Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechter
de naamloze vennootschap IZZ ZORGVERZEKERAAR N.V.,
[gedaagde] ,
Verder verloop van de procedure
5 september 2016.
€ 1.938,15, waaronder begrepen een bedrag van € 1.572,57 aan premie, een bedrag van € 80,15 aan vervallen rente en een bedrag van € 285,43 aan buitengerechtelijke kosten.
[gedaagde] is de betalingsverplichting uit hoofde van de verzekeringsovereenkomst niet nagekomen. Dat leidt ertoe dat dat [gedaagde] gehouden is de premieachterstand over de periode van juli 2013 tot en met april 2014 van € 964,48 en het eigen risico van € 26,09 alsnog aan IZZ te betalen. De vervallen rente ad € 80,15 is niet toewijsbaar, nu dit is berekend over een onjuist hoofdsombedrag. De lopende rente wordt toegewezen vanaf
3 maart 2016.
BESLISSING
- € 990,57 als hoofdsom;
- € 179,78 als buitengerechtelijke kosten;
- de wettelijke rente vanaf 3 maart 2016, berekend over het bedrag van
€ 990,57 tot aan de dag der voldoening;
-griffierecht: € 471,00
-kosten dagvaarding: € 96,05
-salaris gemachtigde: € 200,00
----------------
Totaal: € 767,05;