Uitspraak
mr. [gedaagde sub 2],
mr. [gedaagde sub 3],
mr. [gedaagde sub 4],
2.De feiten
Op dat moment werd Roham bijgestaan door mr. J.C.J. Wouters als advocaat.
- wegens een betalingsachterstand van Roham - executoriaal verkocht. De opbrengst van deze executieverkoop is gebruikt om de openstaande hypotheek in te lossen.
Een tweede aspect is dat hoger beroep van de onderhavige beslissing is uitgesloten maar dat het nog de moeite waard zou kunnen zijn om na te gaan of de rechtbank dat terecht heeft gedaan (…) Ook hier ben ik geneigd het hierbij te laten en de aandacht op de hoofdzaak te concentreren maar hoor het graag als u andere gedachten hebt. (….) Mocht u andere stappen wensen dan ben ik graag bereid tot overleg en studie. (…)”
De vorderingen van Planex ten aanzien van Wide Alley, [naam] en Wouters zijn afgewezen.
februari 2001, rb] te laten behandelen door mijn kantoorgenoot [gedaagde sub 3]. (…)”
3. (…) Alle opdrachten worden, met terzijdestelling van artikel 7:404 BW en artikel 7:407 lid 2 BW uitsluitend aanvaard en uitgevoerd door de maatschap. (…)
heeft in reactie hierop Wouters bij e-mail van 17 juli 2003 verzocht om nadere informatie en vervolgens op 21 juli 2003, na toezending van die informatie door Wouters, de opdracht geaccepteerd. In de e-mail van [gedaagde sub 3] van 17 juli 2003 is opgenomen:
– voor zover hier van belang – het volgende is opgenomen:
In aanmerking nemende:
3.Het geschil
3.1.10. € 136.363,00, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 1 juli 2002,
- € 3.763,22, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 oktober 1996,
- € 6.989,64, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 april 2002,
- € 7.953,70, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 oktober 1996,
- € 8.227,75, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 oktober 1996,
- € 35.783,62, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 7 september 2010,
4.De beoordeling
Volmacht
– volgens [eiser] – de algemene voorwaarden niet voor of bij het aangaan van de overeenkomst ter hand zijn gesteld, wordt verworpen. In de brief van 1 mei 2001 is opgenomen dat de algemene voorwaarden op de achterzijde van die brief zijn afgedrukt. [eiser] heeft niet (voldoende) betwist dat dit inderdaad het geval is geweest. Dat betekent dat de algemene voorwaarden ter hand zijn gesteld, zodat het beroep van [eiser] op artikel 6:233 sub b BW niet slaagt.
Voor zover [eiser] ook in dit verband een beroep op artikel 6:233 sub b BW heeft willen doen, geldt dat dit beroep niet kan slagen. In de e-mail van 17 juli 2003 is immers een link naar de algemene voorwaarden opgenomen. Dat daarbij niet is voldaan aan de vereisten, die artikel 6:234 BW stelt voor algemene voorwaarden met betrekking tot overeenkomsten die langs elektronische weg tot stand komen, is gesteld noch gebleken.
Vervalbeding algemene voorwaarden
Dat geldt des te meer nu Roham op het moment dat [gedaagde sub 2] door [eiser] en Wide Alley werd benaderd haar vordering op mr. Vermeulen reeds had gecedeerd aan Biek en de advocaat van Biek – mr. F.J. Schoute – bij dagvaarding van 8 februari 1996 voor Biek reeds een beroepsaansprakelijkheidsprocedure was begonnen (zie 2.16).
De stelling van [eiser] dat in dit verband sprake is van misbruik van omstandigheden en dat de rechtshandeling waarbij hij [maatschap] heeft vrij getekend moet worden vernietigd, wordt verworpen. De enkele omstandigheid dat [gedaagde sub 4] in 2006 aan [eiser] te kennen heeft gegeven dat hij Biek niet langer als advocaat bij kon staan als [eiser] [maatschap] niet vrij zou tekenen, is daartoe onvoldoende, terwijl door [eiser] voor het overige geen feiten of omstandigheden zijn gesteld die kunnen leiden tot de conclusie dat sprake is van misbruik van omstandigheden.
Hoger beroep tegen het vonnis van 5 november 19974.61. [eiser] stelt dat [gedaagde sub 2] heeft verzuimd om in de appeldagvaarding van 16 mei 2001 hoger beroep in te stellen tegen vonnis in het incident van 5 november 1997; de appeldagvaarding was enkel gericht op het (eind)vonnis van 21 februari 2001. Dat enkel hoger beroep is ingesteld tegen het tussenvonnis van 5 november 1997 is door [gedaagden gezamenlijk] niet betwist. [gedaagden gezamenlijk] voert echter aan dat dit niet kwalificeert als een beroepsfout.
Eigen schuld Planex4.63. [eiser] voert voorts aan dat [gedaagde sub 2] heeft nagelaten om in de procedure van Planex tegen [eiser] en Wide Alley het verweer te voeren dat de schade die Planex leed aan eigen schuld van Planex in de zin van artikel 6:101 BW te wijten was, omdat 1) Planex eigenbeslag had gelegd en daardoor Roham haar betalingsmogelijkheden had ontnomen en 2) Planex de overdracht van de aandelen van Roham aan Wide Alley op grond van artikel 3:45 BW had moeten vernietigen. [gedaagden gezamenlijk] heeft dit betwist.
12.844,00(4,0 punten × tarief € 3.211,00)