In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 16 april 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen ANWB B.V. (eisende partij) en een gedaagde partij die niet is verschenen. De vordering betreft een onbetaald gelaten factuur van € 100,00 voor een lidmaatschap van Wegenwacht Nederland Standaard, afgesloten voor de periode van 1 januari 2019 tot en met 31 december 2019. De eisende partij stelt dat de overeenkomst online is gesloten, maar heeft niet duidelijk gemaakt wanneer dit precies is gebeurd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de overeenkomst na 13 juni 2014 tot stand is gekomen, wat betekent dat de eisende partij verplicht was om de consument voorafgaand aan de overeenkomst op duidelijke wijze te informeren over de relevante informatie zoals bedoeld in artikel 6:230m BW.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de eisende partij niet volledig heeft voldaan aan de informatieverplichtingen, met name met betrekking tot het recht op ontbinding. De informatie die verstrekt is, voldeed niet aan de eisen van duidelijkheid en begrijpelijkheid. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de vordering niet zonder meer kon worden toegewezen, omdat dit een verkeerd signaal zou geven aan handelaren die wel aan hun verplichtingen voldoen. De kantonrechter heeft echter ook overwogen dat een volledige afwijzing van de vordering niet evenredig zou zijn. Daarom heeft de kantonrechter besloten om de hoofdsom gedeeltelijk toe te wijzen, waarbij 50% van de hoofdsom is toegewezen, wat resulteert in een toewijzing van € 50,00 aan de eisende partij.
Daarnaast zijn er buitengerechtelijke kosten en proceskosten toegewezen aan de eisende partij, en is de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van deze kosten. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.