Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure in zaak 19-330
2.De procedure in zaak 19-599
3.De procedure in zaak 19-414
4.De beoordeling
in zaak 19-330
voor een beoordeling van de ingestelde vorderingen op individueel niveau nodig[is]
dat voor elk van de lastgevers feiten worden gesteld over wat er in hun individuele geval precies aan de hand is geweest”. Dit staat er echter niet aan in de weg dat Swapschade B.V. dit in de onderhavige zaak alsnog doet. Het staat een partij in beginsel immers vrij om in een lopende procedure (ook in hoger beroep) zijn koers te wijzigen en nieuwe stellingen te betrekken. Dit recht kan echter door de eisen van een goede procesorde worden begrensd. In dit geval bestaat evenwel geen aanleiding dit recht met het oog daarop te begrenzen. Hierbij wordt in aanmerking genomen dat het hier om reeds ingenomen stellingen gaat die van een (nadere, feitelijke) onderbouwing worden voorzien in een stand van de procedure, waarin dat nog goed mogelijk is. Er heeft immers nog geen comparitie of re- en dupliek plaatsgevonden. Er bestaat in dit geval dan ook geen aanleiding om Swapschade B.V. het recht om reeds ingenomen stellingen nader met feiten en omstandigheden te onderbouwen, te ontzeggen.
5.De beslissing
ABN AMRO BANK N.V.met zaak- en rolnummer C/13/663780 / HA ZA 19-330;
ABN AMRO BANK N.V.met zaak- en rolnummer C/13/678644/ HA ZA 20-99;
ABN AMRO BANK N.V.met zaak- en rolnummer C/13/678645 / HA ZA 20-100;
ABN AMRO BANK N.V.met zaak- en rolnummer C/13/667392 / HA ZA 19-599;
ABN AMRO BANK N.V.met zaak- en rolnummer C/13/678646 / HA ZA 20-101;
ABN AMRO BANK N.V.met zaak- en rolnummer C/13/678647/ HA ZA 20-102;