ECLI:NL:RBAMS:2014:3952
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van pand door uitgeprocedeerde asielzoekers en de verplichtingen van de gemeente
Op 4 juli 2014 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam in een kort geding uitspraak gedaan over de ontruiming van een pand aan de Havenstraat, waar uitgeprocedeerde asielzoekers verblijven. De rechter heeft bepaald dat deze asielzoekers het pand binnen vier dagen moeten verlaten, maar zij hebben de mogelijkheid om individueel een aanvraag voor alternatief onderdak bij de gemeente te doen. Dit besluit is gebaseerd op een eerdere uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 4 juni 2014, waarin werd gesteld dat de gemeente een ruimer criterium moet hanteren bij het beoordelen van dergelijke aanvragen. De voorzieningenrechter oordeelde dat de gemeente niet verplicht is om aan alle gedaagden alternatieve opvang te bieden, maar dat dit op individuele basis moet worden beoordeeld. De rechter erkende dat de situatie van de gedaagden, waaronder kwetsbare personen, in aanmerking moet worden genomen, maar dat niet alle gedaagden automatisch als kwetsbaar kunnen worden aangemerkt. De gemeente heeft aangegeven voorlopig opvang te bieden aan degenen die op medische gronden als kwetsbaar worden aangemerkt, mits zij de benodigde machtigingen ondertekenen. De rechter heeft de ontruiming van het pand toegewezen, met een redelijke termijn van vier dagen voor de gedaagden om het pand te verlaten. De vordering tot vernietiging van gebruiksovereenkomsten tussen de gemeente en de gedaagden werd afgewezen, evenals de vordering om de ontruiming gedurende een jaar geldig te doen zijn. De voorzieningenrechter heeft geen proceskostenveroordeling opgelegd, gezien de status van de gedaagden als ongedocumenteerde vreemdelingen.