ECLI:NL:RBAMS:2019:7615
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- L.Z. Achouak el Idrissi
- A. Teggelaar
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift tegen besluit gemeente Amsterdam over registratie in Basisregistratie personen
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 8 oktober 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, woonachtig in Amsterdam, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de gemeente, dat op 4 juni 2018 was genomen, waarin zij werd geregistreerd als vertrokken uit de gemeente en een boete kreeg opgelegd. Eiseres stelde dat het bezwaar te laat was ingediend, maar de rechtbank oordeelde dat de gemeente het besluit op de juiste wijze had bekendgemaakt door het te verzenden naar het laatst bekende adres van eiseres, aangezien zij geen ander adres had opgegeven.
De rechtbank benadrukte dat het de verantwoordelijkheid van de burger is om ervoor te zorgen dat er een correct postadres bij de gemeente bekend is. Eiseres had haar adres niet doorgegeven, wat leidde tot de conclusie dat de gemeente het bezwaar terecht niet inhoudelijk had behandeld. De bezwaarperiode liep van 5 juni tot en met 16 juli 2018, maar het bezwaarschrift van eiseres werd pas op 14 november 2018 ontvangen, buiten deze termijn. De rechtbank vond geen bijzondere redenen om het te laat indienen van het bezwaarschrift niet aan eiseres tegen te werpen.
Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep ongegrond en zag zij geen aanleiding om de gemeente te verplichten het griffierecht te vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.