Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
nietvan
homogeneaard; het ene monster kan wel asbest bevatten en het andere niet, terwijl beide monsters wel dezelfde origine hebben en op exact dezelfde wijze zijn onderzocht; dit verschil heeft een mineralogische en geologische achtergrond. (…) Het is daarom geen logische redenering of gerechtvaardigd argument om te stellen dat HEMA’s laboratoria X, Y en Z geen asbest in de onderhavige producten van HEMA hebben aangetroffen en
dusandersluidende bevindingen terzake van andere monsters noodzakelijk en aantoonbaar onjuist moeten zijn.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Of een voorgenomen uitzending als onrechtmatig kwalificeert hangt af van de uitkomst van een afweging van alle terzake dienende omstandigheden van het geval, waarbij aan de zijde van AvroTros meewegen het door artikel 10 EVRM beschermde recht op vrijheid van meningsuiting, het daaronder begrepen recht op journalistieke vrijheid en het daarmee samenhangende belang van AvroTros om zich kritisch en waarschuwend te kunnen uitlaten over misstanden die de samenleving raken. Aan de zijde van Hema moeten in de afweging worden betrokken haar door artikel 8 EVRM beschermd recht op eerbieding van de persoonlijke levenssfeer, dat het recht op bescherming van goede naam en reputatie omvat, en het daarmee verband houdende belang dat zij door de uitzending niet wordt blootgesteld aan lichtvaardige verdachtmakingen.
samplesgeen asbestvezels zijn aangetroffen.
public watchdogmoet kunnen vervullen. De vorderingen zullen dan ook worden afgewezen.