11. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] stelt zich op het standpunt dat de eindafrekening van de stookkosten over de periode 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 (veel) te hoog is. Hij voert aan – kort gezegd – dat zijn (individuele) warmtemeter zijn warmteverbruik niet op dezelfde wijze heeft geregistreerd als de andere warmtemeters in het complex waarvan het gehuurde onderdeel uitmaakt.
11. Bij de comparitie is aan de orde geweest of, en zo ja op welke wijze het functioneren van de individuele warmtemeter van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] waarmee het warmteverbruik over de periode 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 is geregistreerd, voorwerp van onderzoek kan zijn. Een dergelijk onderzoek blijkt door de volgende omstandigheden onmogelijk te zijn geworden. Voordat Ymere een eindafrekening van de stookkosten over de periode 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft doen toekomen, heeft zij de individuele warmtemeter van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] begin 2016 vervangen door een andere meter omdat zij per 2016 voor de warmtemeting niet langer gebruik bleef maken van de diensten van VWV, maar van de diensten van Techem. Ymere heeft de individuele warmtemeter niet meer beschikbaar voor onderzoek. Niet duidelijk is of die meter bewaard is gebleven bij Techem en daar teruggevonden zou kunnen worden.
11. Niet alleen heeft Ymere nog voordat zij een eindafrekening van de stookkosten over de periode 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] presenteerde de betreffende warmtemeter vervangen en niet beschikbaar gehouden, zij heeft die eindafrekening vervolgens ook niet vóór uiterlijk 30 juni 2016 aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] verstrekt, hoewel zij daartoe op grond van artikel 7:259 lid 2 BW wel verplicht was. Ymere heeft die afrekening pas een jaar later aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] verstrekt, namelijk op 30 mei 2017.
11. Op overschrijding van de termijn als bedoeld in artikel 7:259 lid 2 BW is op zichzelf geen sanctie gesteld. Het feit dat de individuele warmtemeter na het stookseizoen 2014/2015 is vervangen, nog voordat de eindafrekening aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] was gepresenteerd en de eindafrekening een jaar langer op zich heeft laten wachten dan wettelijk is voorgeschreven terwijl de vervangen warmtemeter in de tussentijd ook niet beschikbaar is gebleven, heeft benadeling van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] tot gevolg. De hiervoor genoemde omstandigheden, die allen in de invloedssfeer van Ymere lagen, hebben er immers toe geleid dat hoewel [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de juistheid van de afrekening betwist, geen deugdelijk onderzoek meer is te verrichten naar het functioneren van de warmtemeter en naar de juistheid van de stellingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] .
11. Dat dient, mede in het licht van hetgeen [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft aangevoerd ter adstructie van zijn stelling dat de warmtemeter niet juist heeft gefunctioneerd, er toe te leiden dat de eindafrekening over de periode 1 juli 2014 tot 1 juli 2015 wordt vastgesteld op het bedrag dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] over die periode aan voorschotten heeft betaald: € 1.080,--. Zijn daarop gerichte vordering in conventie is in zoverre toewijsbaar. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zal dus niet gevolgd worden in zijn standpunt dat de eindafrekening op hetzelfde bedrag moet worden vastgesteld als van zijn buurvrouw. Daar bestaat onvoldoende aanknopingspunt voor. De vordering van Ymere in reconventie is dus niet toewijsbaar.
11. Uit hetgeen [eiser in conventie, verweerder in reconventie] naar voren heeft gebracht, kan niet volgen dat met vaststelling van de eindafrekening overeenkomstig de door hem betaalde maandelijkse voorschotten de maximumtarieven van de Warmtewet worden overschreden. Het beroep op de Warmtewet kan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] dan ook niet baten.
11. Ymere wordt als de in het ongelijk gestelde partij met de proceskosten in conventie en reconventie belast. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] procedeert met een toevoeging. De explootkosten blijven daarom buiten de hierna te melden kostenveroordeling. De proceskosten van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in reconventie worden begroot op nihil.