Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
et al.,
1.De procedure
- de rolbeslissing van 26 september 2018, waarbij de zaak naar de parkeerrol van 3 april 2019 is verwezen,
- het B2 formulier van 7 maart 2019, waarbij de advocaat van [gedaagde] heeft meegedeeld dat zij zich als advocaat onttrekt, waarna zich voor [gedaagde] geen nieuwe advocaat heeft gesteld,
- de akte uitlating tevens akte overlegging producties van [eiseres] q.q.
2.De verdere beoordeling
Motion to vacate final default judgment against defendant [gedaagde]) heeft ingediend bij de
United States Bankruptcy Court Southern District of Florida West Palm Beach Division(hierna: de Amerikaanse rechtbank). Vervolgens heeft deze rechtbank de zaak naar de parkeerrol verwezen en partijen opgedragen om, zodra de Amerikaanse rechtbank in eerste aanleg een eindbeslissing over het rechtsmiddel van [gedaagde] heeft genomen, de rechtbank bij akte daarover te informeren, daarbij een afschrift van de eindbeslissing (en eventuele tussenbeslissingen) van de Amerikaanse rechtbank te voegen en toe te lichten wat de beslissing volgens hen betekent voor deze procedure.
Order Denying Motion to Vacate Final Default Judgment) heeft de Amerikaanse rechtbank, voor zover van belang, het volgende overwogen:
effective remedykunnen leiden. In dit geval moet worden geoordeeld dat [gedaagde] nadat hij op 10 maart 2017 met het Amerikaanse verstekvonnis bekend was, een rechtsmiddel op grond van
Rule 60(b)(4)(6)van de
Federal Rule of Bankruptcy Procedure 9024had kunnen aanwenden dat had kunnen leiden tot heroverweging van het Amerikaanse verstekvonnis. De Amerikaanse rechtbank heeft echter geoordeeld dat [gedaagde] het rechtsmiddel niet tijdig heeft ingesteld en dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar is.
for which let execution immediately issue” en volgens het recht van de Amerikaanse staat Florida uitvoerbaar is.
federal statutory rate) vanaf 21 augustus 2014 tot de dag van volledige betaling, ongegrond moet worden verklaard. Het verstekvonnis zal daarom worden bekrachtigd.
3.De beslissing
17-324, voor zover daarin de vordering van [eiseres] q.q. jegens [gedaagde] is toegewezen en [gedaagde] met [naam] en QI hoofdelijk in de proceskosten is veroordeeld,