Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechterkort geding
[gedaagde] , wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
gemachtigde: mr. M. Kartal.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak vorderde Stichting Stadgenoot de ontruiming van een huurwoning in Amsterdam, die werd gehuurd door [naam 1], die onder curatele staat van zijn vader, [gedaagde]. De vordering volgde op een politie-inval in de woning op 2 maart 2020, waarbij verdachte personen en drugs werden aangetroffen. De curator, [gedaagde], werd benoemd vanwege de psychische problemen van [naam 1] en had de verantwoordelijkheid over zijn welzijn. Stadgenoot stelde dat de woning in gebruik was gegeven aan derden, wat in strijd was met de huurovereenkomst. De curator betwistte dit en voerde aan dat [naam 1] uit goedgelovigheid een persoon met kwade intenties had toegelaten.
De kantonrechter oordeelde dat de curator verantwoordelijk was voor de tekortkomingen in de huurovereenkomst, en dat de omstandigheden een ontruiming rechtvaardigden. De rechter wees de primaire vordering tot ontruiming toe, maar bepaalde dat Stadgenoot pas gebruik mocht maken van de ontruimingstitel nadat aan [naam 1] een vervangende woning binnen een begeleid wonen traject was aangeboden. De boete die Stadgenoot had gevorderd werd afgewezen, omdat deze niet aan [naam 1] kon worden toegerekend. De proceskosten werden gecompenseerd, en de ontruiming werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.