ECLI:NL:RBAMS:2015:4076
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Klacht tegen diagnosestelling en behandeling in een psychiatrisch ziekenhuis onder de Wet BOPZ
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 2 maart 2015 een beschikking gegeven naar aanleiding van een verzoekschrift van een verzoeker, die een klacht had ingediend tegen de diagnosestelling en behandeling door GGZ InGeest tijdens zijn opname. De klacht was ingediend bij de Klachtencommissie GGZ InGeest, Arkin, AMC Psychiatrie, Sinaï Centrum, maar was op 4 december 2014 ongegrond verklaard door de commissie. De rechtbank overweegt dat de Wet BOPZ een opsomming geeft van de onderwerpen waarover geklaagd kan worden, waaronder de beslissing om de patiënt wilsonbekwaam te oordelen en de toepassing van dwangmedicatie. De raadsvrouwe van verzoeker is verzocht om schriftelijk toe te lichten onder welke van de genoemde onderwerpen de klacht valt, maar heeft hierop niet gereageerd. De rechtbank concludeert dat de klacht onvoldoende is onderbouwd en verklaart de verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek. De beschikking is gegeven door rechter R.H.G. Odink in tegenwoordigheid van griffier H.J. Binken op 23 maart 2015.