In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 16 april 2020 een vonnis gewezen in een civiele procedure tussen Tele2 Nederland B.V. (eisende partij) en een gedaagde partij die niet is verschenen. De procedure betreft een geschil over de nakoming van verplichtingen uit een overeenkomst die op afstand is gesloten. De eisende partij heeft de gedaagde partij opgeroepen om te reageren op een eerder ingediend informatieformulier, maar de gedaagde partij heeft hierop niet gereageerd.
De kantonrechter heeft ambtshalve getoetst of de eisende partij heeft voldaan aan de informatieverplichtingen zoals vastgelegd in artikel 6:230m en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek. De rechter concludeert dat de eisende partij niet volledig aan deze verplichtingen heeft voldaan, wat leidt tot een gedeeltelijke afwijzing van de vordering. De kantonrechter wijst 25% van de resterende hoofdsom af als een doeltreffende en evenredige sanctie, en kent een bedrag van € 43,62 toe.
Daarnaast heeft de kantonrechter vastgesteld dat de overeenkomst die op 16 mei 2017 is gesloten in een verkoopruimte is tot stand gekomen, waardoor de precontractuele informatieverplichtingen niet van toepassing zijn. Voor de overeenkomst die op 15 december 2017 online is gesloten, heeft de eisende partij echter niet voldoende informatie verstrekt aan de gedaagde partij, wat leidt tot een toewijzing van € 741,40 aan hoofdsom. De kantonrechter heeft ook de buitengerechtelijke kosten en proceskosten toegewezen, en de gedaagde partij is veroordeeld tot betaling van deze bedragen, inclusief wettelijke rente vanaf de datum van de dagvaarding.
Het vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en de kantonrechter heeft de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad verklaard, terwijl het meer of anders gevorderde is afgewezen.