Uitspraak
TUL)
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage Ien geldt als hier ingevoegd.
3.Waardering van het bewijs
[slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] op 25 maart 2020 heeft gepleegd. Het volgende is hiervoor van belang.
25 maart 2020 in het gedeelte van de garage waar ook de voertuigen stonden waar een ruitje van is ingetikt, de bevinding dat niemand anders bij de voertuigen is geweest en de omstandigheid dat het inslaan van autoruiten een werkwijze is van verdachte bij eerdere autodiefstallen. De rechtbank vindt deze omstandigheden onvoldoende om tot een bewezenverklaring te komen.
15:11 uur de garage heeft verlaten. Het is niet duidelijk of de politie ook de beelden van de rest van de dag heeft bekeken. De rechtbank vindt de manier waarop in de voertuigen is ingebroken, door het inslaan van een ruit, onvoldoende onderscheidend om deze inbraken aan verdachte toe te rekenen. Dit is immers een veel voorkomende methode om in te breken in voertuigen.
4.Bewezenverklaring
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straffen en maatregelen
3 maanden (105 dagen) in voorlopige hechtenis gezeten. De rechtbank vindt een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden te kort in vergelijking tot straffen die in vergelijkbare zaken worden opgelegd. Daarbij is het zeer omvangrijke strafblad van verdachte van belang, de omstandigheid dat hij nog in een proeftijd loopt en zijn proceshouding in deze zaak. Verdachte ontkent elke betrokkenheid bij de feiten, terwijl hij duidelijk in beeld is gebracht door de camera’s en getuige. Dit, in combinatie met de lopende proeftijd, maakt voor de rechtbank duidelijk dat verdachte geen verantwoordelijkheid neemt voor zijn daden en dat baart de rechtbank zorgen. Het is van groot belang dat de achterliggende problematiek van zijn strafbaar handelen, te weten zijn verslaving, wordt aangepakt. De rechtbank zal daarom aan het lopende toezicht de voorwaarde van ambulante behandeling met mogelijkheid tot kortdurende klinische opname toevoegen aan de bijzondere voorwaarden. Dat komt hierna bij de beoordeling van de vordering tenuitvoerlegging aan bod.
8.De vordering van de benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregel
9.Tenuitvoerlegging voorwaardelijke veroordeling
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
5 maanden.
[slachtoffer 1] toetot een bedrag van
€ 250,- (tweehonderdvijftig euro)aan vergoeding van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (16 april 2020) tot aan de dag van de algehele voldoening.
niet-ontvankelijkin zijn vordering.
vordering tot tenuitvoerleggingin de zaak met parketnummer 13/701681-17
af.
wijzigtde bijzondere voorwaarden in de zaak met parketnummer 13/701681-17, zodat die op dit moment als volgt luiden:
17 augustus 2017 ondersteund worden door middel van GPS;