Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
1. hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 19 augustus 2015 tot en met 20 augustus 2015 te [pleegplaats] , in elk geval in Nederland, (telkens) opzettelijk [slachtoffer] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden, door de (toegangs)deur van een woning (gevestigd aan de [adres ] ) van voornoemde [slachtoffer] (van binnenuit) op slot te draaien en/of (vervolgens) de (boven)sleutel(s) van voornoemd slot bij zich te houden en/of te verstoppen, terwijl voornoemde [slachtoffer] zich op dat/die moment(en) in voornoemde woning bevond;
(Artikel 282 van het Wetboek van Strafrecht)
2. hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 19 augustus 2015 tot en met 20 augustus 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, (telkens) opzettelijk (zijn levensgezel) [slachtoffer] , heeft mishandeld, bestaande deze mishandeling uit het eenmaal of meermalen
3. hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 19 augustus 2015 tot en met 20 augustus 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk een pyjama en/of een shirt, in elk geval een of meer kledingstuk(ken), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt door voornoemd(e) pyjama en/of shirt vast te pakken en/of kapot te scheuren en/of te trekken en/of te rukken.
(Artikel 350 van het Wetboek van Strafrecht)
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
bijlagegebezigde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan wederrechtelijke vrijheidsberoving, mishandeling van zijn levensgezel en vernieling, zoals onder 1 tot en met 3 ten laste is gelegd.
5.Bewezenverklaring
bijlagevervatte bewijsmiddelen bewezen
1ten laste gelegde, te weten dat verdachte:
2ten laste gelegde, te weten dat verdachte:
3ten laste gelegde, te weten dat verdachte:
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straffen en maatregelen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
[naam verdachte], daarvoor strafbaar.
90 (negentig) dagen.