ECLI:NL:RBAMS:2020:7199

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
8 december 2020
Publicatiedatum
9 maart 2021
Zaaknummer
8229286 CV EXPL 19-26124 EV
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vergoeding van schade en kosten bij renovatie door Woningstichting Eigen Haard

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam is behandeld, hebben eisers, vertegenwoordigd door mr. R. Zwiers, een vordering ingesteld tegen Woningstichting Eigen Haard, vertegenwoordigd door mr. D.M. Koning. De zaak betreft een geschil over schadevergoeding en verhuis- en inrichtingskosten in verband met renovatiewerkzaamheden. Op 7 juli 2020 is er een tussenvonnis gewezen waarin de kantonrechter heeft bepaald dat de vordering tot vergoeding van verhuis- en inrichtingskosten werd afgewezen. De eisers hebben vervolgens een akte ingediend waarin zij de kosten van kunstgras, plinten, jaloezieën en een rolluik hebben opgevoerd, met een totaalbedrag van € 4.015,50. Woningstichting Eigen Haard heeft in een nadere akte aangegeven zich in dit bedrag te kunnen vinden.

De kantonrechter heeft in zijn eindvonnis van 8 december 2020 geoordeeld dat Woningstichting Eigen Haard inderdaad € 4.015,50 aan eisers moet betalen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 10 december 2019. De rechter heeft bepaald dat beide partijen hun eigen kosten dragen, aangezien zij op onderdelen in het ongelijk zijn gesteld. Daarnaast zijn er kosten voor de gemachtigde van eisers toegewezen, die op € 60,00 zijn begroot, met een mogelijke verhoging afhankelijk van de betalingstermijn. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de veroordelingen onmiddellijk kunnen worden uitgevoerd, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.

Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en markeert een belangrijke uitspraak in het civiele recht met betrekking tot schadevergoeding en de verantwoordelijkheden van woningcorporaties bij renovaties.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 8229286 CV EXPL 19-26124
vonnis van: 8 december 2020
fno.: 34906

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

1. [eiser 1]

2. [eiser 2]

beiden wonende te [woonplaats]
eisers
nader te noemen (in enkelvoud) : [eisers]
gemachtigde: mr. R. Zwiers
t e g e n

Woningstichting Eigen Haard

gevestigd te Amsterdam
gedaagde
nader te noemen: EH
gemachtigde: mr. D.M. Koning
Woningstichting Eigen Haard
gevestigd te Amsterdam
gedaagde
nader te noemen: EH
gemachtigde: mr. D.M. Koning

VERDER VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Op 7 juli 2020 is een tussenvonnis gewezen. Ter uitvoering van dat tussenvonnis hebben beide partijen een akte genomen.
Vervolgens is een datum voor vonnis bepaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Beoordeling

Naar aanleiding van het tussenvonnis van 7 juli 2020 heeft [eisers] zich uitgelaten over de hoogte van de kosten van het kunstgras, de plinten, de jaloezieën en het rolluik. Hij komt, alles opgeteld, tot een bedrag van € 4.015,50. EH heeft bij nadere akte aangevoerd zich in dit bedrag te kunnen vinden. De kantonrechter zal daarom bepalen dat EH een bedrag van € 4.015,50 bij wijze van vergoeding van schade aan [eisers] dient te voldoen. De wettelijke rente zal vanaf de dag van dagvaarding, te weten 10 december 2019, worden toegewezen.
Ten aanzien van het eerste geschilpunt, vergoeding van verhuis- en inrichtingskosten is bij voormeld tussenvonnis al bepaald dat dit deel van de vordering voor afwijzing in aanmerking komt.
Nu beide partijen op onderdelen in het ongelijk zijn gesteld zal worden bepaald dat beide partijen de eigen kosten dienen te dragen.

BESLISSING

De kantonrechter:
veroordeelt Woningstichting Eigen Haard tot betaling aan [eisers] van een bedrag € 4.015,50 aan hoofdsom, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 december 2019 tot aan de voldoening;
wijst af hetgeen [eiser 2] meer of anders heeft gevorderd;
bepaalt dat ieder van partijen de eigen kosten draagt;
veroordeelt Woningstichting Eigen Haard in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 60,00 aan salaris gemachtigde, te verhogen met een bedrag van € 68,00 en de explootkosten van betekening van het vonnis, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw, onder de voorwaarde dat Woningstichting Eigen Haard niet binnen veertien dagen na aanschrijving volledig aan dit vonnis heeft voldaan en betekening van het vonnis pas na veertien dagen na aanschrijving heeft plaatsgevonden;
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
Dit vonnis is gewezen door mr. E.J. van der Molen, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 8 december 2020 in tegenwoordigheid van de griffier.