4.3Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt voor een aantal bedragen en goederen tot een veroordeling voor witwassen. Hierna wordt uitgelegd hoe de rechtbank tot dit oordeel is gekomen.
Juridisch kader witwassen geld/goederen uit onbekend misdrijf
Uit vaste rechtspraak van de Hoge Raad (zie bijvoorbeeld het arrest van 18 december 2018, ECLI:NL:HR: 2018:2352) volgt dat als niet duidelijk is uit welk specifiek misdrijf het geld of de goederen waar de witwasverdenking op zien afkomstig zijn, witwassen bewezen kan worden als het, op grond van de feiten en omstandigheden, niet anders kan dan dat het geld of de goederen van misdrijf afkomstig zijn.
Als de feiten en omstandigheden in het dossier zodanig zijn dat zonder meer sprake is van een vermoeden van witwassen mag van verdachte worden verlangd dat zij een verklaring geeft voor de herkomst van het geld en de goederen. Zo’n verklaring moet concreet zijn, min of meer verifieerbaar en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijk. Vervolgens ligt het op de weg van het Openbaar Ministerie om nader onderzoek te doen naar de uit de verklaringen van de verdachte blijkende alternatieve herkomst van het geld en de goederen. Uit dit onderzoek zal voor een bewezenverklaring moeten blijken dat met voldoende mate van zekerheid kan worden uitgesloten dat de geldbedragen waarop de verdenking betrekking heeft een legale herkomst hebben en dat dus een criminele herkomst de enige aanvaardbare verklaring is.
Vermoeden van witwassen
In 2014 had verdachte een totaal netto inkomen van € 8.755,-. In 2015 bedroeg dit inkomen
€ 5.203,-.Volgens haar eigen verklaring betaalde zij alles voor zichzelf en [naam medeverdachte] in de tijd dat zij een relatie hadden omdat hij geen inkomsten had.Zij moesten dus samen van haar inkomsten leven. Daar staat tegenover dat er in de tenlastegelegde periode aanzienlijke geldbedragen op haar rekening zijn gestort. Bovendien hebben zij grote geldbedragen uitgegeven en zijn er waardevolle goederen aangetroffen. Deze feiten en omstandigheden, in onderling verband en samenhang bezien, rechtvaardigen zonder meer het vermoeden van een criminele herkomst van geldbedragen en goederen die verdachte voorhanden had. Gelet hierop mag van verdachte worden verlangd dat zij een concrete, min of meer verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft voor de herkomst hiervan. Verdachte heeft over een aantal posten verklaard.
De rechtbank zal hierna de posten op de dagvaarding afzonderlijk bespreken.
-
Rolex horloge (ter waarde van ongeveer € 5.909,09, serienummer H18X6551)
Dit horloge is in de woning aan de Zocherstraat in Rotterdam aangetroffen, waar [naam medeverdachte] verbleef. In een ander onderzoek, 26Arseen, is bij een doorzoeking van de woning van [naam 2] , een vriendin van verdachte en [naam medeverdachte] , het garantiecertificaat van deze Rolex gevonden. Daarop staat als koper: “dhr. [naam medeverdachte] ”. Ook is bij [naam 2] het aankoopbewijs van dit horloge gevonden, waaruit blijkt dat het op 28 november 2014 bij Schaap en Citroen is gekocht voor € 5.909,09.
Verdachte heeft verklaard dat zij het horloge in november 2014 heeft gekocht met geld dat zij had gekregen van haar toenmalige vriend [naam 1] . Deze verklaring is niet volstrekt onaannemelijk. Het Openbaar Ministerie heeft naar deze verklaring nader onderzoek gedaan door [naam 1] hierover te horen. [naam 1] heeft verklaard dat hij verdachte geen geld heeft gegeven voor de aankoop van een Rolex horloge, maar dat het mogelijk is dat zij geld heeft overgehouden van het geld dat hij iedere maand naar haar bankrekening overmaakte. Het Openbaar Ministerie heeft geen nader onderzoek gedaan naar de bankafschriften van de rekening waarover [naam 1] spreekt. Naar het oordeel van de rechtbank kan niet worden uitgesloten dat de Rolex een legale herkomst heeft. Verdachte zal daarom van het eerste gedachtestreepje worden vrijgesproken.
-
Een geldbedrag van € 13.580,-, zijnde constante bankstortingen
Van 1 oktober 2015 tot en met 31 maart 2016 is in totaal een bedrag van € 13.580,- op de privérekening van verdachte gestort.Verdachte heeft hierover geen verklaring afgelegd. Vaststaat dat verdachte dit geldbedrag voorhanden heeft gehad. Omdat verdachte geen aannemelijke verklaring heeft gegeven voor de herkomst van het geld, is de rechtbank van oordeel dat er geen andere conclusie mogelijk is dan dat het geldbedrag onmiddellijk of middellijk uit enig misdrijf afkomstig is.
-
Vliegtickets Amsterdam – Ghana
Verdachte heeft bij Cheaptickets.nl twee tickets geboekt en betaald voor een totaalbedrag van € 1.369,88.Dit geldbedrag heeft zij daarmee voorhanden gehad en gebruikt. Omdat verdachte geen aannemelijke verklaring heeft gegeven voor de herkomst van dit geldbedrag, kan het naar het oordeel van de rechtbank niet anders zijn dan dat dit onmiddellijk of middellijk uit enig misdrijf afkomstig is.
Van de overige geldbedragen ten behoeve van de aanschaf van vliegtickets kan niet worden vastgesteld dat verdachte ze voorhanden heeft gehad en heeft gebruikt. Zij zal daarvan worden vrijgesproken.
-
Tas merk Chanel
Verdachte heeft op 16 oktober 2015 een foto op Facebook geplaatst waarop een Chanel-tas te zien is. Hierbij stond de tekst: “Super verast door mijn liefde Love you [initialen] ” Omdat dit de initialen van [naam medeverdachte] stelt de rechtbank vast dat [naam medeverdachte] deze tas aan verdachte heeft gegeven.Vastgesteld kan worden dat verdachte de Chanel-tas voorhanden heeft gehad. Zij heeft geen aannemelijke verklaring gegeven voor de herkomst van deze tas en daarom kan het niet anders zijn dan dat deze tas onmiddellijk of middellijk uit misdrijf afkomstig is.
-
Schoenen merk Chanel en schoenen merk Louboutin
Bij verdachte zijn Chanel-schoenen in beslag genomen. Zij heeft verklaard dat zij deze schoenen van een vriendin, [naam 3] (hierna: [naam 3] ), heeft gekregen. [naam 3] heeft dit bevestigd. Volgens de officier van justitie is deze verklaring onaannemelijk. De officier heeft verwezen naar een tapgesprek tussen verdachte en een onbekend gebleven vrouw, waarin verdachte spreekt over “witwasgympen” en “het omruilen van Chanel-schoenen”. De rechtbank is het niet met de officier van justitie eens. De mogelijkheid dat verdachte de Chanel-schoenen van [naam 3] heeft gekregen is door het tapgesprek niet uitgesloten. De rechtbank zal verdachte daarom vrijspreken van dit onderdeel. De rechtbank vindt op basis van het tapgesprek van
5 mei 2016 wel bewezen dat verdachte de Louboutin-gympen voorhanden heeft gehad. Verdachte zegt in het tapgesprek dat ze de schoenen van ‘ [naam medeverdachte] ’ terug moest brengen naar ‘lubertain’ voor duizend euro.
-
Telefoons (Apple iPhone 6S)
Verdachte had bij haar aanhouding een telefoon bij zich ter waarde van ongeveer € 859,-.,Zij heeft geen verklaring gegeven waar en hoe zij deze telefoon heeft verkregen. Er is dan ook geen andere conclusie mogelijk dan dat de telefoon middellijk of onmiddellijk van misdrijf afkomstig is. Dat verdachte ook de telefoon van [naam medeverdachte] voorhanden heeft gehad kan niet worden bewezen. Zij zal daarvan worden vrijgesproken.
-
Geldbedragen van in totaal € 1.000,- (besteed aan merkkleding)
In de woning waar verdachte verbleef werden een bruine muts (merk Dsquared) en een zwarte blouse (merk Balenciaga) aangetroffen. Het dossier biedt onvoldoende aanknopingspunten om vast te kunnen stellen dat verdachte ze heeft witgewassen. Zij zal daarom van dit onderdeel worden vrijgesproken.
-
Geldbedragen van in totaal € 7.500,- (besteed aan uitgaan en/of restaurant-/cafébezoek)
De rechtbank zal verdachte ook van dit onderdeel vrijspreken, omdat uit het dossier niet blijkt wie welke bedragen heeft uitgegeven.
-
Geldbedragen van in totaal € 7.327,- (besteed aan levensonderhoud)
Verdachte heeft in de periode van oktober 2015 tot en met maart 2016 (6 maanden) een bedrag van in totaal € 7.327,- betaald via pinautomaten.Volgens verdachte heeft zij op deze manier haar boodschappen betaald.Deze uitgaven kunnen niet volledig, maar wel deels, worden verklaard uit de legale inkomsten van verdachte. Naar rato van haar inkomen over 2015 is naar schatting € 2.601,50 van dit bedrag verklaarbaar door de inkomsten die verdachte heeft gehad. (2015 = 12 maanden = € 5203,-. Daarvan de helft = 6 maanden = € 2.601,50). Voor het resterende bedrag van (€ 7.327 - € 2.601,50 =) € 4.725,50 vindt de rechtbank, bij gebrek aan een aannemelijke verklaring, dat geen andere conclusie mogelijk is dan dat dit geld onmiddellijk of middellijk uit enig misdrijf afkomstig is.
Verdachte heeft de hierboven bewezenverklaarde gedragingen gedurende een langere periode herhaald. Het op deze structurele wijze witwassen van geldbedragen levert naar het oordeel van de rechtbank gewoontewitwassen op.