Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek op de zitting
mr. R.W. van Zanten.
2.Beschuldiging
3.Vrijspraak
4.Vordering van de benadeelde partij
5.Beslissing
[persoon 1]niet-ontvankelijk in zijn vordering.
Rechtbank Amsterdam
In deze strafzaak, behandeld door de rechtbank Amsterdam, is verdachte vrijgesproken van de beschuldiging van diefstal met geweld. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 31 december 2018, waarbij aangever, [persoon 1], beweert beroofd te zijn van zijn telefoon door verdachte en een medeverdachte. De rechtbank heeft op 24 juni 2021 uitspraak gedaan na het onderzoek op de zitting van 10 juni 2021, waarbij verdachte niet aanwezig was. De officier van justitie, mr. R.W. van Zanten, heeft de vordering gedaan, en de benadeelde partij werd vertegenwoordigd door zijn raadsman, mr. R.H. Bouwman.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaring van aangever niet wordt ondersteund door andere bewijsstukken in het dossier. Aangever heeft verklaard dat hij onder bedreiging van een mes is beroofd, maar getuigenverklaringen en aanvullend onderzoek hebben geen steun voor deze verklaring opgeleverd. De rechtbank heeft ook de waarde van een enkelvoudige fotoconfrontatie in twijfel getrokken, omdat aangever verdachte en medeverdachte meerdere keren na het incident heeft gezien. Hierdoor is de verklaring van aangever onvoldoende om tot een veroordeling te komen.
De benadeelde partij, [persoon 1], had een vordering ingediend voor schadevergoeding, maar omdat de rechtbank verdachte vrijspreekt, is de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering. De rechtbank heeft beslist dat zowel de benadeelde partij als verdachte hun eigen kosten dragen. Het vonnis is uitgesproken door de meervoudige strafkamer van de rechtbank Amsterdam.