ECLI:NL:RBAMS:2021:1541

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
16 februari 2021
Publicatiedatum
1 april 2021
Zaaknummer
RK 21/657
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen gedragsaanwijzing in verband met stalking

Op 16 februari 2021 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin een beroep werd ingesteld tegen een gedragsaanwijzing die was opgelegd door de officier van justitie op 3 december 2020. De verdachte, geboren in 1994, had een beroep ingediend tegen deze beslissing, die voortvloeide uit verdenkingen van stalking. Het beroepschrift werd op 4 februari 2021 ingediend en de zaak werd buiten zitting behandeld in overleg met de raadsman, mr. I.J.G. van Raab van Canstein, en de officier van justitie, mr. R. Leuven.

De gedragsaanwijzing hield in dat de verdachte zich gedurende 90 dagen niet op bepaalde adressen mocht ophouden en geen contact mocht hebben met specifieke personen. De officier van justitie had deze maatregel opgelegd vanwege de verdenking van stalking, waarbij vrees bestond voor ernstig belastend gedrag van de verdachte. In het beroepschrift werd aangevoerd dat er geen sprake was van stalking, omdat de wederrechtelijkheid en stelselmatigheid ontbraken. De verdachte had inmiddels psychologische hulp gezocht, wat zou bijdragen aan het voorkomen van toekomstig ongewenst gedrag.

In een e-mail van 8 februari 2021 heeft de officier van justitie meegedeeld dat de stalkingszaak zou worden geseponeerd wegens gebrek aan bewijs en dat er geen verzet zou worden gedaan tegen het beroep. Gelet op deze ontwikkelingen heeft de rechtbank het beroep gegrond verklaard en de gedragsaanwijzing opgeheven. De beslissing werd openbaar uitgesproken door rechter E.G.C. Groenendaal, in aanwezigheid van griffier mr. C.T. St Rose, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 13/311126-20
RK: 21/657
Beschikking op het beroep ex artikel 509hh lid 5 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
[verdachte] ,
geboren op [1994] te [geboorteplaats] ,
wonende op het adres [adres 1] , [plaats] ,
woonplaats kiezend op het adres van haar raadsman,
mr. I.J.G. van Raab van Canstein,
[adres, te plaats] ,
verdachte.

1.De procesgang

Het beroepschrift is op 4 februari 2021 ter griffie van deze rechtbank ontvangen.
In overleg met de raadsman en de officier van justitie, mr. R. Leuven, is het beroep buiten zitting afgedaan.

2.De inhoud van het beroepschrift

Het beroepschrift richt zich tegen de beslissing van officier van justitie van 3 december 2020 tot het opleggen van een gedragsaanwijzing.

3.Het standpunt van het Openbaar Ministerie

De officier van justitie heeft op voorhand als standpunt ingenomen zich niet te verzetten tegen gegrondverklaring van het beroep.

4.De beoordeling

Op 3 december 2020 heeft de officier van justitie verdachte op grond van artikel 509hh Sv een zogenoemde gedragsaanwijzing gegeven. Deze aanwijzing houdt in dat verdachte zich voor een periode van 90 dagen niet mag ophouden op de adressen:
  • [adres 2] te Amsterdam;
  • [adres 3] te Amsterdam;
  • [adres 4] te Amsterdam;
  • [adres 5] te Amsterdam;
en geen contact (direct of indirect) mag hebben met de volgende personen:
  • [persoon 1] , geboren op [1987] ;
  • [persoon 2] , geboren op [1985] ;
  • [persoon 3] , geboren op [1991] ;
  • [persoon 4] , geboren op [1962] ;
  • [persoon 5] , geboren op [1962] .
Uit de gedragsaanwijzing volgt dat deze is gegeven naar aanleiding van de verdenking dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit (stalking):
- in verband waarmee vrees bestaat voor ernstig belastend gedrag van verdachte jegens een persoon of personen en
- in verband waarmee vrees bestaat voor gedrag van de verdachte dat herhaald gevaar voor goederen oplevert.
In het beroepschrift is aangevoerd dat geen sprake is van stalking, nu de wederrechtelijkheid en stelselmatigheid ontbreken. Er is geen sprake van vrees voor ernstig belastend gedrag tegenover een of meerdere personen en verdachte heeft inmiddels psychologische hulp gevraagd, waardoor daarvan ook in de toekomst geen sprake zal zijn.
In zijn e-mail van 8 februari 2021 heeft de officier van justitie medegedeeld dat de stalkingszaak zal worden geseponeerd wegens gebrek aan bewijs en dat door het Openbaar Ministerie het standpunt is ingenomen dat de zaak voorwaardelijk zal worden geseponeerd wat betreft de verdenking van mishandeling. Daarom zal de officier van justitie zich niet verzetten tegen het beroep.
Gelet op de inhoud van het beroep en het door de officier van justitie ingenomen standpunt zal de rechtbank het beroep gegrond verklaren.

5.De beslissing

De rechtbank komt tot de volgende beslissing.
De rechtbank verklaart het beroep
gegronden beëindigt
per heden, 16 februari 2021, de gedragsaanwijzing inzake [verdachte] voornoemd.
Deze beslissing is gegeven door
mr. E.G.C. Groenendaal, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. C.T. St Rose, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op 16 februari 2021.
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.