleiding was voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van griffierecht. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.