Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
RK nummer: 17/5078
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
de beslissing is niet persoonlijk aan de betrokkene betekend, maar
4.Strafbaarheid, feit vermeld op bijlage 1 bij de OLW
5.Onschuldverweer
6.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de OLW
7.Detentie-omstandigheden België
algemeen) reëel gevaar bestaat dat personen die in België zijn gedetineerd, onmenselijk of vernederend worden behandeld. Aan het op grond van het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 5 april 2016 in de zaken
Aranyosi en Căldăraru(ECLI:EU:2016:198) te hanteren toetsingskader dat ziet op het uitsluiten van het
individuelerisico voor de opgeëiste persoon, komt de rechtbank dan ook niet toe. Nadere informatie of garanties omtrent het detentieregime waarin de opgeëiste persoon terecht zal komen, zijn aldus niet relevant.
8.Slotsom
9.Toepasselijke wetsbepalingen
10.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan de eerste substituut procureur des konings te Leuven voor het in België tegen hem gerichte strafrechtelijk onderzoek in verband met het nog niet onherroepelijke vonnis wegens het feit waarvoor zijn overlevering wordt verzocht.