ECLI:NL:RBAMS:2018:8674

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
6 december 2018
Publicatiedatum
6 december 2018
Zaaknummer
13/701828-18 (A) en 13/706257-18 (B) (gevoegd ter terechtzitting)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor meervoudige bedrijfsinbraken en diefstallen met valse sleutels

Op 6 december 2018 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 36-jarige man, die werd beschuldigd van 19 bedrijfsinbraken en pogingen daartoe, gepleegd tussen juli 2017 en april 2018. De rechtbank heeft de man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3,5 jaar en een schadevergoeding van ruim 2.100 euro. De zaak kwam ter terechtzitting na een onderzoek op 22 november 2018, waarbij de officier van justitie, mr. A. Kerkhoff, de bewezenverklaring van alle ten laste gelegde feiten vorderde. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan gekwalificeerde diefstallen, waarbij hij vaak met geweld de toegang tot de panden verkreeg. De rechtbank heeft de herkenningen van de verdachte door verschillende verbalisanten op basis van camerabeelden als bewijs gebruikt. De verdachte heeft geen overtuigende verklaring gegeven voor zijn aanwezigheid in de panden en zijn verweer werd door de rechtbank verworpen. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de impact op de benadeelden meegewogen in de strafmaat. De verdachte heeft in totaal 32 bedrijven benadeeld, waarbij aanzienlijke schade is veroorzaakt. De rechtbank heeft de vordering van de benadeelde partij Volanti BV tot schadevergoeding gedeeltelijk toegewezen, evenals een vordering van Storm Digital BV. De overige vorderingen van benadeelde partijen werden niet-ontvankelijk verklaard wegens onvoldoende onderbouwing.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

VERKORT VONNIS
Parketnummers 13/701828-18 (A) en 13/706257-18 (B) (gevoegd ter terechtzitting)
Datum uitspraak: 6 december 2018
Verkort vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1982
opgegeven adres adres [adres ] , [woonplaats]
thans gedetineerd in het Justitieel Complex [naam Justitieel Complex] te [plaats]

1.Onderzoek ter terechtzitting

Dit verkort vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 22 november 2018.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie,
mr. A. Kerkhoff, en van wat verdachte en zijn raadsman, mr. M. Landsman, naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

2.1.
Aan verdachte is - kort gezegd - ten laste gelegd dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan
Zaak A
gekwalificeerde bedrijfsdiefstallen op/in periode 13 juli 2017 (1/zaak A), 3 augustus 2017 (2/zaak B), 4-7 augustus 2017 (3/zaak C), 30 juli 2017 (4/zaak D), 19 augustus 2017(5/zaak E), 8-11 september 2017 (6/zaak F) , 13-16 oktober 2017 (7/zaak G), 24 oktober 2017 (8/zaak H), 28 oktober 2017 (9/zaak I, tevens ten laste gelegd als poging), 21 november 2017 (10/zaak J), 24-28 november 2017 (11/zaak A1 tevens ten laste gelegd als poging), 30 november-1 december 2017 (12/zaak B1 tevens ten laste gelegd als poging), 8-11 december 2017 (13/zaak C1), 6 januari 2018 (14/zaak D1), 12 januari 2018 (15/zaak E1 tevens tll. als poging), 22 dec. 2017-2 januari 2018 (16/zaak F1) en 22 april 2018 (17/zaak G1), waarbij geld of goederen zijn weggenomen.
Zaak B
gekwalificeerde bedrijfsdiefstallen op/in periode 26-30 april 2018 (1/zaak H1) en 2 maart 2018 (2/zaak I1), waarbij geld of goederen zijn weggenomen.
2.2.
De volledige tekst van de gewijzigde tenlastelegging is opgenomen in een bijlage die aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.

3.Voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de in zaken A en B ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Bewijs overwegingen voor de zaken A en B
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie vordert de bewezenverklaring van alle in de zaken A en B ten laste gelegde gekwalificeerde diefstallen en pogingen daartoe.
In alle zaken is voldoende wettig en overtuigend bewijs. De overtuiging volgt uit de aard van het bewijs en de modus operandi die verdachte in veel zaken telkens weer hanteert. Om de hoofdingang binnen te komen doet hij vaak of hij aan het bellen is en komt dan zonder sleutel naar binnen op het moment dat iemand naar buiten loopt. Om de verschillende bedrijven binnen te komen schuwt hij geen geweld. Hij beukt en trapt zijn weg naar binnen waardoor er veel schade is aan deuren en kasten.
Verdachte heeft daarnaast zelf geen verklaring willen afleggen die een andere conclusie zou rechtvaardigen dan dat hij degene is geweest die de inbraken heeft gepleegd en die de goederen heeft weggenomen. In bijna alle zaken zijn camerabeelden van goede kwaliteit waardoor betrouwbare herkenningen hebben plaatsgevonden. Er zijn verschillende verbalisanten die verdachte herkennen van de camerabeelden wat de betrouwbaarheid van de herkenningen versterkt. Opvallend is dat verdachte vaak goed in beeld is en dat zijn gezicht in veel gevallen te zien is. Daarnaast zijn in een aantal zaken dactyloscopische sporen of DNA sporen gevonden die wijzen op verdachte.
Standpunt verdediging
De raadsman verzoekt verdachte ten aanzien van de feiten 1, 2, 4, 13, 14 en 16 in zaak A primair vrij te spreken en subsidiair vrij te spreken van de ten laste gelegde braak/verbreking.
Voor wat betreft de feiten 3, 6 en 8 in zaak A verzoekt de raadsman om integrale vrijspraak.
De raadsman verzoekt ten aanzien van de feiten 5, 12 en 17 in zaak A en de feiten 1 en 2 in zaak B alleen om de ten laste gelegde braak/verbreking niet bewezen te verklaren.
Voor de feiten 9, 10, 11 en 15 in zaak A refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
Ten slotte verzoekt de raadsman ten aanzien van feit 7 in zaak A om vrijspraak van de bedrijfsinbraken bij Spaces en Tide Water Marine en laat hij zich niet uit over een eventuele bewezenverklaring van de bedrijfsinbraak bij Clickfox.
De raadsman stelt dat, om braak/verbreking of gebruik van valse sleutel vast te kunnen stellen, de aangifte alleen onvoldoende is. Er zal ook een proces-verbaal van de politie moeten zijn waarin schade is vastgesteld of het gebruik van de valse sleutel/toegangspas zal geregistreerd moeten zijn in het systeem van het bedrijf.
Sommige foto's zijn van onvoldoende kwaliteit om hierop een herkenning te kunnen baseren. Voor wat betreft feit 3 kan het proces-verbaal van herkenning niet voor het bewijs worden gebruikt nu de stills van de camerabeelden niet bij het proces-verbaal zijn gevoegd.
Het gebruik van schakelbewijs is in deze zaak niet mogelijk nu de modus operandi onvoldoende overeenkomsten vertoond.
Oordeel van de rechtbank
Bij de beoordeling van de vraag of de ten laste gelegde feiten bewezenverklaard kunnen worden, heeft de rechtbank de navolgende uitgangspunten in acht genomen.
Herkenningen
Het bewijs voor de betrokkenheid van verdachte bij de ten laste gelegde feiten bestaat in dit dossier voor een belangrijk deel uit de herkenningen van verdachte door verschillende verbalisanten op basis van de gemaakte camerabeelden van de bedrijfsinbraken.
Bij de beoordeling van herkenningen staat steeds voorop dat daarbij behoedzaamheid betracht dient te worden. De herkenning van een persoon op beeld kan plaatsvinden, grof gezegd, op basis van diens gezicht, kleding en accessoires en/of postuur, houding en manier van bewegen. Hiervan heeft de gezichtsherkenning onmiskenbaar de hoogste diagnostische waarde. Het gezicht is immers uit zijn aard uniek en de meeste mensen zijn uitstekend in staat gezichten te herkennen.
De rechtbank heeft als eerste beoordelingselement toegepast, of, aan de hand van het bekijken van de stills in het dossier, de beelden voldoende duidelijk en helder zijn om er een gezichtsherkenning op te kunnen baseren, of er met andere woorden voldoende gezichtskenmerken te zien zijn om een herkenning mogelijk te maken. Daarmee nauw in verband staat een tweede beoordelingselement, namelijk hoe goed de herkenner de verdachte kent. Hoe beter men de verdachte (visueel) kent, hoe minder visuele informatie nodig is voor een betrouwbare herkenning. Daarbij geldt dat de visuele kennis waardevoller is als deze is ontstaan uit ontmoetingen in levende lijve dan wanneer deze van een foto of andere beelden afkomstig is. Tevens zijn de aard, frequentie en het tijdsverloop sinds de ontmoeting(en) van belang. Een derde beoordelingselement is het aantal in aanmerking komende herkenningen, die onafhankelijk van elkaar zijn gedaan. Hoe meer dat er zijn, hoe hoger de bewijskracht.
In het geval dat er andere bewijsmiddelen dan herkenningen in het dossier aanwezig zijn die de betrokkenheid van verdachte bij het ten laste gelegde kunnen ondersteunen, zijn deze in de beoordeling betrokken.
De herkenningen hebben plaatsgevonden door de verbalisanten [naam verbalisant 1] ,
[naam verbalisant 2] , [naam verbalisant 3] , [naam verbalisant 4] , [naam verbalisant 5] , [naam verbalisant 6] , [naam verbalisant 7] ,
[naam verbalisant 8] , [naam verbalisant 9] , [naam verbalisant 10] en [naam verbalisant 11] .
De rechtbank heeft deze herkenningen aan de hierboven geformuleerde eisen getoetst.
Alle verbalisanten herkennen verdachte op de stills aan onder meer zijn gezicht, zijn gezichtsuitstraling, zijn baardgroei, haardracht en postuur. Diverse verbalisanten maken melding van de opvallende kale kruin die verdachte heeft. Zij hebben langdurig contact met verdachte gehad, hebben hem aangehouden danwel verhoord.
Naar het oordeel van de rechtbank zijn de stills van de camerabeelden van de ten laste gelegde bedrijfsinbraken van voldoende kwaliteit om herkenningen op te baseren en voldoen de herkenningen van de verbalisanten aan het hiervoor opgenomen besliskader.
Indien de stills zich niet in het dossier bevinden, zal de rechtbank de herkenning niet als bewijsmiddel gebruiken, nu in dat geval niet te controleren is of de beelden van voldoende kwaliteit zijn om herkenningen op te baseren.
Ten slotte overweegt de rechtbank dat op de stills van de feiten 1, 4, 8, 9, 10, 11, 14, 15, 16 en 17 van zaak A en feit 2 in zaak B een kenmerkende kale kruin waarneembaar is.
Gekwalificeerde diefstal
Voor een bewezenverklaring van de kwalificatie braak, verbreking, of valse sleutels kan niet worden volstaan met de enkele mededeling hiervan in de aangifte. Er zal sprake moeten zijn van ondersteunend bewijs hiervoor in de vorm van een proces-verbaal van bevindingen, een bij de aangifte gevoegde foto of ander steunbewijs.
Alternatief scenario
Verdachte heeft in een aantal gevallen verklaard dat hij wel in de gebouwen aanwezig was ten tijde van de bedrijfsinbraken, maar dat hij daar niet was om te stelen en ook niets heeft gestolen. Hij was daar dan om naar het toilet te gaan, om een broodje in de kantine te eten of om van het uitzicht te genieten.
De rechtbank gaat aan deze verklaring voorbij omdat hieraan geen geloof wordt gehecht. Daartoe is redengevend dat het hier niet publiekelijk toegankelijke (bedrijfsverzamel)gebouwen betreft, die zijn afgesloten door middel van een slot of een pasjessysteem waar je als niet-werknemer alleen op afspraak kunt binnenkomen. Veelal zijn er bij de bedrijven die in zo’n gebouw gehuisvest zijn, eveneens sloten op de deuren of moet men met een pas toegang verkrijgen tot de desbetreffende verdieping. Verdachte werkte niet bij een van de bedrijven en had ook geen afspraak met een van de werknemers van de in die gebouwen gevestigde bedrijven Verdachte heeft niet kunnen uitleggen waarom hij, als hij daadwerkelijk naar het toilet moest, iets wilde eten of van het uitzicht zou willen genieten, niet gebruik kon maken van openbaar toegankelijke voorzieningen. Ook anderszins is hij niet met een (aannemelijke) verklaring gekomen die zijn aanwezigheid verklaard. Daarbij valt op dat de tijdstippen, waar verdachte op de camerabeelden bij de verschillende bedrijven wordt herkend, in de avonduren zijn en/of in het weekend, wanneer de bedrijven over het algemeen gesloten zijn. De rechtbank gaat er daarom van uit dat er voor verdachte geen andere reden was om aanwezig te zijn in de desbetreffende gebouwen dan om geld en/of goederen (trachten) weg te nemen. In het geval op basis van het dossier kan worden vastgesteld dat verdachte ten tijde van de (poging tot) diefstal in het gebouw aanwezig is geweest, zal de rechtbank dan ook bewezen achten dat verdachte die (poging tot) diefstal heeft gepleegd.
Ten aanzien van het in zaak A onder 1 ten laste gelegde
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal met verbreking bewezen.
Aangever [naam aangever 1] verklaart namens VCKG Holding BV dat hij op 13 juli 2017 omstreeks 18:50 uur gestommel hoorde op de vierde verdieping. De volgende morgen blijkt er te zijn ingebroken. Hij bekijkt de camerabeelden en ziet dat een man op 13 juli 2017 rond 18:30 uur naar de vierde verdieping gaat, vervolgens naar de vijfde verdieping gaat, weer naar de vierde verdieping gaat waar hij een slot forceert en naar binnen gaat. Te zien is dat hij op die etage verschillende lades opentrekt en spullen wegneemt.
De verbalisant relateert in het proces-verbaal van bevindingen dat hij op de dezelfde camerabeelden ziet dat een man met vermoedelijk een soort breekijzer de toegangsdeur openbreekt.
Hoewel deze passage in dit proces-verbaal van bevindingen ook zo valt te lezen dat de verbalisant hier de toegangsdeur op de vijfde etage bedoelt, gaat de rechtbank ervan uit dat het hier de toegangsdeur van de vierde etage betreft. De verbalisant beschrijft namelijk dezelfde beelden die de aangever heeft beschreven en waarover de aangever duidelijk zegt dat het hier de vierde etage betreft. Nu het bovendien het bedrijf van aangever zelf is, waar de inbraak plaatsvond, ligt een vergissing in etage van hem niet voor de hand. De rechtbank acht verder op grond van de herkenningen door de verbalisanten [naam verbalisant 1] en [naam verbalisant 2] van verdachte van de stills van de camerabeelden alsmede op basis van de aangifte bewezen dat verdachte de op de tenlastelegging vermelde goederen heeft weggenomen.
Ten aanzien van het in zaak A onder 2 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende de diefstal bewezen en zal verdachte overeenkomstig het standpunt van de raadsman vrijspreken van het gekwalificeerde deel.
In dit dossier bevindt zich weliswaar geen proces-verbaal van herkenning van verdachte maar in het gebouw waar de diefstal heeft plaatsgevonden is even daarna een blikje sinas aangetroffen in de prullenbak van het invalidentoilet. Dit blikje is bemonsterd en na onderzoek bleek er een match te zijn met het DNA van verdachte. Aangeefster verklaart dat de toiletten even daarvoor zijn gereinigd zodat het onaannemelijk is dat iemand anders dan verdachte dat blikje daar heeft neergelegd. Aangeefster verklaart dat een geldkistje met daarin ongeveer een bedrag van € 60,- is weggenomen. De rechtbank acht bewezen dat verdachte diegene is geweest die het geldbedrag heeft weggenomen. Daar doet niet aan af dat in eerste instantie door aangeefster wordt verklaard dat geen goederen worden gemist en dat een half jaar later alsnog aangifte van diefstal van een geldbedrag van ongeveer € 60,- is gedaan.
De diefstal met braak acht de rechtbank niet bewezen nu er geen aanwijzingen aanwezig zijn dat het kistje en/of het geldbedrag door middel van braak of verbreking is gestolen.
Ten aanzien van het in zaak A onder 3 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal bewezen maar zal verdachte overeenkomstig het standpunt van de raadsman vrijspreken van het gekwalificeerde deel.
In deze zaak is aangifte gedaan van diefstal van twee MacBook's van het bedrijf Volanti BV. Vanuit twee niet afgesloten kasten zijn twee laptops gestolen en bij binnenkomst zag aangever dat de toegangsdeur van het bedrijf was geforceerd en dat meerdere plekken op de deur waren ingedrukt. In het dossier bevindt zich echter geen vaststelling van de schade aan de deur en zijn geen foto's van de schade bijgevoegd.
Op de derde verdieping van het gebouw waar Volanti is gevestigd, is een kartonnen verpakking met de tekst "Revel Water" aangetroffen. De schenktuit van deze verpakking is bemonsterd en na onderzoek bleek dat het aangetroffen DNA matcht met het DNA van verdachte. De rechtbank acht het niet aannemelijk dat de kartonnen verpakking door iemand anders dan door verdachte daar is neergelegd, nu bij het op dezelfde etage gevestigde bedrijf Eventix vergelijkbare verpakkingen met de tekst "Revel Water" in de koelkast liggen. Voorts komt verdachte niet met een aannemelijke verklaring hoe zijn DNA daar terecht is gekomen.
De rechtbank zal het proces-verbaal van herkenning niet voor het bewijs gebruiken nu de stills van de camerabeelden niet zijn bijgevoegd.
Ten aanzien van het in zaak A onder 4 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal bewezen maar zal verdachte overeenkomstig het standpunt van de raadsman vrijspreken van het gekwalificeerde deel.
De aangever van Cateringbedrijf Vermaat verklaart dat een kluis met geweld van de muur is afgetrokken en dat uit deze kluis een geldbedrag van € 450,- is weggenomen.
Voor deze schade is geen ondersteuning in het dossier aanwezig. Naast de aangifte baseert de rechtbank haar oordeel op de herkenning van verdachte van de stills van de camerabeelden opgemaakt door verbalisant [naam verbalisant 11] .
Ten aanzien van het in zaak A onder 5 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende de diefstal bewezen, maar zal verdachte overeenkomstig het standpunt van de raadsman vrijspreken van het gekwalificeerde deel.
In deze zaak is op de camerabeelden te zien dat een persoon met een andere persoon naar binnen glipt. Te zien is dat een persoon meerdere etages bezoekt en deuren opent, mogelijk met een toegangspas en te zien is dat hij een MacBook in een rugtas stopt. Voor het gebruik van een toegangspas door verdachte is geen ondersteuning in het dossier aanwezig nu hiervan geen registratie is vermeld.
De diefstal wordt bewezen verklaard op grond van de aangifte door Benaulim BV van diefstal van drie MacBook's uit de kantoorruimte van Docler Holding Amsterdam en op grond van het proces-verbaal van herkenning van verdachte van de stills van de camerabeelden, opgemaakt door verbalisant [naam verbalisant 2] .
Ten aanzien van het onder A onder 6 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal met verbreking bewezen.
Aangever, de heer [naam aangever 2] verklaart dat voor ongeveer het bedrag van € 10.000,- aan diverse foto/computer apparatuur van hem persoonlijk en van het bedrijf LindenIT BV is weggenomen. De deur van LindenIT BV stond open en het kozijn was opengetrapt. In het proces-verbaal van sporenonderzoek is gerelateerd dat meerdere verbrekingen aan de slotzijde van de toegangsdeur zichtbaar zijn.
Op een archiefkast en op de buitenzijde van de toegangsdeur is bloed aangetroffen en na onderzoek is vastgesteld dat het DNA van verdachte afkomstig is. Voor het aantreffen van zijn bloed op de kasten en de toegangsdeur heeft verdachte geen verklaring gegeven. Verbalisant [naam verbalisant 1] herkent verdachte van de stills van de camerabeelden.
Ten aanzien van het onder A onder 7 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan raadsman, de diefstal met braak bij Spaces bewezen. De diefstal met valse sleutel bij Tide Water Marine acht zij, anders dan de raadsman, ook bewezen. Ten slotte acht de rechtbank de diefstal met valse sleutel bij Clickfox bewezen.
In deze zaak wordt een handpalmafdruk op de lade van een werkplek aangetroffen. Deze blijkt na onderzoek overeen te komen met de handpalm van verdachte.
Het bedrijf Clickfox doet aangifte van diefstal van diverse kantoorartikelen en 1 sjaal. Het bedrijf Tide Water Marine doet aangifte van diefstal van een creditcard waarmee € 750,- zou zijn gepind. Bij het bedrijf Spaces is aangifte gedaan van de diefstal van 2 loper-sleutels en twee elektronische toegangstags.
De rechtbank zal de diefstallen bewezen verklaren, behalve de diefstal van het geldbedrag van € 750,- bij Tidewater Marine nu hiervoor geen onderbouwing in het dossier aanwezig is. De rechtbank baseert haar oordeel op de aangetroffen handpalmafdruk van verdachte waarvoor hij geen aannemelijke verklaring heeft gegeven en de verklaring van de aangever van gebouwbeheerder Spaces, de heer [naam aangever 3] , dat op de camerabeelden is te zien dat dezelfde persoon zichtbaar is als op de camerabeelden van feit 9, inbraak bij Spaces aan de [adres 1] .
Voor wat betreft het gekwalificeerde onderdeel van de diefstallen zal de rechtbank bij Spaces bewezen verklaren dat verdachte de goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak nu in het proces-verbaal van bevindingen sporenonderzoek wordt vastgesteld dat een kluisje met een onbekend breekvoorwerp is opengebroken.
Bij Clickfox en Tide Water Marine is door de verbalisant vastgesteld dat hoogstwaarschijnlijk door middel van een valse sleutel de toegang is verschaft. Nu verdachte even daarvoor in het kantoor van Spaces twee loper sleutels en keytags heeft gestolen gaat de rechtbank er van uit dat verdachte zich tot de kantoren van Clickfox en Tide Water Marine de toegang heeft verschaft door middel van een valse sleutel.
Ten aanzien van het in zaak A onder 8 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal met valse sleutel bewezen.
In het dossier bevindt zich een aangifte van diefstal van Dentsu Aegis Network dat twee MacBook Pro's, een iPhone, een schoudertas en een toegangspas zijn gestolen. In het systeem van het bedrijf staat geregistreerd dat een onbevoegd persoon op 24 oktober 2017 rond 20:19 uur is binnengekomen. Het badgenummer van de toegangspas komt overeen met die van een oud medewerker. Verdachte wordt herkend van de stills van de camerabeelden van dit tijdstip door verbalisant [naam verbalisant 1] .
Ten aanzien van het in zaak A onder 9 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende de diefstal met braak bij Guess en Storm Digital en de poging tot diefstal bij Shearwater Advocatuur met braak bewezen.
In het dossier bevindt zich een viertal aangiftes van diefstal.
In de aangifte van de gebouwbeheerder Spaces, locatie [adres 1] , wordt vermeld dat de dader bij een drietal bedrijven heeft ingebroken en dat vier deuren zijn geforceerd.
Aangeefster [naam aangeefster 1] verklaart in haar aangifte namens Guess dat in haar bedrijf lades waren geforceerd waarin haar laptop en iPhone lagen, dat de laptop en de iPhone weg waren en dat zij schade zag aan de deur. Bijgevoegd bij de aangifte van Guess zijn foto's van de geforceerde lades en van een geforceerde deur.
In de aangifte van Storm Digital staat vermeld dat op de gehele achtste verdieping waar Storm Digital is gevestigd deuren zijn geforceerd. In de aangifte van Shearwater Advocatuur is ook vermeld dat een deur is geforceerd en zijn foto's hiervan aan de aangifte toegevoegd.
Verbalisanten [naam verbalisant 2] en [naam verbalisant 5] herkennen verdachte van de stills van de camerabeelden. De aangever van gebouwbeheerder Spaces, de heer [naam aangever 3] , verklaart bovendien dat op de beelden dezelfde man is te zien als op de beelden van de eerdere inbraak bij Spaces, locatie [adres 2] (feit 7).
Op grond van het bovenstaande acht de rechtbank de diefstallen met braak en de poging tot diefstal met braak bewezen. Voor de braak bij het bedrijf Storm Digital is weliswaar geen ondersteuning in het dossier aanwezig in de vorm van foto's of een proces-verbaal van bevindingen. De aangifte van Spaces dat er een viertal deuren zijn geforceerd en de bijgevoegde foto's van braaksporen bij de aangiftes van Shearwater Advocatuur en Guess vormen naar het oordeel van de rechtbank in dit geval wel voldoende ondersteuning voor het feit dat ook bij Storm Digital sprake is van diefstal met braak.
Ten aanzien van het in zaak A onder 10 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende de diefstal met braak bewezen.
In de aangifte van Dutch Solar Group BV staat vermeld dat diverse goederen zijn gestolen en dat de deuren van het pand waren geforceerd waarvan één uit de sponning was gehaald.
In het proces-verbaal van bevindingen staat gerelateerd dat aan de deur en het kozijn schade waarneembaar is. Vastgesteld wordt dat het indrukspoor in het deurkozijn moet zijn gemaakt met een breekvoorwerp. Voorts heeft verbalisant [naam verbalisant 1] verdachte van de stills van de camerabeelden herkend.
Ten aanzien van het in zaak A onder 11 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende de diefstal met braak bij Local Eyes en Starbucks en de poging tot diefstal met braak bij Sudarshan, Seolab en Telefonica bewezen. De rechtbank zal verdachte vrijspreken van de diefstal met braak bij het bedrijf Regus.
Starbucks heeft bij de aangifte tot diefstal met braak een aantal foto's gevoegd waarop een zwaar beschadigde deur is te zien.
Het bedrijf Local Eyes heeft ook aangifte van diefstal gedaan waarbij wordt opgemerkt dat de dader zich met geweld de toegang tot het kantoor heeft verschaft. Voor de braak is bij het bedrijf Local Eyes geen direct steunbewijs in het dossier aanwezig maar de rechtbank gebruikt als steunbewijs dat in de aangifte van gebouwbeheerder Regus staat vermeld dat de toegangsdeur van Local Eyes is verbroken, bij welke aangifte foto's van beschadigde deuren zijn gevoegd. Dit in combinatie met de aangifte en foto's van Starbucks acht de rechtbank bewezen dat ook bij Local Eyes sprake is van diefstal met braak. Hierbij heeft de rechtbank ook betrokken de herkenning van verdachte van de stills van de camerabeelden door verbalisant [naam verbalisant 1] .
Verder zijn ten laste gelegd een viertal pogingen tot diefstal met braak. De rechtbank komt tot een partiële vrijspraak van de poging tot diefstal bij Regus nu niet uit het dossier blijkt dat Regus zelf in dat gebouw een eigen kantoor en/of eigendommen heeft. In de aangifte van Regus staat vermeld dat bij de bedrijven Sudarshan, Seolab en Telefonica de toegangsdeuren zijn verbroken met daarbij gevoegd foto's van een aantal beschadigde deuren. Kennelijk is verdachte met grof geweld te keer gegaan. Op een van de deuren staat in grote letters Telefonica vermeld. De rechtbank zal deze foto's gebruiken ter ondersteuning van alle drie de pogingen tot diefstal met braak en zal deze dan ook bewezen verklaren.
Ten aanzien van het in zaak A onder 12 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de twee diefstallen met braak bij World First en Sony Pictures bewezen. De rechtbank spreekt verdachte vrij van de poging tot diefstal met braak bij The Office Operators.
De aangevers van World First en Sony Pictures doen beiden aangifte van diefstal met braak.
Bij World First wordt gezien dat een deur met grof geweld is opengebroken. Bij Sony Pictures verklaart de aangever dat de deur is geforceerd en dat de schoonmaakster schaafsel heeft zien liggen bij de toegangsdeur.
De gebouwbeheerder The Office Operators locatie Piet Heinkade, [naam gebouwbeheerder] , heeft aangifte gedaan van vernieling van vijf deurposten, waarschijnlijk begaan met een breekvoorwerp en verklaart dat sprake is van dezelfde dader als bij feit 15, The Office Operators locatie Nieuwezijds Voorburgwal. Voorts heeft de verbalisant [naam verbalisant 1] verdachte herkend op de stills van de camerabeelden.
De rechtbank acht op grond van het voorgaande de diefstallen bewezen en zal ook de braak bewezen verklaren. De aangifte van The Office Operators, waarin staat vermeld dat de deuren zijn geforceerd, wordt ter ondersteuning gebruikt voor de aangiftes van diefstal met braak van Sony Pictures en World First.
De rechtbank zal verdachte vrijspreken van de poging tot diefstal met braak bij de The Office Operators nu in het dossier geen aanwijzingen zijn dat dit bedrijf zelf in dat gebouw een eigen kantoor en/of eigendommen heeft.
Ten aanzien van het in zaak A onder 13 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal bij Dolby International bewezen, maar zal verdachte overeenkomstig het standpunt van de raadsman vrijspreken van het gekwalificeerde onderdeel.
De rechtbank acht op grond van de aangifte en de herkenning van verdachte van de stills van de camerabeelden door de verbalisant [naam verbalisant 5] bewezen dat verdachte laptops en rugtassen bij Dolby International heeft gestolen. Er zijn geen aanwijzingen in het dossier dat de diefstal met braak heeft plaatsgevonden.
Ten aanzien van het in zaak A onder 14 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal bij Markit Group Limited bewezen maar zal verdachte overeenkomstig het standpunt van de raadsman vrijspreken van het gekwalificeerde onderdeel.
In de aangifte van Markit Group Limited staat vermeld dat goederen zijn gestolen en dat verdachte via de nooduitgang naar binnen is gekomen kennelijk door middel van braak.
Voorts wordt verdachte herkend van de stills van de camerabeelden door de verbalisanten [naam verbalisant 6] , [naam verbalisant 7] en [naam verbalisant 8] . In het dossier is geen ondersteuning aanwezig dat de diefstal met braak heeft plaatsgevonden.
Ten aanzien van het in zaak A onder 15 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende de diefstal met braak bij Context Logix en IP2 bewezen. Ook acht zij de poging tot diefstal met braak bij Wish bewezen, alsmede de poging tot diefstal bij Adyen. Zij zal verdachte vrijspreken van de poging diefstal met braak bij The Office Operators.
In het dossier bevinden zich aangiftes van diefstal van goederen van Context Logix BV en IP2. Bij de aangifte van Context Logix BV staat vermeld dat de deur die toegang geeft tot de bedrijfsruimte was ingetrapt en dat vijf ladenblokken waren opengebroken. De gestolen notebook zat in één van die laden. Ter ondersteuning zijn zowel van de ingetrapte deur als van de opengebroken ladenblokken foto's bij de aangifte gevoegd.
In de aangifte van IP2 wordt melding gemaakt van een inbraak. In de aangifte van de gebouwbeheerder The Office Operators wordt verklaard dat de toegangsdeur van IP2 is opengebroken.
Als bijlage zijn foto's toegevoegd van beschadigde deuren. Voorts verklaart aangeefster
[naam gebouwbeheerder] namens The Office Operators locate Nieuwezijds Voorburgwal dat op de camerabeelden dezelfde dader is te zien als de eerdere inbraak in het gebouw van The Office Operators, locatie [adres 3] , bij feit 12.
Tevens herkennen de verbalisanten [naam verbalisant 9] en [naam verbalisant 3] verdachte op de stills van de camerabeelden.
Op grond van al het bovenstaande in onderlinge samenhang beschouwd, acht de rechtbank bewezen dat verdachte twee diefstallen met braak heeft gepleegd bij Context Logix BV en IP2
In de aangifte van The Office Operator staat dat bij Wish een deur is opengebroken en dat bij Adyen geen schade is vastgesteld en dat waarschijnlijk een van de medewerkers van Wish is vergeten de deur van het kantoor af te sluiten. Bij de aangifte van The Office Operators zijn foto's van beschadigde deuren gevoegd. Op grond hiervan zal de rechtbank de poging tot diefstal met braak bij Wish en bij Adyen de poging tot diefstal bewezen verklaren.
De rechtbank zal verdachte vrijspreken van de poging tot diefstal met braak bij The Office Operators nu niet uit het dossier blijkt dat dit bedrijf een eigen kantoor of eigendommen in het gebouw heeft.
Ten aanzien van het in zaak A onder 16 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende de diefstal bewezen en zal verdachte vrijspreken van het gekwalificeerde onderdeel.
In het dossier bevinden zich twee aangiftes van diefstal met braak van de bedrijven Lioc Patents en Dejavu Events. De verbalisanten [naam verbalisant 2] , [naam verbalisant 6] en [naam verbalisant 7] herkennen verdachte van de stills van de camerabeelden. In de aangiftes wordt weliswaar melding gemaakt van braakschade maar hiervoor is geen ondersteuning aanwezig in het dossier.
Ten aanzien van het in zaak A onder 17 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal met valse sleutel bewezen.
In het dossier bevinden zich twee aangiftes van diefstal van het bedrijf Monsanto Operations waarbij ook melding wordt gemaakt van braakschade. Voor de braak is geen ondersteuning aanwezig in het dossier. Wel wordt in het proces-verbaal beschreven wat op de camerabeelden is te zien, namelijk dat verdachte met een pasje in zijn hand een deur openmaakt.
Voorts herkent verbalisant [naam verbalisant 1] verdachte van de stills van de camerabeelden.
Ten aanzien van het in zaak B onder 1 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende, anders dan de raadsman, de diefstal met valse sleutel bewezen.
Uit de verklaring aangeefster [naam aangeefster 2] namens Hasbro Nederland BV blijkt dat 10 laptops zijn gestolen. Op dezelfde dag is ook een pas van een medewerker gestolen waarmee toegang kan worden verschaft tot de achtste etage. Uit het systeem blijkt dat om 21:15 uur en om 21:17 uur toegang met deze pas is gezocht tot respectievelijk de brandweerlift en de entreedeur van de parkeergarage. Voor de diefstal gebruikt de rechtbank, naast de aangifte, als bewijsmiddel de herkenning van verdachte op de stills van de camerabeelden door verbalisant [naam verbalisant 10] .
In de aangifte is tevens vermeld dat 6 tot 8 bureauladen zijn geforceerd, alsmede enkele archiefkasten. Voor deze braak is echter geen ondersteuning in het dossier aanwezig.
Ten aanzien van het in zaak B onder 2 ten laste gelegde feit.
De rechtbank acht op grond van het navolgende de diefstal bewezen maar zal verdachte overeenkomstig het standpunt van de raadsman vrijspreken van het gekwalificeerde deel.
In het dossier bevinden zich twee aangiftes waaruit blijkt dat 2 laptops zijn gestolen die elk toebehoren aan de bedrijven ArboNed BV en Fontem Ventures. Hierbij is melding gemaakt van braak op kluisjes en het gebruik van valse sleutels om kluisjes te openen. Uit het dossier valt niet op te maken dat de laptops uit de kluisjes zijn gestolen.
Voor het bewijs van de diefstal van de 2 laptops zal de rechtbank naast de aangiftes de herkenning door verbalisant [naam verbalisant 1] van verdachte op de stills van de camerabeelden gebruiken.
4.2.
De rechtbank acht bewezen dat verdachte
Zaak A
ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde
op 13 juli 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 4] , geldbedragen, toebehorende aan VCKG Holding BV, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van verbreking;
ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde
op of omstreeks 3 augustus 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adre 5] , een geldbedrag van ongeveer 60 EUR toebehorende aan een ander dan aan hem, verdachte;
ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde
in de periode van 4 augustus tot en met 7 augustus 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 6] , laptops, merk Apple, toebehorende aan Volanti BV;
ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde
op 30 juli 2017 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 7] , ongeveer EUR 450,00, toebehorende aan Vermaat BV;
ten aanzien van het onder 5 ten laste gelegde
op 19 augustus 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 8] laptops, merk Apple, toebehorende aan Docler Holding Amsterdam;
ten aanzien van het onder 6 ten laste gelegde
op 9 september 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 9] , laptops, merk Apple en opladers toebehorende aan LindenIT en microfoons en cameratoebehoren toebehorende aan een ander dan aan hem, verdachte , ,
waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van verbreking;
ten aanzien van het onder 7 ten laste gelegde
op 15 oktober 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 2] :
- sleutels en tags, toebehorende aan Spaces, waarbij hij, verdachte, die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en
- een telefoon toebehorende aan Tide Water Marine en een pinpas toebehorende aan een ander dan aan hem, verdachte, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van een valse sleutel en
- goederen (pennen en post-its en koffiecups en een sjaal), toebehorende aan Clickfox, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van een valse sleutel;
ten aanzien van het onder 8 ten laste gelegde
op 24 oktober 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 10] , een schoudertas, laptops, merk Apple, en een mobiele telefoon, merk iPhone, toebehorende aan Dentsu Aegis Network Nederland, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van een valse sleutel, te weten een toegangspas/key-card;
ten aanzien van het onder 9 ten laste gelegde
op 28 oktober 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 1] :
- een mobiele telefoon (iPhone), toebehorende aan Guess, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, en
- laptops en een tas en een geldbedrag, toebehorende aan Storm Digital, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
en
op 28 oktober 2017 te Amsterdam, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 1] weg te nemen goederen en/of geld, toebehorende aan Shearwaters Advocatuur, waarbij hij, verdachte zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen door middel van braak, de toegangsdeur heeft geforceerd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
ten aanzien van het onder 10 ten laste gelegde
op 21 november 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 11] , laptops
merk Apple en een paspoort en USB-sticks, toebehorende aan Dutch Solar Group, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
ten aanzien van het onder 11 ten laste gelegde
op 25 november 2017 te Amsterdam met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 12] :
- laptops, toebehorende aan Local Eyes,
- een laptop, toebehorende aan Starbucks,
waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
en
op 25 november 2017 te Amsterdam, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 12] , weg te nemen goederen en geld, geheel of ten dele toebehorende aan Sudarshan en Seolab en Telefonica, en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen door middel van braak, de toegangsdeur heeft geforceerd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
ten aanzien van het onder 12 ten laste gelegde
hij op 30 november 2017 te Amsterdammet het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 3] :
- een laptop, toebehorende aan World First,
- laptops, toebehorende aan Sony,
waarbij hij, verdachte, zich telkens de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
ten aanzien van het onder 13 ten laste gelegde
hij op 8 december 2017 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de
[adres 13] , laptops, merk Apple en rugtassen, toebehorende aan Dolby International, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte;
ten aanzien van het onder 14 ten laste gelegde
op 6 januari 2018 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 14] , laptops, toebehorende aan Markit Group Limited;
ten aanzien van het onder 15 ten laste gelegde
op 12 januari 2018 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 15] :
- laptops, toebehorende aan Context Logix BV waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en
- een laptop, toebehorende aan IP2, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en
en
op 12 januari 2018 te Amsterdam, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 15] , weg te nemen goederen en/of geld toebehorende aan Wish daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen door middel van braak, deurposten heeft geforceerd
en
goederen en/of geld weg te nemen, toebehorend aan Adyen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
ten aanzien van het onder 16 ten laste gelegde
op 22 december 2017 te Eindhoven, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 16] :
- een computer en een geldbedrag van ongeveer EUR 100,00, toebehorende aan Lioc Patents,
en
- een mobiele telefoon merk iPhone, en een pinpas, en een geldbedrag van EUR 980,00, toebehorende aan Dejavu Events;
ten aanzien van het onder 17 ten laste gelegde
op 22 april 2018 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan de [adres 17] , laptops
en een mobiele telefoon, iPhone, toebehorende aan Monsanto Operations , waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van een valse sleutel;
Zaak B
ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde
op 26 april 2018 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, gelegen aan [adres 18] , tien laptops, merk Dell, toebehorende aan Hasbro Nederland BV, waarbij hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van een valse sleutel, te weten een toegangspas/key-card;
ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde
op 2 maart 2018 te Amsterdam, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen uit een bedrijfspand, kantorencomplex Motion Building, gelegen aan de [adres 19] :
- een laptop, toebehorende aan ArboNed BV en
- een laptop, toebehorende aan Fontem Ventures BV.

5.Bewijs

De rechtbank grondt haar beslissing dat verdachte het bewezen geachte heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Indien tegen dit verkort vonnis hoger beroep wordt ingesteld, worden de door de rechtbank gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring opgenomen in een aanvulling op het verkort vonnis. Deze aanvulling wordt dan aan het verkort vonnis gehecht.

6.Strafbaarheid van de feiten

De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

7.Strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.Motivering van de straffen en maatregelen

De officier van justitie heeft bij requisitoir gevorderd dat verdachte ter zake de door bewezen geachte feiten in de zaken A en B zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar, met aftrek van voorarrest.
De raadsman heeft verzocht om een groot deels voorwaardelijke straf op te leggen gecombineerd met bijzondere voorwaarden, waaronder elektronisch toezicht, zoals in het reclasseringsrapport van 1 oktober 2018 is geadviseerd.
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals van een en ander ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft in een periode van ongeveer 10 maanden een groot aantal bedrijfsinbraken gepleegd waarbij sprake is van in totaal 32 benadeelden. Verdachte is hierbij in een aantal gevallen niet zachtzinnig te werk gegaan. Hij heeft onder meer deuren uit hun sponning getrapt, kluizen opengebroken en (laden)kasten vernield. De kantoren waren in enkele gevallen volledig overhoop gehaald en de opgelopen schade liep soms tot in de duizenden euro's. Verdachte heeft tientallen laptops gestolen waarbij in veel gevallen vertrouwelijke informatie op straat is komen te liggen en de inventarisatie van de schade tijd en geld kost. Verdachte heeft geen enkel respect voor het eigendom van anderen getoond en heeft alleen uit winstbejag gehandeld. Uit de reeks van bedrijfsinbraken in de opeenvolgende maanden valt op te maken dat verdachte deze inbraken pleegde om in zijn levensonderhoud te voorzien. Verdachte heeft hiervan kennelijk een luxe levensstijl aan kunnen houden, waarbij de rechtbank zich baseert op het feit dat verdachte geen betaalde baan heeft maar op het moment dat hij werd aangehouden in de Bijenkorf, wel daar voor een bedrag van € 700,- een jas en schoenen kocht en nog eens een geldbedrag van bijna € 1.000,- op zak had. Aan de reeks van inbraken is een einde gekomen doordat verdachte is aangehouden
Uit het strafblad van 30 oktober 2018 van verdachte blijkt dat hij zich vanaf ongeveer het jaar 2000 veelvuldig schuldig heeft gemaakt aan gekwalificeerde diefstallen.
De rechtbank heeft kennis genomen van het over verdachte door Inforsa opgemaakte reclasseringsrapport van 1 oktober 2018 waarin wordt vastgesteld dat hij in het verleden heeft laten zien dat hij weinig gemotiveerd is voor gedragsverandering en hulpverlening doordat hij zich niet aan gemaakte afspraken hield. Verdachte geeft nu wel bij de reclassering aan dat hij open staat voor begeleiding vanuit de reclassering en de hulpverlening.
Verdachte heeft echter ter zitting verklaard niks te zien in begeleiding door de reclassering. De rechtbank ziet de mededeling van verdachte in het gesprek met de reclassering, dat hij nu wel bereid is mee te werken, veeleer als ingegeven door zijn wens om eerder vrij te komen, dan dat hij daadwerkelijk gemotiveerd is om aan gedragsverandering te werken.
Gelet hierop zal de rechtbank het advies van de reclassering niet overnemen. Daarbij weegt mee dat de ernst en vooral ook de omvang van de bewezenverklaarde feiten een langdurige gevangenisstraf rechtvaardigt, reden waarom een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden evenmin passend wordt geacht.
Bij de bepaling van de strafmaat gaat de rechtbank per feit uit van de LOVS-oriëntatiepunten waarbij 10 weken gevangenisstraf voor een bedrijfsinbraak met recidive als uitgangspunt wordt genomen. De rechtbank zal in de gevallen waarin het tot insluiping beperkt is gebleven (en braak/verbreking of valse sleutels dus niet is bewezen) ook uitgaan van deze 10 weken. Daarbij heeft de rechtbank meegewogen dat de impact dat een onbekend iemand in het bedrijf rondloopt en spullen steelt in dergelijke gevallen vergelijkbaar is met de situatie waarin wel sprake is van braak/verbreking of het gebruik maken van een valse sleutel.
Ook is het in dergelijke gevallen voorstelbaar dat eigenaren van het bedrijf schade lijden doordat zij zich genoodzaakt zien nieuwe en/of verscherpte beveiliging aan te brengen. Daarnaast geldt dat bij een aantal bewezen verklaarde feiten sprake is van meerdere bedrijven die slachtoffer zijn geworden van inbraak of een poging daartoe en is bij enkele bedrijven zeer veel schade toegebracht. In totaal zijn 32 benadeelden getroffen door het handelen van verdachte.
Verdachte heeft ter zitting geen openheid van zaken willen geven, heeft geen enkel inzicht getoond in het kwalijke van zijn handelen en geen berouw getoond.
De rechtbank is van oordeel dat gelet op alle hiervoor genoemde omstandigheden aanleiding bestaat om bij de straftoemeting ten nadele van verdachte af te wijken van hetgeen door de officier van justitie is gevorderd.
Op basis van het voorgaande ziet de rechtbank aanleiding om 10 weken gevangenisstraf per bewezenverklaard feit op te leggen. De rechtbank acht 19 feiten bewezen, hetgeen (ten voordele van verdachte afgerond) neerkomt op een gevangenisstraf van 3 jaar en 6 maanden. De rechtbank acht deze gevangenisstraf passend en geboden.
Ten aanzien van de benadeelde partij Volanti BV
De benadeelde partij vordert ten aanzien van het in zaak A onder 3 bewezen verklaarde feit een bedrag van € 3.195,82,- aan materiële schadevergoeding, ten aanzien van de schadeposten
twee MacBook Air'sen
deurpost en kozijnenen een bedrag van € 5.000,- aan immateriële schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente.
Voor wat betreft de gevorderde materiële schade overweegt de rechtbank als volgt.
De twee gestolen laptops MacBook Air zijn op 29 november 2015 gekocht voor een bedrag van € 2.389,52, zoals vermeld op de bij de aangifte gevoegde factuur. De laptops zijn gestolen tussen 4 augustus en 7 augustus 2017 en waren op het moment van de diefstal ruim anderhalf jaar oud. Gelet hierop schat de rechtbank de waardevermindering op 20% en neemt dit percentage in aftrek op het hiervoor genoemde aankoopbedrag. De rechtbank begroot deze schadepost op het bedrag van
€ 1.911,62.
Daarnaast zal de rechtbank de andere niet nader onderbouwde schadepost
deurpost en kozijnenniet ontvankelijk verklaren aangezien de rechtbank verdachte heeft vrijgesproken voor de diefstal
met braakzodat het rechtstreeks verband tussen het bewezenverklaarde feit en de geleden schade niet aanwezig is.
De gevorderde vergoeding van immateriële schade voor het bedrag van € 5.000,- acht de rechtbank onvoldoende onderbouwd, nu onvoldoende is gesteld dat sprake was van het oogmerk deze schade toe te brengen dan wel dat sprake is van lichamelijk letsel, aanranding eer of goede naam of het op andere wijze aangetast zijn in de persoon, een en ander zoals bedoeld in artikel 6:106 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek. Hoezeer ook onder meer op basis van de ter zitting gegeven toelichting van de benadeelde voorstelbaar is dat de diefstal een enorme impact heeft gehad op de benadeelde, is de huidige onderbouwing onvoldoende voor het oordeel dat voldaan is aan de wettelijke vereisten voor vergoeding van immateriële schade. Omdat een verder onderzoek naar de vraag of de schade direct verband houdt met het bewezenverklaarde feit een onevenredige belasting van het rechtsgeding zou betekenen, zal de vordering op dit punt niet ontvankelijk worden verklaard.
Voor vergoeding in aanmerking komt in totaal het bedrag van
€ 1.911,62.
Voor het niet toegewezen deel kan de benadeelde partij zijn vordering desgewenst bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
In het belang van de benadeelde partij wordt, als extra waarborg voor betaling aan laatstgenoemde, de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht aan verdachte opgelegd.
Verder dient de verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken.
Ten aanzien van de benadeelde partij LindenIT BV
De benadeelde partij zal niet-ontvankelijk worden verklaard in zijn vordering. De behandeling van de vordering levert een onevenredige belasting van het strafgeding op omdat de vordering onvoldoende is onderbouwd en het toelaten van nadere bewijslevering zou betekenen dat de behandeling van de strafzaak moet worden aangehouden. De benadeelde partij kan de vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Ten aanzien van de benadeelde partij Storm Digital BV
De benadeelde partij vordert ten aanzien van het in zaak A onder 9 bewezen verklaarde feit een bedrag van € 320,- aan materiële schadevergoeding.
De gestolen laptops MacBook Air en een gestolen rugzak van een werknemer zijn door de verzekeraar voor het bedrag van € 2.45030 vergoed. In totaal is het bedrag van € 320,- niet vergoed door de verzekeraar. De schadepost van de gestolen rugzak ter waarde van € 100,- komt niet voor vergoeding in aanmerking aangezien deze niet aan de benadeelde partij toebehoort, maar aan de werknemer van de benadeelde partij.
Gelet op het voorgaande komt een bedrag van
€ 220,-voor vergoeding in aanmerking.
Voor het niet toegewezen deel van de vordering wordt de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard. Hij kan dat deel van zijn vordering desgewenst bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
In het belang van de benadeelde partij wordt, als extra waarborg voor betaling aan laatstgenoemde, de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht aan verdachte opgelegd.
Verder dient de verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken.
Ten aanzien van de benadeelde partij Starbucks Manufacturing EMEA BV
De benadeelde partij zal niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering. De behandeling van de vordering levert een onevenredige belasting van het strafgeding op omdat de vordering onvoldoende is onderbouwd en het toelaten van nadere bewijslevering zou betekenen dat de behandeling van de strafzaak moet worden aangehouden. De benadeelde partij kan de vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Ten aanzien van de benadeelde partij Dolby International AB
De benadeelde partij zal niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering. De behandeling van de vordering levert een onevenredige belasting van het strafgeding op omdat de schadeposten niet met facturen zijn onderbouwd en het toelaten van nadere bewijslevering zou betekenen dat de behandeling van de strafzaak moet worden aangehouden. Bovendien is de schadepost
iPhone Apple 8niet op de tenlastelegging onder feit 13 vermeld zodat het rechtstreeks verband tussen het bewezenverklaarde feit en de geleden schade niet aanwezig is.
De benadeelde partij kan de vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Ten aanzien van de benadeelde partij ArboNed B.V.
De benadeelde partij zal niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering. De behandeling van de vordering levert een onevenredige belasting van het strafgeding op omdat de schadepost
Ontvreemde laptop Dell latitude E5470niet met een factuur is onderbouwd en het toelaten van nadere bewijslevering zou betekenen dat de behandeling van de strafzaak moet worden aangehouden. Daarnaast zal de rechtbank de andere schadepost
schade lockerkastenniet ontvankelijk verklaren aangezien de rechtbank verdachte heeft vrijgesproken voor de diefstal met braak zodat het rechtstreeks verband tussen het bewezenverklaarde feit en de geleden schade niet aanwezig is.
De benadeelde partij kan de vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.

9.Beslag

Het beslag (artikel 94 Sv) dat is gelegd op het geldbedrag dat aan verdachte toebehoort zal worden opgeheven en het geldbedrag aan verdachte worden geretourneerd, nu het beslag niet langer een strafvorderlijk doel dient. Dit betekent evenwel niet dat verdachte dit bedrag weer tot zijn beschikking krijgt. Er rust immers ook conservatoir beslag (artikel 94a Sv) op dit geldbedrag zodat, zoals de officier van justitie ter zitting heeft verwoord, dit bedrag ten behoeve van de benadeelde partijen kan worden aangewend.

10.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 36f, 45, 57, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht.

11.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart de in zaak A onder 12 cumulatief/alternatief ten laste gelegde poging tot diefstal met braak niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte de in zaak A onder 1 t/m 11, 12 eerste onderdeel en
13 t/m 17 ten laste gelegde feiten en de in zaak B onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4 is vermeld.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
ten aanzien van de in zaak A onder 1 en 6, ten laste gelegde feiten
diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van verbreking, meermalen gepleegd;
ten aanzien van de in zaak A onder 10 en 12 ten laste gelegde feiten
diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd;
ten aanzien van de in zaak A onder 2, 3, 4, 5, 13, 14 en 16 en in zaak B onder 2 ten laste gelegde feiten
diefstal, meermalen gepleegd;
ten aanzien van de in zaak A onder 7 ten laste gelegde feit
diefstal waarbij de schuldige die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak
en
diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van valse sleutels, meermalen gepleegd
ten aanzien van de in zaak A onder 8 en 17 ten laste gelegde feiten en in zaak B onder 1 ten laste gelegde feit
diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van valse sleutels, meermalen gepleegd;
ten aanzien van de in zaak A onder 9 ten laste gelegde feit
diefstal waarbij de schuldige die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak
en/of
diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd
en
poging tot diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van valse sleutels;
ten aanzien van de in zaak A onder 11 ten laste gelegde feit
diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd
en
poging tot diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd;
ten aanzien van de in zaak A onder 15 ten laste gelegde feit
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak
en
diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd
en
poging tot diefstal waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak
en
poging tot diefstal;
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
3 jaar en 6 maanden.
Beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Vordering benadeelde partij Volanti B.V.
Wijst de vordering van de benadeelde partij, gevestigd te Amsterdam toe tot een bedrag van
€ 1.911,62 (negentienhonderd en elf euro en tweeënzestig cent)te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade, te weten vanaf
7 augustus 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij het toegewezen bedrag te betalen.
Veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in haar vordering is.
Legt aan verdachte de verplichting op, aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, te betalen de som van
€ 1.911,62 (negentienhonderd en elf euro en tweeënzestig cent),
te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade, te weten vanaf 7 augustus 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van
29 (negenentwintig) dagenmet dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte heeft voldaan aan één van voornoemde betalingsverplichtingen, daarmee de andere is vervallen.
Vordering benadeelde partij LindenIT BV
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering.
Vordering benadeelde partij Storm Digital B.V.
Wijst de vordering van de benadeelde partij, gevestigd te Amsterdam toe tot een bedrag van
€ 220,- (tweehonderd en twintig euro),te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade te weten vanaf 28 oktober 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte aan de benadeelde partij het toegewezen bedrag te betalen.
Veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in haar vordering is.
Legt aan verdachte de verplichting op, aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, te betalen de som van
€ 220,- (tweehonderd en twintig euro),te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade, te weten vanaf
28 oktober 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van
4 (vier) dagen, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte heeft voldaan aan één van voornoemde betalingsverplichtingen, daarmee de andere is vervallen.
Vordering benadeelde partij Starbucks Manufacturing EMEA BV
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering.
Vordering benadeelde partij Dolby International AB
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering.
Vordering benadeelde partij ArboNed BV
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering.
Inbeslaggenomen goederen
Gelast de teruggave aan verdachte van:
1 Geld Euro
- (5514807)
euro 993,35(19x50;1x20;1x10;13,35)
Dit vonnis is gewezen door
mr. V.V. Essenburg, voorzitter,
mrs. A.R.P.J. Davids en N. Saanen, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. H.L. van Loon, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 6 december 2018.