Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 mei 2015 in de zaak tussen
[de man] , te Amsterdam, eiser,
de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak gaat het om een naheffingsaanslag parkeerbelasting die op 5 november 2014 door de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam aan eiser is opgelegd. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze aanslag, maar dit bezwaar werd op 19 december 2014 ongegrond verklaard. Hierop heeft eiser beroep ingesteld bij de rechtbank. De zitting vond plaats op 12 mei 2015, waar eiser zelf aanwezig was en de verweerder vertegenwoordigd werd door zijn gemachtigde.
Eiser heeft aangevoerd dat de dagtekening van de naheffingsaanslag niet correct was, omdat deze gedateerd was op 5 november 2014, terwijl hij de aanslag voor deze datum had ontvangen. Eiser betoogde dat dit een vormfout was en dat er mogelijk sprake was van fraude. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de juiste datum van parkeren, 31 oktober 2014, in de naheffingsaanslag was vermeld. De rechtbank oordeelde dat de werkwijze van de verweerder, die de datum van de naheffingsaanslag postdateert, in het voordeel van eiser was, omdat dit ervoor zorgt dat eventuele vertraging in de postbezorging geen negatieve invloed heeft op de bezwaartermijn.
Daarnaast heeft de rechtbank overwogen dat het de verantwoordelijkheid van de parkeerder is om zich op de hoogte te stellen van de geldende parkeerregels. Eiser had erkend dat hij niet op de hoogte was van de gewijzigde parkeertijden in het gebied waar hij parkeerde, maar dit kwam voor zijn risico. De rechtbank heeft uiteindelijk het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een vergoeding van proceskosten of griffierecht. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 27 mei 2015.