ECLI:NL:RBAMS:2020:7531

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
14 oktober 2020
Publicatiedatum
14 oktober 2021
Zaaknummer
690714 / 20-6345
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlening van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 14 oktober 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven waarin een zorgmachtiging voor de duur van zes maanden is verleend aan een betrokkene, geboren in 1997 en gedetineerd in een detentieplaats. De officier van justitie had op 29 september 2020 een verzoek ingediend voor deze zorgmachtiging, waarbij verschillende bijlagen waren gevoegd, waaronder een medische verklaring en een zorgplan. De mondelinge behandeling vond plaats op 30 september 2020, waarbij de betrokkene, zijn raadsman mr. S. Rozemeijer, en de officier van justitie mr. W.J. de Graaf aanwezig waren.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, specifiek schizofrenie, wat leidt tot ernstig nadeel voor zowel de betrokkene als de omgeving. De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De rechtbank heeft de verzoeken van de officier van justitie om verschillende vormen van zorg toe te staan, zoals het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid, toegewezen, met uitzondering van het toedienen van vocht en voeding, omdat niet is gebleken dat de betrokkene zich hiertegen verzet.

De rechtbank concludeert dat de zorgmachtiging voldoet aan de criteria van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en dat de verschillende vormen van zorg voor de gestelde termijnen kunnen worden toegepast. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en moet binnen twee weken na de dagtekening worden uitgevoerd. Tegen deze beschikking staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad, in te stellen door een advocaat binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling publiekrecht, team Strafrecht
Locatie: Amsterdam
Zorgmachtiging (artikel 2.3, eerste lid, Wet forensische zorg (Wfz) jo. art. 6:5, aanhef en onderdeel a, Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz))
Rekestnummer: 690714 / 20-6345
Beschikking van de rechtbank op het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 Wvggz, ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren te [geboorteplaats] ( [geboorteland] ) op [geboortedag] 1997,
inschrijvingsadres in de Basisregistratie Personen: [adres] ,
gedetineerd in [detentieplaats] ,
bijgestaan door zijn raadsman mr. S. Rozemeijer, advocaat te Velserbroek,
hierna te noemen: betrokkene.

1.Procesverloop

1.1.
De officier van justitie heeft verzocht een zorgmachtiging ten behoeve van betrokkene te verlenen. Dit verzoekschrift is op 29 september 2020 bij de rechtbank binnengekomen. Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring van 25 september 2020;
  • het zorgplan van 23 september 2020 inclusief de bijlagen;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur van 28 september 2020;
  • de politiegegevens en de strafvorderlijke en justitiële gegevens van betrokkene die relevant kunnen zijn voor de beoordeling van het ernstig nadeel.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 30 september 2020 in het gebouw van de rechtbank Amsterdam.
1.3.
Ter zitting waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
  • betrokkene;
  • de raadsman van betrokkene, mr. S. Rozemeijer, en
  • de officier van justitie, mr. W.J. de Graaf.

2.Standpunt van het Openbaar Ministerie

De officier van justitie heeft de rechtbank verzocht een zorgmachtiging te verlenen. Ten aanzien van de verschillende vormen van zorg en de op te leggen duur heeft de officier van justitie verwezen naar het verzoekschrift.

3.Standpunt van betrokkene

De advocaat van betrokkene heeft aangevoerd dat het verzoek moet worden toegewezen, maar de machtiging wel moet worden genuanceerd. Er is geen reden voor een verplichte zorg in de vorm van het toedienen van vocht en voeding is. Deze vorm van zorg moet niet worden opgenomen in de machtiging.
Betrokkene heeft een sterke voorkeur voor een behandeling in een ambulante setting. De raadsman heeft daarom primair verzocht de verplichte vorm van zorg van ‘het opnemen in een accommodatie’ niet op te nemen in de zorgmachtiging. Subsidiair heeft de raadsman aangevoerd dat deze vorm van verplichte zorg nader moet worden gespecificeerd.
De officier van justitie heeft verzocht de zorgmachtiging te verlenen voor het geval een verplichte opname binnen het forensisch kader niet goed verloopt. In dat geval moet nader worden gespecificeerd wanneer deze verplichte vorm van zorg mag plaatsvinden. Dit geldt ook voor de vormen ‘het beperken van de bewegingsvrijheid’, ‘het insluiten’, ‘het uitoefenen van toezicht op betrokkene’ en ‘het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten’.

4.Beoordeling

4.1.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van schizofrenie.
4.2.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in:
ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische schade;
de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept;
de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.
4.3.
Om:
ernstig nadeel af te wenden;
de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren;
de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint;
is het verlenen van verplichte zorg evenredig en is redelijkerwijs te verwachten dat deze zorg effectief is.
4.4.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op het zorgplan, de medische verklaring en het advies van de geneesheer-directeur.
De volgende vormen van zorg worden voor na te noemen duur verzocht:
Vorm van zorg
Duur
toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening
6 maanden
beperken van de bewegingsvrijheid
6 maanden
insluiten
6 maanden
uitoefenen van toezicht op betrokkene
6 maanden
aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen
6 maanden
opnemen in een accommodatie
6 maanden
4.5.
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste zorg is rekening gehouden met de met de veiligheid van betrokkene en met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen.
De rechtbank zal de verplichte zorg in de vorm van ‘het toedienen van vocht en voeding’ afwijzen, omdat niet is gebleken dat betrokkene zich hiertegen verzet en er geen aanwijzingen zijn dat hij zich hiertegen zal gaan verzetten en bepaalt dat het zorgplan dienovereenkomstig dient te worden gewijzigd. De rechtbank acht deze vormen van zorg in geval van betrokkene niet noodzakelijk.
4.6.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.7.
Wat namens betrokkene als verweer is aangevoerd maakt dit niet anders.
4.8.
De rechtbank komt tot de conclusie dat is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. De zorgmachtiging zal dan ook worden verleend.
4.9.
De verschillende vormen van zorg kunnen voor de hieronder gestelde termijnen worden toegepast. Deze termijnen zijn noodzakelijk om het doel van verplichte zorg te realiseren.

5.Beslissing

De rechtbank:
Wijst toehet verzoek van de officier van justitie en
verleent een zorgmachtigingten aanzien van
[betrokkene] ,
geboren te [geboorteplaats] ( [geboorteland] ) op [geboortedag] 1997
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
Vorm van zorg
Duur
toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening
6 maanden
beperken van de bewegingsvrijheid
6 maanden
insluiten
6 maanden
uitoefenen van toezicht op betrokkene
6 maanden
aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen
6 maanden
opnemen in een accommodatie
6 maanden
Deze zorgmachtiging is bij voorraad uitvoerbaar. De machtiging is geldig vanaf dagtekening en moet binnen twee weken ten uitvoer worden gelegd.
Deze machtiging is op 14 oktober 2020 gegeven door
mr. Ch.A. van Dijk, voorzitter,
mrs. J.G. Vegter en M.M. Breugem, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. S. van Gerven, griffier,
Tegen de beschikking van deze rechtbank staat voor betrokkene en officier van justitie beroep in cassatie bij de Hoge Raad open,
in te stellen door een advocaat middels het indienen van een verzoekschrift bij de griffie van de Hoge Raad,
binnen drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking.