ECLI:NL:RBAMS:2018:4270

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
19 juni 2018
Publicatiedatum
19 juni 2018
Zaaknummer
C/13/649381 / KG ZA 18-588
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over de exploitatie van een Syrisch restaurant in Amsterdam en de rechten van aandeelhouders

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 19 juni 2018 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de manager van het Syrische restaurant Sham en de aandeelhouders van het restaurant. De manager, [eiser sub 1], had een conflict met de aandeelhouders, waaronder Keizer Capital B.V. en [gedaagde sub 2]. De rechter oordeelde dat [eiser sub 1] het restaurant voorlopig zelfstandig mocht blijven exploiteren, terwijl de aandeelhouders niet zonder toestemming het restaurant mochten betreden. De zaak kwam voort uit een geschil over de aandelen in de vennootschap Mayfair Wealthy B.V., die het restaurant exploiteerde. De rechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de aandeelhouders hun goedkeuring voor de aandelenoverdracht aan [eiser sub 2] hadden gegeven, en dat [eiser sub 1] op basis van eerdere afspraken recht had om het restaurant te blijven runnen. De rechter wees de vorderingen van de aandeelhouders in reconventie af en veroordeelde hen in de proceskosten. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke afspraken tussen aandeelhouders en de gevolgen van onduidelijkheid in de goedkeuring van aandelenoverdrachten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel
zaaknummer / rolnummer: C/13/649381 / KG ZA 18-588 MW/EB
Vonnis in kort geding van 19 juni 2018
in de zaak van

1.[eiser sub 1] ,

wonende te [woonplaats] ,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[eiser sub 2],
gevestigd te [plaats] ,
eisers in conventie bij dagvaarding op verkorte termijn van 12 juni 2018,
verweerders in reconventie,
advocaat mr. W.J.J. Lamers te Heiloo,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KEIZER CAPITAL B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde in conventie,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde sub 2],
gevestigd te Zaandam,
gedaagde in conventie,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MAYFAIR WEALTHY B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MEZANSA B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde in conventie,
advocaat mr. E.N. Nordmann te Amsterdam.
Eisers in conventie zullen hierna gezamenlijk [eisers] en afzonderlijk [eiser sub 1] en [eiser sub 2] worden genoemd. Gedaagden in conventie zullen hierna gezamenlijk worden aangeduid als Keizer Capital c.s. en afzonderlijk als Keizer Capital, [gedaagde sub 2] , Mayfair en Mezansa.

1.De procedure

Ter zitting van 14 juni 2018 heeft [eisers] gesteld en gevorderd overeenkomstig de in kopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding en akte wijziging eis. Keizer Capital c.s. heeft verweer gevoerd met conclusie tot weigering van de gevraagde voorzieningen, en vervolgens heeft Mayfair in reconventie gevorderd overeenkomstig de in kopie aan dit vonnis gehechte akte. [eisers] heeft de vordering in reconventie bestreden. Beide partijen hebben producties in het geding gebracht en hun standpunten toegelicht aan de hand van pleitaantekeningen. Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen.
Ter zitting waren aan de zijde van [eisers] aanwezig, voor zover hier van belang, [eiser sub 1] (in privé en als bestuurder en enig aandeelhouder van [eiser sub 2] ) en mr. Lamers.
Aan de zijde van Keizer Capital c.s. waren aanwezig [naam 1] (als directeur en enig aandeelhouder van [gedaagde sub 2] en als indirect bestuurder en mede-aandeelhouder van Mayfair), [naam 2] (manager van na te noemen dj’s en gevolmachtigd om de belangen van Mezansa B.V. te behartigen), en
mr. Nordmann.
Als informanten waren op de zitting aanwezig, daartoe opgeroepen door [eisers] , mr. P.A.A. Moes (notaris), [naam 3] en [naam 4] (beiden werkzaam voor de politie Amsterdam).

2.De feiten

2.1.
Op 2 februari 2017 heeft Syrisch restaurant Sham, aan de [adres] te Amsterdam, daar deuren geopend. Sham is de bijnaam van de Syrische hoofdstad Damascus. Het restaurant is gevestigd in een bedrijfsruimte die wordt gehuurd door Mayfair en de horeca-vergunning staat eveneens op haar naam. Het restaurant kende een vliegende start en is in Het Parool uitgeroepen tot behorend bij de beste tien restaurants in Amsterdam. In het restaurant zijn, afgezien van [eiser sub 1] , die al
21 jaar in Nederland woont, vrijwel uitsluitend Syrische statushouders werkzaam.
[eiser sub 1] werkt voor Mayfair op basis van een arbeidsovereenkomst. Voordat Sham in het pand aan de [adres] werd gevestigd, exploiteerde Mayfair daar een minder goed lopend restaurant.
2.2.
De aandelen in Mayfair worden gehouden door Keizer Capital, [gedaagde sub 2] en Mezansa. De aandelen in Mezansa worden indirect gehouden door twee dj’s, [dj 1] en [dj 2] .
2.3.
Op 15 januari 2018 heeft [eiser sub 1] de holdingmaatschappij [eiser sub 2] opgericht.
2.4.
Bij de stukken bevindt zich een concept akte voor de levering door Keizer Capital en [gedaagde sub 2] van in totaal 26 van de door hen gehouden aandelen in Mayfair aan [eiser sub 2] , ten titel van koop.
2.5.
Notaris mr. P.A.A. Moes, die de conceptakte heeft opgesteld, heeft in een
e-mail van 13 juni 2018 een toelichting gegeven op die conceptakte. De e-mail luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
“(…) Op 8 september 2017 heb ik van de heer [naam 5] (een zakenpartner van [naam 1] , vzr.) een email ontvangen, waarbij hij een overleg aankondigt voor een aantal transacties, waaronder een aandelentransactie voor 20% in het kapitaal van de vennootschap Mayfair Wealthy B.V. aan de heer [eiser sub 1] .
De heren zijn vervolgens op 26 september 2017 om 09.00u hier op kantoor geweest, en toen is er, naast een aantal andere dossiers, ook gesproken over de inhoud van die akte van aandelenoverdracht in Mayfair. (…)
Vervolgens kreeg ik op 4 januari een email van de heer [naam 5] .
Hij geeft dat er in het contract een toevoeging moest komen dat de heer [eiser sub 1] nooit een gelijkwaardig concept restaurant mocht ontwikkelen/exploiteren, zonder medewerking/instemming van de overige aandeelhouders. (…)
Ook is toen (na de oprichting van [eiser sub 2] , vzr.) besproken dat de naam van de holding van mijnheer [eiser sub 1] en de (in het handelsregister, vzr.) toegevoegde handelsnaam van Mayfair Wealthy B.V. (te weten Sham Restaurant, vzr.) min of meer gelijk is, en dat was voor de heer [naam 6] (directeur en enig aandeelhouder van Keizer Capital, vzr.) reden om te vragen aan de heer [eiser sub 1] of hij de naam wilde wijzigen. (…)
In die sessie (van 7 februari 2018, vzr.) is ook door de heren de concept akte van levering aandelen aangepast, en hebben de heer [naam 6] , de heer [naam 1] en de heer [eiser sub 1] , dit concept “voor akkoord en ten blijke van volmachtverlening aan alle medewerkers van notariskantoor Bellaar c.s. te Amstelveen” getekend.
De gedachte was dat indien en zodra de overige aandeelhouders afstand hadden gedaan van hun voorkeursrecht tot het nemen van aandelen, ze dan niet wederom gedrieën naar mijn kantoor hoefden af te reizen, maar dat een medewerker van mijn kantoor dan, op basis van die volmacht, voor en namens hen de betreffende akte van levering kan tekenen. (…)
Bij vertrek is er door de heer [naam 6] toegezegd dat hij zou proberen contact te zoeken met de DJ’s (de overige aandeelhouder), zodat die EN afstand zouden moeten doen van het voorkeursrecht tot het nemen van aandelen, en ook moesten instemmen met de toevoeging in de akte dat er nooit een ander restaurant geopend kon worden door 1 van hen, zonder elkaars medeweten/toestemming. (…)
Dan krijgt ons kantoor op 26 februari 2018 een email van de heer [naam 5] dat de voorgenomen overdracht van aandelen geen doorgang zal plaatshebben, en wordt ons kantoor, ruim twee maanden later, en wel op 30 april gebeld door het bestuur van de vennootschap dat we geen informatie aan derden mogen verschaffen over dit dossier. (…)”
2.6.
Op 9 februari 2018, kort na de ondertekening voor akkoord van de conceptakte van levering, hebben Keizer Capital, [eiser sub 2] en [gedaagde sub 2] samen de vennootschap Sham Royal B.V. opgericht met als doel de exploitatie van een restaurant.
2.7.
Op 21 april 2018 om 16.43 uur heeft [naam 1] bij de politie aangifte van verduistering gedaan tegen [eiser sub 1] . In de aangifte staat dat [naam 1] van een medewerker van het restaurant bericht had ontvangen dat [eiser sub 1] ongeveer
€ 500,00 uit de kassa had weggenomen, dat [eiser sub 1] , daarmee op zaterdag 21 april 2018 omstreeks 2.15 uur in de ochtend door [naam 1] geconfronteerd, kwaad werd en dingen zei en deed waardoor [naam 1] zich bedreigd voelde en dat een andere medewerker [naam 1] toen is aangevlogen en zijn keel heeft dichtgeknepen.
2.8.
In een brief van de Teamchef basisteam Burgwallen van 25 mei 2018, gericht aan de raadsman van [eisers] , staat dat [naam 1] kort na de aangifte het alarmnummer van de politie heeft gebeld met de mededeling dat hij voornemens was om het restaurant te sluiten, dat hij de situatie erg dreigend vond en dat die mogelijk zou kunnen escaleren en dat die mededeling reden is geweest voor de wijkagent om, bijgestaan door medewerkers van de assistentie-eenheid, nog diezelfde avond van 21 april 2018 naar het restaurant te gaan en dat te sluiten. In de brief schrijft de Teamchef dat het optreden van de wijkagent achteraf te voorbarig is geweest en dat hij niet zelfstandig had moeten overgaan tot sluiting omdat het gaat om een civiele zaak tussen de vermeende eigenaar van het restaurant en de bedrijfsleider die stelt daarvan mede-eigenaar te zijn.
2.9.
Na de sluiting van het restaurant heeft [eiser sub 1] op 3 mei 2018 [dj 1] per whatsapp geïnformeerd over het conflict. Die heeft daarop gereageerd op dezelfde dag met de tekst:
“Indrukwekkend verhaal. Hou me op de hoogte. Voor mij is dit natuurlijk wel schokken, aangezien ik 0% contact heb met [naam 7] en de heer [naam 1] . Los van wat jij mij nu vertelt, heb ik geen idee wat er gebeurt met het restaurant. Houden contact.”
2.10.
Op 30 mei 2018 heeft [eiser sub 1] [dj 1] laten weten dat het hem toch echt belangrijk lijkt één en ander rond Sham een keer te bespreken. De reactie van [dj 1] was dat hij er buiten wil blijven, aangezien [dj 2] en hij niets van de gang van zaken weten, maar dat hij [eiser sub 1] kan doorverwijzen naar zijn advocaat als hij toch wil praten.
2.11.
Na de sluiting op 21 april 2018 is het restaurant enige tijd geëxploiteerd met een andere manager, die door [naam 1] was aangesteld. Op 7 juni 2018 hebben [eiser sub 1] en het hem trouwe personeel zich weer toegang verschaft tot het restaurant en zij drijven het sindsdien. Ook hiervan heeft [naam 1] aangifte bij de politie gedaan.
2.12.
Op 9 juni 2018 heeft [eiser sub 1] via zijn advocaat de manager van de dj’s per e-mail verzocht voor 10 juni 2018 te laten weten of de dj’s al dan niet toestemming voor de aandelenoverdracht hebben gegeven. Een reactie is uitgebleven.
2.13.
Mayfair heeft een aantal medewerkers van het restaurant, onder wie [eiser sub 1] , op staande voet ontslagen op verschillende gronden. De ontslagen medewerkers vechten hun ontslag aan bij de kantonrechter van deze rechtbank. De zittingsdatum in die procedures is bepaald op 28 juni 2018.

3.De vordering in conventie

3.1.
[eisers] vordert na wijziging van eis, kort gezegd:
primair Keizer Capital en [gedaagde sub 2] te veroordelen hun medewerking te verlenen aan de overdracht van de aandelen aan [eiser sub 2] , conform de notariële conceptakte van 9 februari 2018;
subsidiair, indien aan Keizer Capital en [gedaagde sub 2] op rechtsgeldige wijze de goedkeuring door Mezansa werd onthouden, te bepalen dat hij
– totdat definitief in rechte zal zijn beslist dan wel partijen andersluidende afspraken maken – gerechtigd is het restaurant zelfstandig te blijven voortzetten en Keizer Capital en [gedaagde sub 2] zo lang te verbieden het restaurant te betreden;
het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren; en
Keizer Capital en [gedaagde sub 2] te veroordelen in de proceskosten.
3.2.
Keizer Capital c.s. voert verweer.

4.De vordering in reconventie

4.1.
Mayfair vordert op haar beurt, samengevat:
[eisers] te veroordelen de bedrijfsruimte te ontruimen en haar te machtigen de ontruiming zo nodig zelf te bewerkstelligen met behulp van de sterke arm en op kosten van [eisers] ;
aan de veroordeling tot ontruiming een dwangsom te verbinden; en
[eisers] hoofdelijk te veroordelen in de proceskosten, te vermeerderen met rente en de nakosten.
4.2.
[eisers] voert verweer.

5.De standpunten van partijen

5.1.
[eisers] stelt, samengevat, dat [eiser sub 1] eind 2016 door [naam 6] en [naam 1] is benaderd omdat zij graag wilden dat hij een nieuw restaurant zou starten in de bedrijfsruimte aan de [adres] . [eiser sub 1] had jarenlange ervaring als manager van een steakhouse en het door Mayfair gedreven restaurant was al jaren verliesgevend. Volgens [eisers] heeft [eiser sub 1] voorgesteld en zich bereid verklaard om een Syrisch restaurant onder de naam Sham te starten, onder de voorwaarde dat hij het restaurant naar eigen inzicht zou mogen exploiteren en dat hij zou worden bijgestaan door Syrische statushouders als medewerkers. [eisers] stelt dat gedaagden daarmee mondeling akkoord zijn gegaan en dat ook mondeling is afgesproken dat als hij het restaurant binnen een jaar winstgevend kon krijgen, hij 20% van de aandelen in Mayfair zou krijgen. Volgens [eisers] heeft [eiser sub 1] ongeveer € 70.000,00 eigen geld in de onderneming gestoken. [eisers] stelt dat de oprichting van [eiser sub 2] en de conceptakte van levering moeten worden gezien als uitvoeringshandelingen van de gemaakte afspraken. Hij stelt nadien te hebben ervaren dat [naam 6] en [naam 1] grote bedragen hebben onttrokken aan de bankrekening van Mayfair en dat een aantal maanden bleek te zijn gewerkt met een pinapparaat op naam van een andere vennootschap van [naam 1] en/of [naam 6] , zonder dat daarover ooit verantwoording is afgelegd. Volgens [eisers] is hij vanwege de dreigende controverse in gesprek gegaan met [naam 6] en [naam 1] en zijn zij mondeling overeengekomen dat [eiser sub 2] vanaf 1 maart 2018 een pachtovereenkomst zou sluiten met Mayfair en dat Keizer Capital en [gedaagde sub 2] de nog openstaande rekeningen tot die datum voor hun rekening zouden nemen. Uiteindelijk heeft de frictie tussen partijen geresulteerd in het incident dat zich heeft voorgedaan in de nacht van 20 op 21 april 2018. Er is volgens [eisers] geen reden om hem de toegang tot het restaurant te ontzeggen, omdat [eiser sub 2] ofwel mede-eigenaar ervan is, ofwel pachter.
5.2.
Keizer Capital c.s. betwist dat [eiser sub 2] mede-eigenaar is geworden, stellende dat de dj’s hun goedkeuring aan de aandelentransactie hebben onthouden. Ook betwist Keizer Capital c.s. dat enige toezegging is gedaan over een mogelijke pachtovereenkomst. Volgens Keizer Capital c.s. is [eiser sub 1] niet meer dan een gewone werknemer, niet eens een leidinggevende, die zich – dat wel – met hart en ziel voor het restaurant heeft ingezet en als een vader was voor de Syrische statushouders. Keizer Capital c.s. betwist ook dat [eiser sub 1] in de onderneming heeft geïnvesteerd. Zij stelt de mogelijkheid van een aandelentransactie in overweging te hebben genomen op verzoek van [eiser sub 1] . Hij had in 2017 de wens geuit om aandelen in Mayfair te kopen. Volgens Keizer Capital c.s. is [eiser sub 1] , toen duidelijk werd dat hij niet als aandeelhouder zou kunnen toetreden tot Mayfair omdat Mezansa daarmee niet instemt, begonnen met het naar zich toetrekken van de onderneming. Zo heeft hij [eiser sub 2] opgericht en hield hij vast aan die naam, hoewel hem was verzocht om die te wijzigen vanwege de sterke gelijkenis met de naam van het door Mayfair geëxploiteerde restaurant. Ook heeft hij gelden verduisterd uit de kassa van het restaurant. Vanwege de grimmige houding van [eiser sub 1] in samenwerking met andere werknemers, heeft Mayfair hen op staande voet ontslagen. Keizer c.s. stelt zich op het standpunt dat [eisers] zonder recht of titel in de bedrijfsruimte verblijft en het restaurant runt op kosten van Mayfair maar de inkomsten in eigen zak stekt. Aan dat onrechtmatige handelen moet wat Keizer Capital c.s. betreft op zo kort mogelijke termijn een einde komen.

6.De beoordeling in conventie

6.1.
Het spoedeisend belang van [eisers] bij zijn vorderingen is gegeven, nu beide partijen aanspraak maken op de exploitatie van het restaurant en elkaar letterlijk de tent uit vechten.
6.2.
Tussen partijen is niet in geschil dat [eiser sub 1] het restaurant zelfstandig mocht runnen en dat, als het hem lukte het restaurant binnen een jaar winstgevend te krijgen, Keizer Capital en [gedaagde sub 2] hem 20% van het aandelenkapitaal van Mayfair zouden overdragen. Verder heeft [naam 1] in zijn aangiftes bij de politie d.d. 21 april 2018 en 8 juni 2018 [eiser sub 1] aangeduid als de manager van het restaurant, zodat ervan wordt uitgegaan dat [eiser sub 1] sinds de opening in februari 2017 de dagelijkse leiding had van het restaurant. De hem in het vooruitzicht gestelde aandelentransactie is wel bij de notaris in gang gezet, maar eind februari 2018 door Keizer Capital c.s. stopgezet.
6.3.
Volgens Keizer Capital c.s. heeft Mezansa haar goedkeuring aan de transactie onthouden waardoor een overdracht van aandelen niet meer mogelijk was. Wanneer de voorgenomen aandelenoverdracht ter goedkeuring is voorgelegd aan Mezansa en wanneer Mezansa voor het eerst te kennen heeft gegeven dat zij daarmee niet instemde heeft Keizer Capital c.s. echter niet duidelijk gemaakt, ondanks daarover ter zitting gestelde vragen van de voorzieningenrechter. Onduidelijk is ook gebleven of Mezansa alleen geen afstand wilde doen van haar voorkeursrecht tot het nemen van de aangeboden aandelen, of dat zij het (ook) niet eens was met andere bepalingen uit de conceptakte. Evenmin is duidelijk gemaakt waarom [eisers] pas op de zitting is geïnformeerd over de weigering door Mezansa van haar goedkeuring. Op de zitting hebben de advocaat van Mezansa en de gevolmachtigde manager van de dj’s enkel verklaard dat de dj’s geen toestemming geven voor de overdracht van aandelen aan [eiser sub 2] Het had op de weg van Keizer Capital c.s. gelegen om die duidelijkheid zo tijdig mogelijk te verkrijgen en aan [eiser sub 1] te geven. Uit de e-mail die de notaris op 26 februari 2018 heeft ontvangen van de heer [naam 5] kan het ontbreken van de instemming niet worden afgeleid. In die e-mail staat immers alleen dat de voorgenomen overdracht van aandelen niet zal doorgaan. Bovendien is onduidelijk in hoeverre [naam 5] namens Mezansa kan spreken. Overigens is het vreemd dat de notaris de inhoud van de e-mail van [naam 5] niet heeft gedeeld met de partijen bij de beoogde aandelenoverdracht (zijn opdrachtgevers).
6.4.
De vraag wanneer de aandelentransactie ter goedkeuring is voorgelegd aan Mezansa is van groot belang. Als die toestemming pas is gevraagd ná het whatsapp bericht van [dj 1] aan [eiser sub 1] , gestuurd op 3 mei 2018, is aannemelijk dat er een spelletje met [eisers] is gespeeld en dat Keizer Capital en [gedaagde sub 2] nooit echt de intentie hebben gehad om aandelen aan hem over te dragen. In dat beeld passen ook de – niet weersproken – overboekingen van grote bedragen van de bankrekening van Mayfair en de moedwillige sluiting van het restaurant op 21 april 2018 terwijl dat door de inspanningen van [eiser sub 1] een groot succes was en ten tijde van de sluiting in vol bedrijf was.
6.5.
De strekking van de reactie van [dj 1] op het whatsapp bericht van [eiser sub 1] is dat de hele gang van zaken voor hem als een grote verrassing komt, dat hij geen enkel contact heeft met [naam 6] en [naam 1] en dat hij en [dj 2] niets weten van de gang van zaken rond het restaurant. Die reactie vormt een aanwijzing dat de dj’s, althans in ieder geval [dj 1] , in ieder geval niet vóór 3 mei 2018 – en dus bijna drie maanden na de ondertekening van de akte door de andere aandeelhouders – is gevraagd om de transactie goed te keuren. Bovendien is deze reactie uitgelokt door een bericht van [eiser sub 1] zelf, en niet gegeven in antwoord op een vraag van [naam 6] of [naam 1] . Mocht Mezansa wél direct na de bijeenkomst van 7 februari 2018 zijn benaderd en bezwaar hebben gemaakt tegen de aandelenoverdracht, dan is onbegrijpelijk waarom [eisers] daarvan niet in kennis is gesteld en Keizer Capital en [gedaagde sub 2] niet in onderhandeling zijn gegaan met [eisers] over de vraag hoe zij met elkaar verder zouden gaan. Daarmee is voorshands aannemelijk dat Keizer Capital en [gedaagde sub 2] ( [naam 6] en [naam 1] ) [eiser sub 1] een rad voor ogen hebben gedraaid en onrechtmatig jegens hem hebben gehandeld. Deze lijn volgend, is aannemelijk dat het ontslag op staande voet van [eiser sub 1] geen stand zal houden bij de kantonrechter
6.6.
Bij het voorgaande komt nog dat als [naam 1] het restaurant op 21 april 2018 niet zou hebben ontruimd, [eiser sub 1] nog steeds op basis van de niet weersproken afspraak zelfstandig het restaurant als manager zou hebben geëxploiteerd. Op grond van het nu beschikbare feitenmateriaal is het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar dat die afspraak niet langer wordt uitgevoerd, totdat een rechter anders beslist of partijen tot andere afspraken komen. Keizer Capital c.s. heeft tegenover het gemotiveerde verweer van [eisers] aangaande het financiële reilen en zeilen van het restaurant onvoldoende aannemelijk gemaakt dat sprake is van omstandigheden die abrupte stopzetting rechtvaardigen. Ook is niet aannemelijk dat [naam 1] op 20 april 2018 is mishandeld of dat de situatie in het restaurant door toedoen van [eiser sub 1] en de zijnen onhoudbaar was.
6.7.
De vervolgvraag is waartoe dit alles moet leiden. De primaire vordering van [eisers] tot overdracht van aandelen is niet toewijsbaar nu Mezansa haar goedkeuring aan die transactie onthoudt en voorshands onvoldoende aannemelijk is dat desondanks een rechtsgeldige overdracht mogelijk is.
6.8.
De grondslag van de subsidiaire vordering wordt aldus begrepen dat van [eiser sub 1] niet kan worden gevergd dat hij zijn positie als manager van het restaurant opgeeft en evenmin dat hij nog langer samenwerkt met Keizer Capital c.s., omdat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat zij hem aan de kant zet terwijl hij het restaurant tot een succes heeft gemaakt. Voorshands kan [eisers] daarin worden gevolgd. Keizer Capital c.s. zal moeten dulden dat [eiser sub 1] zelfstandig het restaurant voortzet, maar [eiser sub 1] zal Mayfair (die huurder is) in staat moeten stellen om de huur te betalen door die huur maandelijks over te maken op de bankrekening van Mayfair. Hij zal ook een deugdelijke administratie moeten bijhouden omdat partijen uiteindelijk zullen moeten afrekenen. Voorshands wordt geoordeeld dat [eiser sub 1] op grond van de redelijkheid en billijkheid de revenuen van het restaurant niet hoeft af te dragen totdat partijen tot nadere afspraken komen of een rechter anders oordeelt. Aannemelijk is immers dat hij door de gedragingen van Keizer Capital c.s. schade heeft geleden die met de revenuen zal kunnen worden verrekend. Daarbij moet worden gedacht aan achterstallig loon en de schade als gevolg van het onrechtmatig handelen van Keizer Capital c.s. Het ligt op de weg van Keizer Capital c.s. om met [eisers] in gesprek te gaan om tot vervangende afspraken te komen, bijvoorbeeld een schriftelijke pachtovereenkomst, nu de beoogde aandelenoverdracht geen doorgang heeft gevonden. De subsidiaire vordering zal met inachtneming van het voorgaande worden toegewezen.
6.9.
Keizer Capital en [gedaagde sub 2] zullen als de in het ongelijk gestelde partijen in de proceskosten van [eisers] worden veroordeeld, welke kosten worden begroot op:
- dagvaarding € 222,39
- griffierecht 626,00
- overige explootkosten 155,08 (i.v.m. oproeping notaris en politieagent)
- salaris advocaat
980,00
Totaal € 1.983,47
6.10.
Tegen Mayfair en Mezansa heeft [eisers] geen vorderingen ingesteld, zodat de door hen gemaakte proceskosten – als nodeloos gemaakt – in beginsel voor zijn rekening behoren te komen. In de omstandigheid dat Mezansa pas ná dagvaarding aan [eisers] haar standpunt duidelijk heeft gemaakt, wordt echter aanleiding gezien Mezansa haar eigen proceskosten te laten dragen. Nu Mayfair op zwaarwegende punten in het debat in het ongelijk is gesteld, zal ook zij haar eigen kosten moeten dragen.

7.De beoordeling in reconventie

7.1.
De vordering in reconventie vormt min of meer het spiegelbeeld van de vordering in conventie en is gelet op de beoordeling in conventie niet toewijsbaar.
7.2.
Mayfair zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Wegens samenhang met de conventie zullen de kosten aan de zijde van [eisers] worden begroot op nihil.

8.De beslissing

De voorzieningenrechter
in conventie
8.1.
bepaalt dat [eiser sub 1] , totdat een rechter anders beslist of partijen anders overeenkomen, restaurant Sham aan de [adres] te Amsterdam zelfstandig mag blijven exploiteren op de tot 21 april 2018 tussen partijen gebruikelijke wijze, met inachtneming van hetgeen hiervoor onder 6.8 is overwogen,
8.2.
verbiedt (de aandeelhouders/bestuurders van) Keizer Capital en [gedaagde sub 2] , totdat een rechter anders beslist of partijen anders overeenkomen, het restaurant te betreden zonder toestemming van [eiser sub 1] ,
8.3.
veroordeelt Keizer Capital en [gedaagde sub 2] in de proceskosten, aan de zijde van [eisers] tot op heden begroot op € 1.983,47,
8.4.
verklaart dit vonnis in conventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
8.5.
bepaalt dat Mayfair en Mezansa hun eigen proceskosten moeten dragen,
8.6.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
8.7.
weigert de gevraagde voorziening,
8.8.
veroordeelt Mayfair in de proceskosten, aan de zijde van [eisers] tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. van Walraven, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. E. van Bennekom, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 19 juni 2018. [1]

Voetnoten

1.type: eB