10.Beslissing
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
ten aanzien van feit 1
in de gevallen waarin een wettelijk voorschrift een verklaring onder ede vordert, mondeling, persoonlijk opzettelijk een valse verklaring onder ede afleggen;
ten aanzien van feit 2
het openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
3 (drie) maanden.
Beveelt dat deze straf
nietzal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt.
Veroordeelt verdachte voorts tot een
taakstrafbestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid van
120 (honderdtwintig) uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 60 (zestig) dagen.
Dit vonnis is gewezen door
mr. J. Piena, voorzitter,
mrs. C.S. Schoorl en A.M. van der Linden-Kaajan, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. L.S. Janse van Mantgem, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 18 december 2014.
1. Een proces-verbaal van aangifte met nummer 2012178492 van 20 juli 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren T-114 en T-389 (doorgenummerde pag. 1-4).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van aangever [aangever A], zakelijk weergegeven:
Ik ben mede eigenaar van [club B] gevestigd aan de [adres te plaats]. Op 17 juli 2011 rond 02.00 uur ben ik in [club B] mishandeld door [broer van verdachte]. Die nacht was ik met een zakenrelatie, [persoon 4], in de club. Er was ook een vriend van [persoon 4] aanwezig. We liepen door de club langs de bar. Aan de begin van de bar stond een lange Noord-Afrikaanse man die op dat moment met wat drankjes in zijn handen zich omdraaide. Om te voorkomen dat we zouden botsen en de drankjes konden vallen, legde ik mijn hand op zijn linker schouder zodat ik er langs kon. Vervolgens kreeg ik direct een vuistslag vol op mijn linkeroog. Ik was in een keer knock-out. Het volgende wat ik weet is dat ik bij kwam en op mijn knieën met gestrekte armen op de grond lag. Ik drukte mezelf omhoog om weer te gaan staan. Ik deed mijn hoofd omhoog en voelde dat ik een keiharde trap recht op mijn mond kreeg. Na ongeveer vijf minuten stond ik buiten ter hoogte van de hoofdingang met de hoofdportier te praten over het incident. Op dat moment zie ik de Noord-Afrikaan die me had geslagen in de deuropening van de club staan. Ik zag dat hij vervolgens op me af kwam lopen en voor me kwam staan. Ik stond alleen met hem. Op dat moment riep iemand van het kantoor van de club: “[aangever A] niet doen, dat is [broer van verdachte].”
2. Een proces-verbaal van verhoor van aangever [aangever A] van 5 november 2012 van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank (doorgenummerde pag. 198-199).
Toen ik hem bij zijn schouder had aangeraakt, draaide hij zich om en hij was gelijk super agressief. Ik heb toen met hem gepraat en het volgende wat ik weet was dat ik met mijn knieën op de grond lag. Ik probeerde op te staan en toen kreeg ik een trap in mijn gezicht. Ik kende [broer van verdachte] nog niet en had hem dus ook niet op dat moment herkend. Nu weet ik dat het [broer van verdachte] was met wie ik heb gesproken. U vraagt mij of het zou kunnen dat iemand anders de eerste klap heeft gegeven. Het is bomvol in de club en er is geen ruimte voor dat anderen die klap zouden kunnen geven.
3. Een proces-verbaal van verhoor getuige met nummer 2012178492 van 17 augustus 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren T-163 en T-114 (doorgenummerde pag. 32-35).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van getuige en aangever [persoon 4], zakelijk weergegeven:
Ik was in Amsterdam op uitnodiging van [aangever A]. Ik was naar Amsterdam gekomen met een vriend van mij, genaamd [persoon 3]. We hebben op een zaterdagavond de club van [aangever A] bezocht. Op een gegeven moment was [aangever A] voor een man voorbij aan het lopen, de man die later problemen heeft gegeven. Ik zag dat de man daarna voor [aangever A] ging staan en hem aanhield. Ik zag dat de man tegen hem sprak. Dit gebeurde zeer dicht bij zijn gezicht. Hierna zag ik dat [aangever A] langs de man wilde lopen richting de DJ. Op dat moment zag ik dat de man [aangever A] een vuistslag gaf op zijn hoofd. Ik zag dat [aangever A] even zijn evenwicht verloor. Op dat moment zag ik dat dezelfde man hem een trap gaf. Ik zag dat [aangever A] overeind probeerde te komen. Ik zag dat de man [aangever A] vervolgens nog een vuistslag gaf. Ik zag de man die ons had geslagen op de rug. Ik zag hem snel weglopen. Bij de bar in de club hoorde ik meerdere mensen zeggen dat de man die ons geslagen had [broer van verdachte] is. Ik kan de man als volgt omschrijven: een hele lange man, ongeveer twee meter, Marokkaans uiterlijk, heel donker haar, bijna kaalgeschoren, heel gespierd figuur. Hetgeen wat mij het meeste opviel was zijn lengte en zijn gespierde postuur. Ik heb de man echt goed kunnen zien en hij leek echt veel op de foto’s die ik op internet van [broer van verdachte] heb gezien.
4. Een proces-verbaal van verhoor van getuige [persoon 4] van 25 februari 2013 van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank (doorgenummerde pag. 203-204).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in, zakelijk weergegeven:
U vraagt mij of ik zeker weet dat de mishandeling door slechts één persoon is gebeurd. Ja, ik heb anderen niet zien slaan of schoppen. Als ik mij niet vergis was hij met nog twee personen. Ik weet wel zeker dat zij niet hebben geslagen of geschopt.
5. Een proces-verbaal van verhoor getuige met nummer 2012178492 van 17 augustus 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren T-163 en T-114 (doorgenummerde pag. 28-30).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van getuige [persoon 3], zakelijk weergegeven:
Ik was in de club samen met [persoon 4] en een bekende van [persoon 4], genaamd [aangever A]. We liepen achter elkaar aan. [aangever A] liep voorop, daarachter [persoon 4] en daarna ik. Op een gegeven moment zie ik dat [aangever A] stopt en ik zie hem een gebaar maken naar een man. De man hing achterover op de bar te leunen waar [aangever A] langs liep. Ik herinner me dat de man van de bar af kwam en [aangever A] een klap gaf met zijn vuist op zijn oog of mond, in ieder geval in zijn gezicht. Ik zag dat die man toen uithaalde en [aangever A] een hele harde klap gaf met zijn vuist en hem op zijn gezicht raakte. Ik zag dat [aangever A] hierop op de grond viel. Ik zag dat hij zijn handen bij zijn gezicht hield en kennelijk niet op kon staan. Ik zag dat de man [aangever A] meerdere keren een trap tegen zijn lichaam gaf, terwijl die op de grond lag. Ik kan de man als volgt omschrijven. Ongeveer 1,90 meter lang. Hij had kort zwart haar, beetje opgeschoren. Hij had een goed afgetraind sportschool lichaam. Je zag dat hij van Noord-Afrikaanse afkomst is. De personen die bij de man waren hebben niks gedaan. Ze stonden daar gewoon stil. Die bokser was volgens mij de grootste.
6. Een proces-verbaal van verhoor van getuige [persoon 3] van 25 februari 2013 van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank (doorgenummerde pag. 201-202).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in, zakelijk weergegeven:
U vraagt mij of er nog meer mannen waren. Nee, ik herinner me maar één man in het bijzonder, Hij is de enige die ik heb zien slaan met zijn handen. Hij raakte [aangever A] toen zij voor mij waren. Ik heb niet gezien of er meer dan een persoon heeft geslagen.
7. Een proces-verbaal van verhoor getuige met nummer 2012178492 van 15 november 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren T-164 en T-354 (doorgenummerde pag. 195-196).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van getuige [persoon 5], zakelijk weergegeven:
Op de dag van het incident van [aangever A] was ik in de Club aanwezig. Ik liep tussen een aantal mensen door en toen ik erdoor was zag ik dat [aangever A] aan het eind van de bar stond met een bebloed gezicht. Toen ik met [aangever A] buiten stond zag ik dat een man naar buiten kwam en ik herkende deze man als [broer van verdachte], een mij bekende kickboxer. Toen [broer van verdachte] naar buiten kwam was er kennelijk een soort van herkenningsding, ik zag dat [aangever A] reageerde op [broer van verdachte].
8. Een proces-verbaal ter terechtzitting van 11 oktober 2013 opgemaakt in de zaak tegen [broer van verdachte] met parketnummer:
13/656502-12, in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 3] (doorgenummerde pag. 1-4).
Dit proces-verbaal houdt, onder meer als verklaring van verdachte afgelegd als getuige ter terechtzitting van 10 en 11 oktober 2013, zakelijk weergegeven in:
De getuige zegt dat hij is [verdachte], geboren op [geboortedatum 1], wonende te [plaats]. Hij legt op de bij wet voorgeschreven wijze de belofte af dat hij de gehele waarheid en niets dan de waarheid zal zeggen.
Er liep een meneer langs ons, meneer [aangever A], die liep tegen mijn broer aan. We stonden aan de bar. Hij liep keihard tegen mijn broer aan. Mijn broer had zijn handen tegen de man gezet, om een beetje ruimte te krijgen. Toen deed [aangever A] opgefokt, hij zag er dronken uit. Hij maakte een slaande beweging, hij wou iets doen en toen sloeg ik meneer [aangever A]. Ik heb hem twee klappen gegeven. Met allebei mijn vuisten. Alleen ik was betrokken bij het incident. De jongste rechter vraagt mij of de eerste slag van mij kwam. Ja, dat klopt.
9. Een proces-verbaal van bevindingen met nummer 2012126092 van 19 juli 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren T-433 en T-162 (doorgenummerde pag. 5-6).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van verbalisanten voornoemd, zakelijk weergegeven:
Op 30 mei 2012 hebben wij een gesprek gehad met [persoon 7], portier van de uitgaansgelegenheid [nachtclub A] te Amsterdam. Hij vertelde ons samengevat het volgende.
Er vond een ruzie plaats in de hal, bij de toiletten en de garderobe. Hierbij waren meerdere personen betrokken, vermoedelijke vrienden van de Marokkaanse jongen. [persoon 7] zag dat het broertje van de hem wel bekende [broer van verdachte] zich in de groep bevond. [persoon 7] zag dat een glas van een tafel werd gepakt en dat dit stuk werd geslagen in het gezicht van het slachtoffer.
10. Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1305 2012126092-2 van 22 mei 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 4] en [verbalisant 5] (doorgenummerde pag. 1-2).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van verbalisanten voornoemd, zakelijk weergegeven:
Op 12 mei 2012 omstreeks 03:50 uur kregen wij de opdracht te gaan naar horecagelegenheid [nachtclub A], welke is gevestigd op de [adres, te plaats 2]. Ter plaatse werden wij aangesproken door een man die opgaf te zijn genaamd [persoon 7]. [persoon 7] herkenden wij ambtshalve als de eigenaar van het beveiligingsbedrijf. Hierop verklaarde [persoon 7] dat er zojuist een vechtpartij had plaatsgevonden. [persoon 7] verklaarde te hebben gezien dat een glas dat voor het grijpen stond op één van de tafels op het hoofd van het slachtoffer was stuk geslagen. Hierop is een groep mannen die kennelijk bij [broer van verdachte] horen, vervolgens op het slachtoffer gesprongen en begonnen te schoppen en te slaan.
11. Een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1305 2012126092-3 van 24 mei 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 1] en [verbalisant 2] (doorgenummerde pag. 3-4).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van verbalisanten voornoemd, zakelijk weergegeven:
Op 12 mei 2012 omstreeks 03:38 uur hoorden wij dat er gevochten zou zijn in de horecagelegenheid [nachtclub A], gevestigd [adres, te plaats 2]. Ter plaatse zagen wij een man met een bebloed gezicht naar buiten komen, welke kennelijk het slachtoffer was van de vechtpartij. De man had verwondingen aan de linkerzijde van zijn gezicht rondom zijn oog en op zijn wang. Ik, verbalisant [verbalisant 1], zag dat er een stukje glas in de snee op de wang van de man zat.
12. Proces-verbaal van bevindingen met nummer 2012126092 van 24 juli 2012, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar T-358 (doorgenummerde pag. 28-29).
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van verbalisant, zakelijk weergegeven:
Op 24 juli 2012 heb ik telefonisch contact opgenomen met [persoon 8]. Ik hoorde dat [persoon 8] verklaarde: “Ik was op 12 mei 2012 aan het werk in de [nachtclub A] als portier. Ik zag dat een drietal Marokkaanse jongens, waaronder het broertje van [broer van verdachte], ruzie hadden met een Surinaamse jongen. Ik zag dat hij een aantal keer sloeg naar de Surinaamse jongen.”
13. Eigen waarneming van rechtbank van de bewegende camerabeelden betreffende de gebeurtenissen in nachtclub [nachtclub A] op 12 mei 2012, getoond ter terechtzitting van 4 december 2014.
Verdachte maakt met zijn rechterbeen een trappende beweging naar slachtoffer 1. De trappende beweging raakt slachtoffer 1 ter hoogte van zijn rug. Direct naast verdachte staat [broer van verdachte]. Vervolgens slaat verdachte met zijn rechterhand en met gebalde vuist slachtoffer 1, ter hoogte van zijn rug. Direct hierna komen meerdere mannen van de trap lopen in de richting van slachtoffer 1 en [broer van verdachte]. Eén van de voornoemde mannen is [persoon 1]; hij maakt een slaande beweging richting slachtoffer 1. Tegelijkertijd komt [persoon 6] de trap aflopen en maakt een slaande beweging richting slachtoffer 1. Hierna proberen de beveiligers en omstanders [persoon 1] en [persoon 6] weg te trekken uit de buurt van slachtoffer 1. [persoon 6] probeert zich continu los te rukken en maakt slaande bewegingen in de richting van slachtoffer 1. Vervolgens brengt [broer van verdachte] zijn lichaam naar voren en brengt tegelijkertijd zijn rechterarm naar voren in de richting van het slachtoffer 1. Aan de beweging van de rechterarm is te zien dat [broer van verdachte] een voorwaartse beweging maakt met zijn rechterarm in de richting van slachtoffer 1.