Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser sub 1] ,
[eiseres sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding van 31 oktober 2016 van [eisers] , met producties,
- de conclusie van antwoord tevens conclusie van eis in reconventie van Rabobank, met producties,
- het tussenvonnis van 22 februari 2017 waarbij een comparitie van partijen is gelast,
- de conclusie van antwoord in reconventie van [eisers] , met producties,
- het proces-verbaal van comparitie van 20 juli 2017, met de daarin genoemde proceshandelingen en processtukken.
2.De feiten
€ 14.239,-
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie
€ 367.979,-(€ 53.041,- x 33,3% = € 17.663,- dit tegen een rente van 4,8% = € 17.663,- / 4,8% = € 367.979,-)
€ 482.021,-
€ 198.593,-(€ 482.021,- x 4.8% = € 23.137 x (8 jaar + 7 maanden)).
€ 418.747,50
€ 431.252,50
€ 177.676,03