Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechterkort geding
[eiseres] ,
de stichting Onze Lieve Vrouwe Gasthuis,
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Uitgangspunten
‘Ik gebruik mijn werk bij het OLVG niet als ingang om iets voor familie of vrienden te regelen’.
‘We vragen of er een reden is waarom hij( [halfbroer] , ktr)
deze klacht heeft ingediend en [eiseres]( [eiseres] , ktr)
geeft aan dat zij dit niet zou weten. Vervolgens vragen we [eiseres] of zij in het dossier heeft gekeken van deze patiënt en ze reageert door te zeggen dat ze de gegevens niet heeft verspreid. Ze weet dat ze zonder goede reden geen gegevens mag opzoeken en verspreiden, hier heeft ze ook voor getekend. Op de vraag of ze de gegevens heeft bekeken zegt ze vervolgens dat ze dit alleen zou doen als er iemand zou bellen met vragen over de patiënt. Op de vraag of ze zich kan herinneren of deze vraag haar is gesteld zegt ze dat ze zich dit niet kan herinneren’.
‘ [naam 1]laat het overzicht dat wij hebben ontvangen zien en confronteert [eiseres] hiermee. Stilte. [eiseres] geeft geen reactie. [naam 1] vraagt haar om een reactie te geven op het overzicht. [eiseres] geeft wederom geen reactie. [naam 2]vraagt na enkele minuten stilte aan [eiseres] of zij in het dossier gekeken heeft. [eiseres] geeft eerst aan dat zij dat niet gedaan heeft. [naam 2] geeft aan dat uit het overzicht blijkt dat zij wel inzage heeft gehad op verschillende momenten, waarbij tot op de bloeduitslagen gekeken is in het patiëntendossier. [naam 2] vraagt waarom [eiseres] in dit dossier heeft gekeken, terwijl zij geen behandelrelatie heeft met de betreffende patiënt. [eiseres] geeft aan dat dit wel vaker gebeurt wanneer iemand aan haar vraagt te kijken in een dossier. [eiseres] geeft daarbij ook aan dat ze weet dat dit eigenlijk niet mag. Ze vult aan dat zij in haar arbeidsovereenkomst hiervoor ook getekend heeft (…)’.