ECLI:NL:RBAMS:2018:1074
Rechtbank Amsterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening bij stopzetting bijstandsuitkering wegens persoonsverwisseling
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 27 februari 2018 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, een vrouw uit Amsterdam, had bezwaar gemaakt tegen de stopzetting van haar bijstandsuitkering door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De stopzetting was gebaseerd op het primaire besluit van 28 december 2017, waarin werd gesteld dat verzoekster niet alle benodigde informatie had verstrekt en dat zij zelf, en niet haar zus, werkzaamheden verrichtte in een winkel. Verzoekster stelde dat er sprake was van een persoonsverwisseling met haar zus, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat verzoekster onvoldoende bewijs had geleverd om deze claim te onderbouwen.
Tijdens de zitting op 13 februari 2018 werd vastgesteld dat handhavingsspecialisten verzoekster op verschillende momenten in de winkel hadden waargenomen, wat de conclusie ondersteunde dat zij daar werkte. Verzoekster had weliswaar foto’s van zichzelf en haar zus overgelegd ter onderbouwing van haar stelling, maar de voorzieningenrechter vond dit onvoldoende. De voorzieningenrechter concludeerde dat het primaire besluit naar alle waarschijnlijkheid in stand zou blijven en wees het verzoek om voorlopige voorziening af. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 27 februari 2018, en tegen deze uitspraak stond geen rechtsmiddel open.