ECLI:NL:RBAMS:2020:433

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 januari 2020
Publicatiedatum
27 januari 2020
Zaaknummer
678319 FA RK 20/89
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling in het kader van de Wet zorg en dwang

Op 15 januari 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven inzake de machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling van een cliënt, geboren in 1939, die verblijft in een zorginstelling te Amsterdam. Deze beschikking is naar aanleiding van een verzoek van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) en is gebaseerd op artikel 37 van de Wet zorg en dwang (Wzd). De burgemeester van Amsterdam had op 10 januari 2020 een last tot inbewaringstelling afgegeven, waarna de rechtbank de zaak op 15 januari 2020 heeft behandeld.

Tijdens de zitting heeft de betrokkene, bijgestaan door zijn raadsman, zijn verzet tegen de voortzetting van de inbewaringstelling geuit. De raadsman heeft aangegeven dat de betrokkene zich niet op zijn plek voelt in de huidige accommodatie en heeft de hoop uitgesproken dat hij naar een geschiktere plek kan worden overgeplaatst. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstige materiële schade, als gevolg van de psychogeriatrische aandoening van de cliënt.

De rechtbank oordeelt dat de voortzetting van de inbewaringstelling noodzakelijk is om het ernstig nadeel te voorkomen. De machtiging is verleend voor de duur van zes weken, tot en met 27 februari 2020. De beschikking is openbaar uitgesproken op 15 januari 2020, en tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht Team Familie & Jeugd
zaaknummer / rekestnummer: C/13/678319/ FA RK 20/89
Machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling
Beschikking van 15 januari 2020naar aanleiding van het door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) ingediende verzoek tot het verlenen van een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling als bedoeld in artikel 37 van de Wet zorg en dwang (Wzd), ten aanzien van:
[betrokkene]
geboren op [geboortedatum] 1939,
verblijvende te Amsterdam, Amsta, locatie De Raak,
hierna te noemen: cliënt,
advocaat: mr. P. Veenhoven.

1.Procesverloop

Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 13 januari 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de beschikking van de burgemeester d.d. 10 januari 2020,
- de medische verklaring d.d. 9 januari 2020,
- het verzoek van het CIZ d.d. 13 januari 2020.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 15 januari 2020 te Amsta, locatie De Raak, Dr. H. Colijnstraat 431 te Amsterdam .
Ter zitting waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene,
- huisarts in opleiding, dhr. P. Timmermans,
- specialist ouderengeneeskunde, dhr. J. Wagenaar,
- de partner van betrokkene.

2.Beoordeling

Op 10 januari 2020 heeft de burgemeester van de gemeente Amsterdam ten behoeve van de cliënt een last tot inbewaringstelling afgegeven.
Betrokkene heeft ter zitting meegedeeld dat alles wat gezegd wordt door de artsen gelogen is, en dat zij er een ziekte van maken.
De raadsman heeft zich ter zitting meegedeeld dat betrokkene in de huidige accommodatie absoluut niet op zijn plek zit. Hij spreekt de hoop uit de betrokkene binnenkort naar een plek overgeplaatst wordt waar hij zich meer thuis voelt. Vervolgens heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel waardoor een rechterlijke machtiging niet kan worden afgewacht. Het ernstig vermoeden bestaat dat het gedrag van de cliënt als gevolg van (een combinatie van) zijn psychogeriatrische aandoening een daarmee gepaard gaande psychische stoornis dit ernstig nadeel veroorzaakt .
Het onmiddellijk dreigend ernstig nadeel is gelegen in levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel, ernstige materiële schade, acute maatschappelijke teloorgang en de algemene veiligheid van personen en goederen.
Om het onmiddellijk dreigend ernstig nadeel te voorkomen dan wel af te wenden is
voortzetting van de inbewaringstelling noodzakelijk. Dit middel is ook geschikt om het ernstig nadeel te voorkomen dan wel af te wenden en er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
Betrokkene verzet zich tegen de voortzetting van het verblijf in de accommodatie. Dit blijkt uit dat betrokkene geen ziektebesef heeft en gaat dwalen. Uit het telefoongesprek van 13 januari 2020 met de zorgverlener werkzaam bij Amsta is gebleken dat betrokkene zich verzet tegen de opname. Hij rommelt aan de deuren en wil ’s nachts de directeur van de zorginstelling spreken.
Hetgeen door betrokkene als verweer is aangevoerd doet aan het voorgaande niet af.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat is voldaan aan de criteria voor een voortzetting van de inbewaringstelling. De machtiging zal worden verleend voor de duur van zes (6) weken, en geldt aldus tot en met 27 februari 2020.

3.Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling ten aanzien van
[betrokkene] ,geboren op [geboortedatum] 1939.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 27 februari 2020.
Deze beschikking is gegeven op 15 januari 2020 door mr. L. van der Heijden, bijgestaan door M.E. Langewisch als griffier en in het openbaar uitgesproken op 15 januari 2020
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open
.