ECLI:NL:RBAMS:2014:1375

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
4 maart 2014
Publicatiedatum
20 maart 2014
Zaaknummer
HA EXPL 13-1014
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verantwoordelijkheid van inlener voor controle op tewerkstellingsvergunning van uitzendkracht

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam werd behandeld, stond de verantwoordelijkheid van de inlener van een uitzendkracht centraal. De eiser, AU Optronics B.V., had een rechtszaak aangespannen tegen de gedaagde, Master Cleaners B.V., naar aanleiding van een boete die AU Optronics had ontvangen van de Inspectie SZW wegens het niet naleven van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav). De boete was opgelegd omdat een uitzendkracht, die door Master Cleaners was geleverd, niet beschikte over de vereiste tewerkstellingsvergunning. AU Optronics vorderde schadevergoeding van Master Cleaners, stellende dat deze toerekenbaar tekortgeschoten was in haar verplichtingen uit de overeenkomst.

De rechtbank oordeelde dat de inlener, AU Optronics, ook een eigen verantwoordelijkheid heeft om te controleren of de uitzendkracht rechtmatig in Nederland kan werken. De kantonrechter stelde vast dat AU Optronics niet had aangetoond dat zij aan deze verplichtingen had voldaan. De eiser had geen bewijs geleverd dat zij de identiteit van de uitzendkracht had gecontroleerd of had nagegaan of deze beschikte over de benodigde vergunning. De kantonrechter concludeerde dat AU Optronics niet kon volstaan met de veronderstelling dat Master Cleaners personeel ter beschikking stelde dat aan alle wettelijke eisen voldeed.

De rechtbank wees de vordering van AU Optronics af, omdat er geen bijzondere omstandigheden of afspraken waren die een andere uitkomst rechtvaardigden. De kosten van de procedure werden aan AU Optronics opgelegd, aangezien zij in het ongelijk was gesteld. Dit vonnis benadrukt de gedeelde verantwoordelijkheid van werkgevers in de keten en de noodzaak voor inleners om hun verplichtingen serieus te nemen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
Zaaknummer en rolnummer: 2352884\HA EXPL 13-1014
Uitspraak: 4 maart 2014

Vonnis van de kantonrechter

in de zaak van:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

AU OPTRONICS B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres,
gemachtigde: mr. H.S. de Lint, advocaat te Amsterdam,
t e g e n

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

MASTER CLEANERS B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
gemachtigde: mr. M.W. Koole, advocaat te Amsterdam.
Partijen worden hierna ook AU Optronics en Master Cleaners genoemd.

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

De volgende processtukken zijn ingediend:
  • de dagvaarding van 2 september 2013, met producties
  • de conclusie van antwoord van 16 oktober 2013, met een productie,
  • het tussenvonnis van 30 oktober 2013,
  • de bij brief van 6 januari 2014 ingebrachte producties van AU Optronics.
Ingevolge tussenvonnis van 30 oktober 2013 heeft op 14 januari 2014 een bijeenkomst van partijen plaatsgevonden. Het proces-verbaal hiervan bevindt zich bij de stukken. Master Cleaners heeft, zoals was afgesproken ter zitting, een akte met producties genomen, waarop door AU Optronics bij antwoordakte is gereageerd.
Daarna is vonnis bepaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Feiten en omstandigheden

1.
Als gesteld en niet (voldoende) weersproken staan de volgende feiten en omstandigheden vast:
1.1
Master Cleaners is een gecertificeerd uitzendbureau voor schoonmaakpersoneel. AU Optronics neemt sinds september 2011 voor 2 uur per week schoonmaakdiensten van haar af. Op de overeenkomst tussen partijen zijn van toepassing de algemene voorwaarden voor schoonmaakwerkzaamheden ondernemersorganisatie Schoonmaak & Bedrijfsdiensten OSB.
1.2
In juli 2012 heeft de Inspectie SZW (voorheen de Arbeidsinspectie) een administratief onderzoek ingesteld bij Master Cleaners. Uit dat onderzoek is geconcludeerd dat Master Cleaners de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) had overtreden. Voor zover hier van belang betrof die overtreding het tewerkstellen van de [naam 1], die niet beschikte over de vereiste tewerkstellingsvergunning. De Inspectie heeft aan Master Cleaners een boete opgelegd, waartegen zij in bezwaar is gegaan.
1.3
Master Cleaners heeft bij brief van 4 juli 2013 AU Optronics (evenals haar andere klanten) geïnformeerd over het onderzoek van de Inspectie. Zij heeft daarbij te kennen gegeven niet aansprakelijk te zijn voor de boete die mogelijk aan AU Optronics zou worden opgelegd en zij heeft gewezen op de mogelijkheid om tegen een boete bezwaar te maken.
1.4
[naam 1] verrichtte haar schoonmaakwerkzaamheden onder meer bij AU Optronics. De Inspectie SZW heeft op 29 juli 2013 aan AU Optronics een boete opgelegd van € 7.500,= wegens het niet naleven van de voorschriften van de Wav ten aanzien van [naam 1]. AU Optronics is daartegen in bezwaar gegaan. Op het bezwaar was ten tijde van de zitting nog niet beslist.

Vordering en verweer

2.
AU Optronics vordert dat bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Master Cleaners wordt veroordeeld tot betaling van € 7.500,= vanwege schadevergoeding, met veroordeling van Master Cleaners tot een redelijke vergoeding voor de kosten aan rechtsbijstand ex artikel 6:96 lid 2 BW, ‘te verstreken wettelijke rente sedert de dag der aanzegging tot aan de dag der algehele voldoening in vorm van de hoofdsom’, met veroordeling van Master Cleaners in de proceskosten.
3.
AU Optronics legt aan de vordering ten grondslag dat Master Cleaners toerekenbaar tekortgeschoten is in de nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van de tussen partijen bestaande overeenkomst, doordat zij de schoonmaakwerkzaamheden heeft laten verrichten door een vreemdeling die niet beschikte over de vereiste terwerkstellingsvergunning. Master Cleaners is daarom aansprakelijk voor de dientengevolge door AU Optronics geleden schade, die bestaat uit de door de Inspectie SZW opgelegde boete.
4.
Master Cleaners voert verweer, waarop hierna wordt ingegaan voor zover dat van belang is voor de beoordeling.

Beoordeling

5.
Master Cleaners voert, terecht door AU Optronics niet bestreden, aan dat het systeem van de Wav meebrengt dat iedere werkgever in de keten verantwoordelijk is voor de juiste naleving van die wet. Dit geldt niet alleen voor Master Cleaners als formele werkgever, maar ook voor AU Optronics als degene ten behoeve van wie het werk wordt verricht. AU Optronics heeft op grond van de Wav dan ook een eigen verplichting om de identiteit van de door haar ingeleende werknemer te controleren en na te gaan of deze beschikt over de eventueel vereiste tewerkstellingsvergunning. In de visie van de Inspectie SZW heeft AU Optronics niet aan die verplichtingen voldaan, zodat aan haar een boete is opgelegd.
6.
In de onderhavige procedure heeft AU Optronics niet gesteld dat zij wel aan haar verplichtingen uit de Wav heeft voldaan. Zij heeft nooit (kopieën) van identiteitspapieren van [naam 1] gezien en zij heeft – dan ook – niet onderzocht of het [naam 1] was toegestaan om in Nederland arbeid te verrichten. Volgens haar stellingen is AU Optronics volledig afgegaan op het feit dat [naam 1] door Master Cleaners ter beschikking werd gesteld.
7.
Hoewel AU Optronics op zich van Master Cleaners mocht verwachten dat die personeel ter beschikking zou stellen dat aan alle regels voldoet, was AU Optronics daarmee naar het oordeel van de kantonrechter echter niet ontslagen van haar eigen verplichtingen uit de Wav. Dit brengt mee dat AU Optronics de boete die zij heeft gekregen omdat zij niet aan die verplichtingen heeft voldaan, in beginsel niet kan ‘doorbelasten’ aan Master Cleaners. Een andere opvatting zou immers niet sporen met het hiervoor aangehaalde systeem van de Wav.
8.
Het voorgaande zou anders kunnen liggen als partijen daarover andersluidende afspraken zouden hebben gemaakt, maar dat is niet gesteld of gebleken. Ook is geen sprake van bijzondere omstandigheden die meebrengen dat AU Optronics de boete in dit geval wel aan Master Cleaners zou kunnen ‘doorbelasten’. AU Optronics heeft in dit verband wel gesteld dat [naam 1] heel kort en onaangekondigd de vaste schoonmaakster heeft vervangen, maar zij heeft deze stelling niet aannemelijk gemaakt in het licht van de door Master Cleaners overgelegde werkbriefjes waaruit volgt dat [naam 1] gedurende 8 maanden (vrijwel) wekelijks bij AU Optronics schoonmaakte. Bovendien heeft AU Optronics van haar stelling ook geen bewijs aangeboden en de kantonrechter ziet geen aanleiding haar ambtshalve bewijs op te dragen.
9.
De slotsom is dat de vordering wordt afgewezen. AU Optronics wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten.

BESLISSING

De kantonrechter:
  • wijst de vordering af;
  • veroordeelt AU Optronics in de proceskosten, aan de kant van Master Cleaners tot op heden begroot op € 500,= voor salaris gemachtigde.
Aldus gewezen door mr. W.M. de Vries, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 maart 2014 in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter