Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[minderjarige] ,
1.Stichting BovenIJ Ziekenhuis,
2. [gedaagde sub 2.] ,
- de dagvaarding van 23 oktober 2020,
- de conclusie van antwoord met producties,
- het tussenvonnis van 8 februari 2021, waarbij een mondelinge behandeling is gelast,
- de e-mail van mr. Moskowick van 15 juni 2021 (1:01) waarin hij, vanwege het ontbreken van een schriftelijke machtiging van de vader, om een nieuwe datum van de mondelinge behandeling verzoekt,
- de e-mail van de rechtbank van 15 juni 2021 (10.41) aan mr. Moskowicz waarin hem wordt medegedeeld dat geen overlegging van een schriftelijke machtiging zal worden gevraagd en dat de mondelinge behandeling die dag doorgang zal vinden,
- het proces-verbaal van de op 15 juni 2021 (13.00) gehouden mondelinge behandeling, met de daarin genoemde stukken. Na afloop van de zitting is de zaak naar de rol verwezen voor vonnis;
- de e-mail van mr. Moskowicz van 15 juni 2021, met het verzoek om nog schriftelijk te mogen reageren op het proces-verbaal van de mondelinge behandeling
- de e-mail van mr. Moszkowicz van 21 juni 2021, waarin hij de kantonrechter vraagt om zo spoedig mogelijk op zijn verzoek te beslissen,
- de e-mail van mr. Moszkowicz van 24 juni 2021, waarin hij reageert op de mededeling van de rechtbank dat gedaagden om een reactie op zijn verzoek wordt gevraagd,
- de e-mail van mr. Mulder van 23 juni 2021 met een reactie op het door mr. Moszkowic verzochte,
- de e-mail van de rechtbank van 28 juni 2021 waarin de kantonrechter het door mr. Moskowicz verzochte afwijst.