Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Procesgang
2.Inhoud van het klaagschrift
3.Standpunt van het Openbaar Ministerie
4.De beoordeling
5.De beslissing
ongegrond.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 16 februari 2021 uitspraak gedaan op een klaagschrift ex artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door een klager die de teruggave van een in beslag genomen motorscooter vorderde. De motorscooter, een Piaggio Beverly 350, was op 13 oktober 2020 in beslag genomen op grond van artikel 94 Sv. De klager had de motorscooter te goeder trouw gekocht van een onbekende verkoper via Marktplaats, maar het Openbaar Ministerie verzet zich tegen de teruggave, omdat de motorscooter vermoedelijk van diefstal afkomstig is en niet voldoet aan de eisen om op de openbare weg te mogen rijden. De rechtbank heeft de procesgang in acht genomen, waarbij het klaagschrift op 16 december 2020 was ingediend en het standpunt van het Openbaar Ministerie op 1 februari 2021 was ontvangen. Tijdens de openbare raadkamer op 16 februari 2021 zijn zowel de klager als de officier van justitie gehoord.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het framenummer van de motorscooter vervalst en slecht leesbaar is, en dat het bezit van de motorscooter in strijd is met het algemeen belang van de rechtstaat. De rechtbank oordeelt dat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter later zal besluiten tot onttrekking aan het verkeer van de motorscooter. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank het klaagschrift ongegrond verklaard, wat betekent dat de klager geen recht heeft op teruggave van de in beslag genomen motorscooter. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad.