Op 1 augustus 2019 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak tussen een horecabedrijf dat shisha's exploiteert en de burgemeester van Amsterdam. De zaak betreft een verzoek om een voorlopige voorziening tegen een besluit van de burgemeester, waarbij het horecabedrijf werd gelast om per direct het gebruik van shisha's te staken en de bijbehorende apparatuur te verwijderen. Dit besluit volgde op de constatering van te hoge koolmonoxidewaarden in het horecabedrijf, die op 14 juni 2019 door een milieu-inspecteur waren gemeten. De gemeten waarden overschreden de maximaal toegestane grenswaarde van 25 ppm ruimschoots, wat een acuut gevaar voor de gezondheid van bezoekers en personeel met zich meebracht.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de burgemeester terecht had gehandeld door handhavend op te treden, gezien de eerdere waarschuwingen en de ernst van de overtreding. De verzoeker betwistte de gemeten waarden niet, maar stelde dat het horecabedrijf voldeed aan de technische vereisten voor een shisha lounge. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat deze argumenten de overtreding niet konden rechtvaardigen. De voorzieningenrechter wees het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat het bezwaar van de verzoeker geen redelijke kans van slagen had. De uitspraak benadrukt het belang van handhaving in het kader van de volksgezondheid en de verantwoordelijkheid van ondernemers om te voldoen aan de geldende regelgeving.