2.4.9.De man heeft een behoeftelijst overgelegd van zijn huidige en toekomstige kosten. De vrouw is op de posten ingegaan, zodat de rechtbank deze lijst hieronder post voor post zal bespreken. Nu de man twee afwijkende lijsten heeft ingediend, gaat de rechtbank uit van de laatste – op 15 mei 2018 – ingediende lijst.
Mortgage interest
De man heeft gesteld dat er rekening moet worden gehouden met een maandelijkse rentebetaling in verband met de hypothecaire geldlening van € 1.069,- per maand. De vrouw heeft de hoogte van het bedrag betwist, omdat partijen op grond van de beschikking voorlopige voorzieningen ieder de helft van de hypothecaire geldlening dienen te betalen. Volgens de vrouw moet rekening gehouden worden met een bedrag van € 531,- per maand.
De rechtbank overweegt dat de beschikking voorlopige voorzieningen eindigt op het moment dat partijen formeel gescheiden zijn. Ieder van partijen zal vanaf dat moment de eigen woonlasten dienen te dragen. Nu de vrouw op zich zelf niet heeft betwist dat hypotheekrente € 1.069,- per maand bedraagt en zij niet heeft gesteld dat dit onredelijke woonlasten zijn, houdt de rechtbank rekening met het door de man opgevoerde bedrag.
Mortgage savings
De rechtbank houdt met het volledig door de man opgevoerde bedrag van € 615,-, nu deze kosten na de formele echtscheiding en verdeling volledig voor zijn rekening komen.
Premium life insurance linked to mortgage
De man heeft in zijn behoeftelijst een bedrag van € 30,- per maand opgevoerd aan premie van een levensverzekering. De vrouw heeft dit betwist. Volgens de vrouw heeft dit bedrag betrekking op een levensverzekering die op naam van de vrouw staat en niet aan de hypothecaire geldlening is gekoppeld.
De man heeft nagelaten stukken betreffende deze verzekering in het geding te brengen dan wel te stellen uit welke productie betaling van deze kosten blijkt. Gelet op het verweer van de vrouw houdt de rechtbank daarom geen rekening met deze opgevoerde post,
Other necessary cost for housing
Tussen partijen is niet in geschil dat de bijdrage VvE € 385,- per maand bedraagt. De rechtbank houdt hier daarom rekening mee.
Gas/water/electricity
Volgens de man bedragen de maandelijkse kosten voor gas, water en licht € 230,- per maand. De vrouw heeft dit betwist en heeft gesteld dat de kosten € 198,- per maand bedragen. Nu de man niet heeft aangetoond dat de maandelijkse last hoger is dan door de vrouw gesteld, houdt de rechtbank rekening met een bedrag van € 198,- per maand.
Telephone/mobile
De man heeft gesteld € 83,- per maand te betalen aan kosten telefonie. De vrouw heeft dit betwist, omdat de man deze last niet heeft onderbouwd. De rechtbank overweegt als volgt. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de man deze last niet onderbouwd, nu het de rechtbank niet duidelijk is of de man ter onderbouwing een productie heeft overgelegd en zo ja, welke productie dit betreft. Het enkel overleggen van bankafschriften zonder daar een toelichting bij te geven is niet voldoende. De rechtbank stelt de kosten in redelijkheid vast op € 40,- per maand.
Real estate taxes
In de behoeftelijst heeft de man een bedrag van € 78,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft deze post betwist. Ook voor deze post geldt dat de man dit niet voldoende heeft onderbouwd. De rechtbank stelt de post in redelijkheid op € 50,- per maand.
Sewage taxes
De man heeft een bedrag van € 20,- per maand opgevoerd. Deze post wordt door de vrouw betwist. Nu de man deze post niet heeft onderbouwd, maar de rechtbank wel aannemelijk acht dat deze kosten er zijn, wordt het bedrag in redelijkheid gesteld op € 10,-.
Pollution taxes
De man heeft een bedrag aan kosten afvalheffing opgevoerd van € 11,- per maand. De vrouw heeft dit betwist, omdat de man dit niet heeft onderbouwd. De rechtbank overweegt dat aannemelijk is dat de man deze kosten heeft, maar dat niet aangetoond wordt dat de man het gestelde bedrag betaalt. De rechtbank stelt daarom deze post in redelijkheid vast op € 5,- per maand.
House insurance
De man heeft aan kosten van opstalverzekering een bedrag van € 24,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft dit betwist. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de man deze kosten niet onderbouwd. Daarom houdt de rechtbank geen rekening met deze post.
Furniture insurance
Uit de behoeftelijst blijkt een bedrag van € 13,- per maand aan premie inboedelverzekering. De vrouw heeft de hoogte van dit bedrag niet betwist, maar heeft gesteld dat zij tot op heden deze kosten betaalt. De rechtbank overweegt dat na de formele echtscheiding ieder van partijen de eigen kosten dient te dragen, waaronder ook de kosten van de inboedelverzekering. De rechtbank houdt daarom rekening met het bedrag van € 13,- per maand.
Maintenance
De man heeft een bedrag van € 125,- per maand opgevoerd aan kosten van onderhoud. De vrouw heeft dit betwist en heeft gesteld dat deze kosten onder de VvE vallen. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de man niet onderbouwd waaruit deze kosten bestaan. Gelet op de hoogte van de maandelijkse betaling aan de VvE acht de rechtbank het voor de hand liggen dat de VvE het groot onderhoud voor haar rekening neemt. De rechtbank houdt daarom geen rekening met deze post.
Household help
Aan kosten voor een huishoudelijke hulp heeft de man € 160,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft deze post betwist en onder meer gesteld dat de man de noodzaak van een huishoudelijke hulp niet heeft aangetoond. De rechtbank overweegt als volgt. Niet is gesteld noch is gebleken dat de kosten huishoudelijke hulp huwelijksgerelateerde kosten zijn. Voorts zijn door de man zijn geen stukken overgelegd, althans niet duidelijk is voor de rechtbank welke, waaruit blijkt dat hij deze kosten daadwerkelijk maakt. De rechtbank houdt om die reden geen rekening met deze kosten.
Groceries
De man heeft gesteld maandelijks € 600,- aan boodschappen kwijt te zijn. De vrouw heeft de hoogte van dit bedrag betwist. Volgens de vrouw blijkt uit de door de man overgelegde bankafschriften een eenmalige uitgave aan boodschappen van € 40,-. Omgerekend naar een maand bedraagt dit volgens de vrouw € 200,-. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de man niet onderbouwd dat hij daadwerkelijk € 600,- per maand betaalt aan boodschappen. De rechtbank acht het redelijk rekening te houden met € 300,- per maand.
Clothes en shoes
Aan kosten voor kleding en schoenen heeft de man € 200,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft dit betwist, omdat deze post niet wordt onderbouwd. Naar het oordeel van de rechtbank dient rekening te worden gehouden met een bedrag van € 100,- per maand.
Personal Hygiene
De man heeft een bedrag van € 60,- per maand aan kosten persoonlijke verzorging opgevoerd. De vrouw heeft dit betwist en gesteld dat de bijbehorende productie niet leesbaar is. De rechtbank overweegt als volgt. De man heeft niet gesteld welke productie als onderbouwing van deze kosten geldt. Deze post is dan ook niet voldoende onderbouwd. Aannemelijk is dat de man enige kosten heeft. Daarom houdt de rechtbank rekening met € 25,- per maand.
Pets
Aan kosten van huisdieren heeft de man € 50,- per maand opgevoerd. Hij heeft daartoe aangevoerd dat partijen altijd huisdieren hebben gehad, dat de vrouw de katten tegen zijn zin in heeft meegenomen en dat hij graag weer een huisdier zou willen hebben. De vrouw heeft dit betwist. Zij heeft gesteld dat zij de katten van partijen op uitdrukkelijk verzoek van de man verzorgt. Vast staat dat partijen altijd huisdieren hebben gehad. Naar het oordeel van de rechtbank kan daarom bij de vaststelling van de behoefte van de man rekening worden gehouden met de kosten van een huisdier. Mede nu het bedrag de rechtbank niet onredelijk hoog voorkomt, houdt de rechtbank rekening met het gestelde bedrag van € 50,- per maand.
Bicycle maintenance
De man heeft aan kosten fietsonderhoud € 8,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft dit betwist en gesteld dat de man een bon van € 6,- heeft overgelegd. Naar het oordeel van de rechtbank is aannemelijk dat de man af en toe kosten aan zijn fiets zal hebben. Om die reden houdt de rechtbank rekening met een bedrag van € 5,- per maand.
Cost for public transport
De man heeft gesteld € 100,- per maand aan kosten van het openbaar vervoer kwijt te zijn. De vrouw heeft dit betwist, omdat de man deze kosten niet heeft onderbouwd. Naar het oordeel van de rechtbank dient in redelijkheid rekening te worden gehouden met € 50,- per maand.
Health insurance
Tussen partijen is niet in geschil dat de maandelijkse premie ziektekostenverzekering € 165,- per maand bedraagt. De rechtbank houdt daarom rekening met dit bedrag.
Own risk health insurance
De vrouw betwist, nu de man dit niet met stukken heeft onderbouwd, dat er rekening moet worden gehouden met het wettelijk verplicht eigen risico. De rechtbank acht voldoende vast komen te staan dat de man kosten maakt in verband met zijn gezondheid. Daarom houdt de rechtbank rekening met een bedrag van € 32,- per maand.
Personal liabilty insurance
De man heeft aan premie aansprakelijkheidsverzekering € 10,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft betwist dat hier rekening mee moet worden gehouden. Hoewel de man niet heeft onderbouwd dat hij € 10,- per maand betaalt, acht de rechtbank het redelijk dat met een bedrag aan premie rekening wordt gehouden. De rechtbank stelt dit bedrag vast op € 5,- per maand.
Legal Aid insurance
Ook voor deze post geldt dat de man niet heeft aangetoond dat hij deze kosten heeft. Mede gelet op de betwisting door de vrouw, zal de rechtbank hier dan ook geen rekening mee houden.
Life insurance
Niet in geschil is dat de man een maandelijkse premie levensverzekering betaalt van € 165,-. Daarom houdt de rechtbank rekening met deze post.
Travel insurance
De man heeft een bedrag van € 8,- per maand opgevoerd aan kosten voor een reisverzekering. De vrouw heeft betwist dat hiermee rekening moet worden gehouden. De rechtbank overweegt als volgt. De man heeft niet onderbouwd dat hij deze kosten daadwerkelijk maakt, zodat de rechtbank hier geen rekening mee zal houden.
Subscriptions, newspapers, magazines
Ook ten aanzien van deze post heeft de man niet onderbouwd dat hij daadwerkelijk € 42,- per maand betaalt aan abonnementen. De vrouw heeft dit ook betwist. Naar het oordeel van de rechtbank is het redelijk rekening te houden met een bedrag van € 20,- per maand.
Fixed phone, cable tv, internet
De man heeft een bedrag van € 79,- per maand opgevoerd aan kosten vaste telefoonlijn, televisie en internet. De vrouw heeft deze post niet dan wel onvoldoende betwist. De rechtbank houdt daarom rekening met dit bedrag.
Vacations
Aan kosten voor vakanties heeft de man een bedrag van € 667,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft dit, wegens niet onderbouwd zijn, betwist. De rechtbank overweegt als volgt. Vast staat dat de kinderen en verdere familie van de man buiten Nederland woonachtig zijn. Om die reden acht de rechtbank het redelijk rekening te houden met € 250,- per maand.
Shows, going out, eating out etc.
De man heeft aan kosten voor ontspanningen € 1.000,- per maand opgevoerd. De man heeft daartoe gesteld dat partijen vaak in dure restaurants aten en dat hij thans gemiddeld vier keer per week buiten de deur gaat ontbijten en eten. Op die manier komt hij nog een beetje onder de mensen wat gezien zijn problematiek belangrijk voor hem is.
De vrouw heeft betwist dat partijen een dergelijk hoog bedrag aan kosten maakten tijdens het huwelijk. De man heeft volgens de vrouw ook niet aannemelijk gemaakt dat hij deze kosten heeft.
Tegenover de betwisting door de vrouw heeft de man niet aannemelijk gemaakt dat de gestelde kosten ook tijdens het huwelijk werden gemaakt. Een maandelijkse post van € 200,- wordt door de rechtbank redelijk geacht, zodat met dat bedrag rekening zal worden gehouden.
Books
Uit de overgelegde lijst blijkt een post boeken van € 20,- per maand. De vrouw heeft betwist dat de man € 20,- per maand aan boeken uitgeeft. Nu de man deze uitgave niet heeft aangetoond, houdt de rechtbank geen rekening met deze post.
Sports/music
De man heeft een bedrag van € 51,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft dit betwist. Nu de rechtbank het aannemelijk acht dat de man naar de sportschool gaat en het opgevoerde bedrag de rechtbank ook niet onredelijk voorkomt, houdt de rechtbank rekening met het door de man opgevoerde bedrag.
Personal trainer
Aan kosten voor een personal trainer heeft de man € 341,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft de noodzaak van deze kosten betwist en gesteld dat de man dit bedrag ook niet heeft onderbouwd. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de man onvoldoende gesteld dat deze kosten huwelijksgerelateerde kosten zijn. Evenmin heeft hij tegenover de betwisting door de vrouw onderbouwd dat het voor hem noodzakelijk is een personal trainer in te huren. Nu de rechtbank reeds rekening houdt met de kosten van het abonnementsgeld voor een sportschool en daar ook de nodige begeleiding aanwezig zal zijn, acht de rechtbank het niet redelijk daarnaast nog rekening te houden met enige kosten in verband met een personal trainer.
Schooling/study costs
De man heeft een bedrag van € 333,- per maand opgevoerd aan kosten van scholing. De vrouw heeft verweer gevoerd. Volgens de vrouw heeft het door de man overgelegde stuk betrekking op een studieaanbod en blijkt daar niet uit dat de man daadwerkelijk een studie volgt. De rechtbank overweegt als volgt. Uit het door de man overgelegde stuk kan niet worden opgemaakt dat de man deze opleiding daadwerkelijk heeft gevolgd. Bovendien geldt dat als de man deze opleiding reeds gevolgd heeft – de zogenoemde factuur is gedateerd op september 2017 – de opleiding reeds is afgerond en de man deze kosten mitsdien voor de toekomst – waarvoor de onderhoudsbijdrage wordt bepaald - niet meer heeft. De rechtbank houdt om die reden geen rekening met deze post.
Psychologist
Aan kosten voor een psycholoog voert de man € 330,- per maand op. De vrouw heeft deze kosten betwist. De rechtbank houdt geen rekening met deze last. Niet gesteld en onderbouwd is waarom de man deze kosten niet bij zijn ziektekostenverzekeraar kan declareren dan wel dat het noodzakelijk is een therapeut te bezoeken waarvan de behandelingen niet vergoed worden. De rechtbank houdt immers al rekening met een premie ziektekostenverzekering van € 165,- en het wettelijk verplicht eigen risico van € 32,-.
Replacements (furniture, appliances etc.)
De man heeft € 25,- per maand opgevoerd als vervangingskosten van meubels en apparatuur.
De vrouw heeft dit betwist, omdat dit bedrag niet onderbouwd. De rechtbank houdt rekening met het opgevoerde bedrag, nu het geen onredelijk bedrag aan vervangingskosten betreft.
(Monthly) savings
Aan sparen heeft de man een bedrag van € 100,- per maand opgevoerd. De vrouw heeft de noodzaak tot sparen betwist. Volgens de vrouw hebben partijen niet gespaard en heeft zij enkel geld opzij gezet voor toekomstige voorzienbare kosten. De rechtbank acht het redelijk met het door de man opgevoerde bedrag rekening te houden, omdat de man geld opzij zal moeten zetten voor toekomstige voorzienbare en onvoorzienbare kosten.
Gelet op bovenstaande posten stelt de rechtbank de behoefte van de man vast op € 4.007,
-netto per maand (bijlage 1).