Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het verloop
2.Gronden van de beslissing
€ 136,84
€ 0,00
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 26 januari 2018 een beschikking gegeven in een rekestprocedure naar aanleiding van een verzoek van ABN AMRO Bank N.V. Het verzoek was ingediend op 29 december 2017 en betrof goedkeuring van de verklaring van de bank als eerste hypotheekhoudster na de executoriale verkoop van een woning voor een bedrag van € 368.000,--. De bank had kosten geboekt onder de achterstand, wat leidde tot vragen over de transparantie en overzichtelijkheid van de vordering. Tijdens de zitting op 24 januari 2018 zijn de notaris en een kandidaat-notaris gehoord, evenals de advocaat van de bank, mr. G. Hamers. De bank had eerder een gespecificeerde opgave van haar vordering overgelegd, maar de hoogte van de achterstand varieerde aanzienlijk in korte tijd, wat voor de voorzieningenrechter onduidelijkheid veroorzaakte. Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter de verklaring van de bank goedgekeurd, waarbij de bank werd opgedragen om in de toekomst de kale achterstand en gemaakte kosten apart te vermelden in haar verklaringen. De beslissing werd genomen op basis van de noodzaak voor duidelijkheid en overzichtelijkheid in de financiële verantwoording van de bank.