Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
Beide partijen hebben producties en een pleitnota in het geding gebracht.
Bij de mondelinge behandeling waren aanwezig:
[naam informant] van de Nederlandse Vereniging van Trustkantoren was als belangstellende aanwezig en is als informant gehoord.
Na verder debat is vonnis bepaald op 1 december 2020.
2.De feiten
dat hier voor de bank inherent hogere operationele, juridische en reputationele risico’s aan verbonden zijn dan aan bancaire dienstverlening aan bedrijven uit andere sectoren.”
De relatie met CIS wordt, aldus de brief, op grond van artikel 7.3 van de Voorwaarden Zakelijke Rekening en op grond van artikel 35 van de Algemene Bankvoorwaarden per 1 juni 2020 beëindigd.
3.Het geschil
I.
primairING op straffe van dwangsommen te gebieden de dienstverlening aan CIS onder dezelfde voorwaarden als golden tot 1 oktober 2020 voor onbepaalde tijd voort te zetten;
II.
subsidiairING op straffe van dwangsommen te gebieden de dienstverlening aan CIS onder dezelfde voorwaarden als golden tot 1 oktober 2020 voort te zetten totdat CIS een nieuwe bankrekening heeft geopend bij een respectabele bank in de SEPA-zone;
III.
meer subsidiairING op straffe van dwangsommen te gebieden de dienstverlening aan CIS onder dezelfde voorwaarden als golden tot 1 oktober 2020 tot 1 oktober 2022 voort te zetten;
IV. met veroordeling van ING in de kosten van dit geding en in de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
customer due diligenceonderzoeken onderworpen dan thans gewenst. Om tot opzegging van de bankrelatie te mogen overgaan, is niet vereist dat zich bij CIS daadwerkelijke onregelmatigheden hebben voorgedaan. De risico’s die ING loopt, staan bovendien in geen enkele verhouding tot de tarieven die zij ontvangt voor het aanhouden van een betaalrekening.
4.De beoordeling
onder dezelfde voorwaarden als tot 1 oktober 2020” omdat dit een redelijke wijziging van de algemene voorwaarden onmogelijk zou maken. ING kan niet worden verplicht de algemene voorwaarden te “bevriezen”, te meer nu zij op grond van de algemene voorwaarden gerechtigd is die voorwaarden eenzijdig te wijzigen.
4.16. Nu ING heeft toegezegd dat zij vrijwillig aan een veroordeling zal voldoen en er geen reden is om deze toezegging in twijfel te trekken, is het opleggen van dwangsommen niet nodig.
980,00